GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Dr J. G. de Moor.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dr J. G. de Moor.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ofschoon elders in dit nummer van Redaotiewege over den persoon en den arbeid van wijlen Dr J. C. de Moor geschreven wordt, moge het mij toch geoorloofd zijn, bepaaldelijk ook in de rubriek „Literatuur en Kunst" een woorcl van cfankbaai" gedenken hem te wijden.

Vooreerst toch was het deze rubriek, waarin hij als medewerker aan „De Reformatie", zijn bijdragen plaatste, met name in de laatste 'jaren. En die bijdragen waren van een speciaal karakter: muzikaJe kronieken, beschouwingen over muziek en muzikale praestatie naar aanleiding van door liem bijgewoonde concerten en uitvoeringen. Deze, om hun originaliteit en zeer juiste appreciatie bij herhaling door de pers gépirezen artikelen, vormden een onder ons betrekkelijk weinig beoefend soort van perswerk, omdat muziek-critiek uiteraard bepaalde kennis en ontwikkeling vordert en ze bovendien slechts in beperkten kring belangstelling geniet. Dr de Moor wist echter steeds de al geme ene belangstelling te verkrijgen, door den instructieven vorm van z'n schrijven en de voor ieder interessante wijze van meedeelen, waarbij de critiek nooit hoofdzaak, maar toch steeds belangrijk element was. Wat hij op, dit gebied schreef „als de eenige onder ónze'predikanten" zooals een der bladen zei, verscheen steeds in „De Reformatie" en de Redactie weet, hoezeer door vele lezers deze specifieke bijdragen werden gewaardeei''dl.

Maar in de J; weede plaats dient de naam van Dr de Moor hier met eere en dankbaarheid .te worden yermeld, om wat hij in onzen christelijken kring gedaan heeft voor literatuur en kunst in 1 algemeen. Hij is het in 't bijzonder geweest, die ons geleerd heeft hoe en wat we op, het terreim der kunst en vooral dat van dei modteme kunst, waardeeren kunnen en moeten. De zoo moeilijke vraag der principiëele begrenzing van de waardeeringsmogelijkheid, moeilijk, omdat er zoovele factoren bij in 't geding komen, heeft hij mede bestudeerd, en met fijne intuïtie, scherp; onderscheidingsvermogen en artistieke scholing in woord en voorbeeld beantwoord. Herhaaldelijk schreef hij artikelen over deze zaak (we herinneren aan „Opvoeding en kunst" als een van de bekendste i) en in allerlei verband gaf hij de, zoo men wil, practische toepassing in literaire essays en boekbesprekingen.

Nu is allerwege in de pers gewezen op de zeer belangrijke plaats, die Dr de Moor in ons Gereformeerde leven heeft ingenomen, als predikant, theoloog, leider van kerkelijke vergaderingen, schrijver van vele publicaties en meditaties en dat alles volkomen terecht. Maar er is ook alle reden om daarnaast te wijzen op den bijzonderen invloed, dien Dr de Moor geoefend heeft door zijn VOOÏlichtenden arbeid op het gebied van literatuur en kunst. • , ,

Toen, een kleiir aantal jaren geleden, vooral onder de jongeren in onzen kring de belangstelling begon te groeien voor kunst en kunstschoon, was Dr do Moor een van de eersten, die aan deze wassende beweging leiding gaf. Hij hield lezingen over literaire onderwerpen, schreef tal van studiën over letterkundige persoonlijklieden en verschijnselen, ontwierp projecten van letterkunde-behandeling in vereenigings-verband enz. en bij dat alles stelde hij scherp, maar daardoor ook voor ieder waarneembaar, de lijnen van het beginsel tegenover het veelszins verlokkende beeld der nieuwere cultuur. We behoeven slechts te releveeren zijn lezing over „De Ondergang der eerste Waereld", zijn studiën over van Eeden, Gorter, Roland—Holst, zijn concepten voor literatuur-behandeling op de .longelingsvereenigingen, om de herinnering aan al dezen arbeid, die in vele opzichten pioniersarbeid was, te verlevendigen. De beteekenis van dit werk blijkt misschien nog 't best hieruit, dat het alles, precies zooals het indertijd werd geschreven en samengesteld, nog vdïk'omen braikbaar is voor onze dagen, g^elts als studie-materiaal wordt geciteerd en herdrukt 2). 't Is massief, breed en tegelijk diep, literair-aesthetisch en tegelijk principieel beschouwend en critiseerend.

In den allerlaatsten tijd wijdde Dr de Moor zich m 't bijzonder aan de critische bespreking van nieuw-verschenen boeken. En ook in dien arbeid was hij onbetwist de leider, omdat hij', scherp van blik als hij was, onmiddellijk z a g de plaats, die men ten opzichte van eenig boek of geschrift innenien moest, 't Is dan ook niet zonder reden geweest, dat, toen de kring van christelijke essayis gevormd werd, men de leiding zocht van Dr de Moor. Hij was de aangewezen voorzitter: zijn erkend gezag moest de jonge vereeniging dragen, zijn verstandig beleid den opgezetten arbeid leiden. Als aan zoo veel, dat naar menschengedachten nog op hem wachtte, is hij echter aan dit nieuwe werk, dat zijn geheele belangstelling had, ontvallen, voor nog alle plannen behoorlijk waren geprojecteerd

Maar niet slechts op het gebied der literatuur, doch over 't geheele terrein der kunst was deze uitnemende werker en kenner een gids. Naast muziek en letterkunde had vooral "de plastische kunst zijn aandacht en ook daarover schreef en sprak hij ter voorlichting van het christelijk volk. (Men denke b.v. aan zijn toelichtingen 'bij' vele schilderstukken van Rembrandt.) En de groote waarde van dat alles, ook van dezen laatstgenoemden arbeid, was het positieve, het belijnde. Zooals er Icarakter zat in heel z'n persoonlijkheid en doen, zoo had pok al z'n werk karakter. Juist wat we noodig hadden tegenover de veelszins vagCi, dikwijls moeilijk precies te doorgronden moderne kunst, dat bezat hij: lijn, richting, vaste koers.

Daarom dan is de beteekenis, die Dr de Moor gehad heeft Voor de ontwikkehng van, de belangstelling voor en de kennis omtrent kunst, in haar veelzijdige openbaring, zoo groot geweest. Hij kende alle bezwaren, die zich bij dezen arbeid voordoen, omdat hij alle onderdeelen van den arbeid zelf kende.

Daarom ook hebben wij zoo ontzaggelijk veel in dezen kloeken voorganger verloren. We dachten, dat er nog zooveel groote arbeid die wacht, onder zijn leiding moest gescihieden — en ziet, zijn taak was volbracht voor we het zelfs vermoeden konden !

Maar daarom óók hebben wij zooveel reden om in dankbaarheid hem te gedenken en God te danken voor het vele, dat in hem ons gescho-nlien is geweest. Wie Qpi dit terrein met hem in aanraking kwam, weet, hoeveel steun men altijd vond' bij dezen krachtigen, stoeren en immer hulpvaardigen vriend, hoe hij in moeilijke gevallen steeds een raadsman was, op wiens advies men veilig kon afgaan en hoe zijn oordeel, persoonlijk gestempeld steeds door de fermeteit van zijn karakter, een muur was, waartegen men stand houden kon.

Veel, heel veel is hij geweest voor allen, die op

1) In den bundel „Christendom en Opvoeding, ", ^or Prof. Anema o.s., p. 173 vlgg.

2) b.v. in de gerie „Christelijk Letterkundige Studiën" (Uitg. Mij „Holland", Amsterdam.) het gebied van literatuur en kunst trachtten eenigen arbeid te doen; veel, heel veel is hij geweest voor allen, die ten aanzien van literatuur en kunst leiding en voorlichting zochten — en daarom mocht in deze rubriek van ons blad niet ontbreken een woord van dankbare nagedachtenis en erkentelijkheid, dat een woord was van weemoedige hulde, maar toch ook van blijden dank voor het vele, dat God in hem en zijn arbeid ons geschonkej; heeft.

En die arbeid blijft, waar de dienstknecht ging in de vreugde zijns Heeren.. %

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 februari 1926

De Reformatie | 6 Pagina's

Dr J. G. de Moor.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 februari 1926

De Reformatie | 6 Pagina's