Morgenoverpeinzing.

Wij beginnen dikwerf onzen dag zoo haastig.

We zijn telkens weer de gejaagden. We vinden het vanzelfsprekend feitelijk, dat we weer ontwaakten. Zoo gaan we iinmers den gewonen gang.

..• Maar David dan? ....

Och ja, David.. .., maar die was in gevaar. Absalom achtervolgde hem. Dan is zulk een houding geen wonder.

Zie, daar is ook iets anders: de overpeinzing van een van Gods kinderen: „(als) ik wakker word, ben ik nog bij u". Dat is wèl de houding van het „alles uit Gods hand ontvangen", en van het „omgaan met den Heere".

Alaar zoo dikwerf is die houding afwezig.

Juist in onzen drukken tijd.

Het besef, dat de Heere ons draagt, den nacht door; dat Hij ook den nieuwen morgen ons geeft als een geschenk van Zijn Vaderhand, is zoo menigmaal afwezig bij ons.

Vooral onze tijd geeft zulk een gevaar, dat het christelijk gezin het belijden van Psalm 3 vergeet.

Een van de meest gejaagde oogenblikken is het eerste uur van den morgen.

Laat opstaan; zoo laat mogelijk; kinderen naar school; anderen naar een cursus; anderen naar 't kan­ toor ; alles roept; even ontbijten; niet allen tegelijk. Zeer veel menschen houden „open tafel" des morgens. De „gaande en komende" man moet zich maar voorzien.

Wat komt er zóó terecht van de na-beleving van Davids morgengebed ?

Christelijke ouders hebben in dezen ook een taak: de kinderen zóó te leiden, dat ze leeren waardeeren ook het rusten van den nacht; dat ze leeren, den dag met God te beginnen.

Mijn broeder en zuster, de dag met God begonnen is een goede dag.

Wat geeft het een zegen voor uw ziel, wanneer ge in den morgen moogt zijn in den geest bij uw God.

Hij bewaarde u dezen nacht weer.

Terwijl gij nederlaagt en niet wist van uw eigen zijn, droeg Gods Hand n verder.

Uw hart bleef kloppen, uw adem werd niet gestoord, uw geest kreeg nieuwe kracht — alles, omdat God u ondersteunde.

Wat letten we weinig op gewone dingen.

Wat vliegt ons haastige leven voort.

Mijn lezer, ga eiken morgen even stilstaan.

Het geldt eiken morgen weer: het zijn de goedertierenheden des Heeren, dat we niet vernield zijn.

God blijft ondersteunen — het licht van Christus' kruis schijnt over den nacht.

En als we dat zien, dan wordt de g e w ij d. dag

Een gewijde dag telkens weer —r 't beteekent een gewijd leven.

Eiken morgen weer herinnert God u: „Ik ben goedertieren".

Zegt ge nu tegen die herinnering Gods „ja" of „neen"?

O zeg „ja".

En wees even stil.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen