GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De eeuw der Kerk.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De eeuw der Kerk.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onze eeuw heeft reeds tal van nan¥en ontvangen. Geen vorstelijk persoon bezit er zooveel als zij. De eeuw van het kind, de eeuw van de vrouw, de eeuw der psychologie zijn-er nog maar enkele van.

Thans heeft zij er nog een nieuwe bij gekregen. Dr OttO' Dibelius schreef een interessant boek onder den titel: „De eeuw der Kerk".

Het kerkelijk standpunt van den schrijver deelen we. niet.

Nog minder kunnen wij ons vereenigen met zijn dogmatische inzicht.

Maar de strekking van zijn betoog, n.l. dat de kerkelijke gedachte weer veld wint, is o.i. volkomen juist.

In de vorige eeuw hechtte men over het algemeen , aan de kerk als instituut, de kerkelijke organisatie zeer weinig.

De kerk liet zich baar vorm gedwee door de. overheid voorschrijven.

De idee van het Godsrijk boeide, de kerk gold meer als iets uiterlijks, dat slechts tijdelijke waarde had.

En indien men nog met eenige warmte het voor de kerk opnam, dan was het niet voor z ij n kerk, maar voor de algemeene christelijk.© kerk.

De georganiseerde kerk werd met verwijten overladen.

Zij hield het met het kapitalisme en leende er zich toe de onderdrultking van d© arbeiders te sanctioneexen, zij - was een onsocial© grootmacht geworden, het volksleven ging aan haar voorbij, zij kon de religieuse behoeften dér massa niet langer bevredigen, ha.ar prediking was slaapverwekkend, baar predikers waren menschen met verouderde begrippen, zoO' heette het.

En nog slechts weinige jaren geleden kreeg de kerk voor een niet gering deel de schuld van den wereldoorlog. Zij beeft — aldus werd haar ten laste gelegd — geen vinger uitgestoken om dien te beletten. De priesters en de predikanten baden tegen elkander in opdat hun land het winnen mocht. Maar de uitkomst bewees, dat het gebed' der kerk Gode niet aangenaam kon zijn geweest.

Zoo verzamelde men zich van alle kanten om de kerk te steenigen.

Hierin is echter, Dr Dibelius merkte het scherp op, een kentering gekomen.

Zonderen we Nederland uit, waar door de reformaties van 1834 en 1886 reeds in de vorige eeuw de kerkelijke idee weer opleefde, zoo ziet men thans in verschillende landen een merkwaardige ontwaking van het kerkelij'k besef.

Ongetwijfeld hangt dit voor een niet gering deel samen met een hoogere waardeering van het dogma.

Reeds tien jaar geleden wezen wij er op, dat de geschiedenis van het dogma weer een opgaande curve vertoonde.

Die stijging houdt nog altijd aan. En wie dogma zegt, zegt ook kerk'. Maar daaruit is het toch niet' alleen te verklaren.

Want het komt ook voor, dat zij, die het nog niet tot dogmawaardeering konden brengen, toch de behoefte aan een vaste kerkelijke organisatie gevoelen.

Veeleer heeft het verschijnsel hierin zijn oorzaak, dat men snakt naar vastheid.

Men voelt het, .dat men geestelijken steun noodig heeft. •

Het individualisme bevredigt ook' 'in dit opzicht niet langer.

De sekten zijn te spekulatief, bieden te weinig rijpen grond, dragen meer het Jcarakter van aanslibsels, oiitstaan te zeer uit veeten, grillen en bizarre ideeën.

Vandaar, dat men in verschillend© landen weer meer vertrouwen gaat stellen in de kerk.-

Nu leide dit niet tot valscbe konklusies.

Men meene niet, dat de kerklooze massa zich weer naar 'de kerk toe beweegt.

Daarvoor zijn geen aanwijzigingen. Wat komen kan behoort tot de profetie. En aan profetie wagen wij' ons niet.

Voor het heden kumien wij slechts oordeelen, dat de kerken nog steeds afbrokktelen.

• Ook de Roomsche kerk ontlkbmt hieraan niet, maar vangt zelfs do eerste slagen op'.

Velen wijten dit aan de talrijke gemengde 'huwelijken.

Toch zijn die huwelijken niet meer dan symptoom. een

Zij zouden niet - voorkomen, indien er hechter kerkelijke band bestond.

' In elke kerk, in de belijdenis'kjerk liet minst, in de volkskerk het meest, zijn ©r, die innerlij'k' los van haar staan.

Een geringe aanleiding is bun voldoende om er ook formeel mee te breken.

Dat proces is niet te stuiten. Ook de sekten spinnen daarbij geen wol.

Zulke mensch, en ruilen bijna zo.nder uitzondering de religieuse 'organisatie in voor eenige andere.

Maar j^raarop wij doelen is dit.

Onder hén, die ide kerk trouw bleven, is een toename van kerkelijk besef merklbaar.

Men durft weer voortreffelijkheid van de eigen kerk bepleiten.

Men waagt het weer voor zijn kerk te strijden. Men blijft er niet langer onverschillig voor, wat er met den kerkvorm gebeurt.

De strijd over het Common Prayer Book' in Engeland en over den bisschopstitel ^ijn een p.aar van.de vele bewijzen, dat niet zoo weinigen uit hun kerkelijke lethargie zijn ontwaakt.

En nu willen wij het oor er niet voor stop.pen, dat gehechtheid aan de traditie en nuttigheidsredenen hierin een hooger woord spreken dan het zuivere beginsel.

Men is meer op kerkelijk' zelfbehoud bedacht dan op naleven van het gebod van Christus nopens Zijn kerk.

Wij zonden stellig tot overdrijving vervallen, indien .wij hierin een opwekking van echt geestelijken stempel zagen.

Aan den anderen kant mag 'dit verschijnsel ons ook weer niet koud laten.

Menschelijk gesproken zijn zij', die kerkelijk voelen, eer voor de zuivere "waarheid te winnen dan de kerkloozen; die voor het meerendeel ook' godsdienstloozen zijn.

Het is zaak, dat wij de oogen open houden. W^ie weet, wat God bezig is te werken!

-s Waarom vervroeod ?

Eenige weken geleden schreven wij zeer benieuwd te zijn naar de reden, waarom de Öynodle van Groningen werd vervroegd.

Ds .Miedema, predikant te Groningen, alz.oo. 'deskundige, heeft hierop geantwoord: „Dat is naar het recht der gewoonte, die allengs ingeburgerd is, in de tweede helft van Augustus. Dat is later dan Middelburg in 1896, die op 11 Augustus reeds bijeenkwam, ook nog een dag later dan Groningen in 1899, toen de Siynode 15 Aug. werd geopend, en zelfs nqg vier dagen later dan Arnhem in 1902 waar van 12 Aug. tot 5 .September vergaderd werd".

Hieruit blijkt, dat men precies 25 jaar moet teruggaan om een Synode te vinden, welke op zoo vroegen datum werd saamgeroepen.

In de laatste 25 jaren werden de Synodes altijd later gehouden.

De Syno.de van Rotterdani ving zelfs eerst aan op 28 Augustus. j.) , *

De geschiedenis bewijst aJzoo, dat de laatste kwarteeuw de aanvangsdata 'der Synodes zooveel mogelijk naar het eind van Augustus heeft verschoven.

Zijn wij wel ingelicht, dan is dit met opzet geschied.

De praktijk maakte het wenschelijk.

En naar wij gelooven stelt de praktijk ook dit jaar geen andere eischen en zij' wettigt het niet om tof de toestanden van vóór 25 jaren terug te keeren.

Ds Miedema wijst evenwel ook nog op' de catechisaties, die later dan Sepferaber zouden moeten beginnen.

Dit geldt echter slechts van 26 in onze circa 700 kerken, waar de vacanti© misschien mét één week verlengd zou moeten worden.

Doch Ds Miedema heeft nog een ander argument.

Als de Synodpi wat vroeger samenkomt, hebben de professoren nog even tijd om uit te blazen tusschen hun Synodalen arbeid en het begin van hun colleges.

Dit argumentum ad hominem is zóó hoffelijk, dat wij er niet aan denken mogen de gegrondheid ervan te onderzoeken.

Al heeft Ds Miedema ons niet kunnen overtuigen.

vooT zijn bezorgdheid over het lot der hoiogleeraren mogen wij niet ongevoelig blijven.

En voor het overige: wij staan voor een voldongen feit.

Met napleiten wenschen wij anderen en onszelf niet te vervelen.

Wij zijn thans door Ds Miedema genoegza.ain ingelichl. - .

Slechts bezwaart het ons, dat, naar hij mededeelt, vele Groningsche families, „die gaarne gastvrijheid aan de leden der idynode willen bieden, hun zomeruitstap wat verkorten of .vervroegen moeten".

Entin, zij kunnen er in geen geval de leden der yynodei op aanzien.

En Ds Miedema is vol hoop, dat zij het den kerkeraad ook niet zullen doen.

Brenge de bynode van iGroningen ons belangrij ke> schreden voorwaarts.

En laten saamroepende kerken van volgende bynodes bedenken, dat wij liever niet reactionair moeten zijn en ons eer moieten aansluiten bij de laatste, dan bij de voorlaatste 25 jaar.

Met deze ppwekking wenscben wij dit kwestietje uit de wereld te helpen.

-^ Hoedt u voor de kerknleuws-rubrleken in de liberale pers.

De kerknieuws-rubrieken in de liberale pers, speciaal in het „Handelsblad" en de „N. R. C." worden op zonderlinge wijze verzorgd.

Als zij (pver andere kerken niet beter inlichten dan over de onze, lean men met de beschouwingen, welke zij bieden, niet te voorzichtig zijn.

Zij zijn wel in hooge mate onbetrouwbaar. Daar heeft men nu weer het „Handelsblad".

Het bad, gelijk men weet, een stuk uit „Woord en Geest" overgenomen, dat duidelijk schismatieke psychose verried, en het nog wat aangedikt.

Daarop verscheen er in „Woord en G-eest" van denzelfden scribent nog een artikel, dat zicb over eear afscheidscollege, dat in den btudentenalmanak verscheen, uitliet op een wij'ze, welke aan alle piëteit en fijn gevoel gespeend was.

De theologische faculteitsvereeniging der studenten aan de V. U. kwam in. „Woord en 'G-eest" per ingezonden stuk tegen die beide artikelen op en eindigde aldus: „wanneer deze rubriek in dat blad gaat ontaarden, en dat nog wel op-een wijze als de laatste weken is geschied, kunnen zij zulke belangstelling beter missen".

En wat denkt gij, dat nu het „Handelsblad" deed.

Daarvan melding maken onder verontschuldiging van wat hetzelf schreef?

Dat kunt gij'begrijpen!

Dan misschien er iets uit overnemen zonder kommentaar.

Ook daarvan kon niets komen. Door dit greintje eerlijkheid mocht men de schismatieken eens ongevallig zijn!

Neen, het zwijgt, zoowel in beschaafde als in. kaffertal en I

En nu nog een staaltje uit de „N. R. C.":

Kortgeleden schreven wij in dit blad', dat wij voor het speciale geval (van de Synode van Groningen) niet zouden durven adviseeren om ALIfrE-MEEN met nieuwe .afgevaardigden te komen — ofschoon wij op zichzelf, als dit mogelijk is, sterk voor afwisseling zijn — en dat het niet wenschelijk kon worden geacht, 'dat ALLE afgevaardigden zich nieuw in de zaken, welke te Assen aan de orde waren, zouden moeten inwerken.

Wat doet nu de „N. R. C"?

Het geeft wel het citaat korrekt, maar in zijn beschouwing verdonkeremaant het de woorden „algemeen" en „alle" en diaht ons alzoo' iets toe, wat wij aJleiminst bedoelden.

Zelfs plaatst bet met vette letters boven het artikel: „Prof., Heppi waarschuwt tegen nieuw bloed en spoo-rt aan, dat het synodaal p> ersoneel piermanent zij".

Is hel niet om te schudden van het laeben? De Kerknieuws-rubriek in de „N. .R. C." schijnt te worden geschreven *èf voor vluchtige èf voor niet te snuggere lezers.

HEPP.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 april 1927

De Reformatie | 8 Pagina's

De eeuw der Kerk.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 april 1927

De Reformatie | 8 Pagina's