„Wie u hoort, die hoort mij”.
Wie u hoort, die hoort mij; en wie u verwerpt, die verwerpt mij; en wie mij verwerpt, die verwerpt Dengene, die mij gezonden heeft. Luc. I0 : I6. Het gold hier niet de twaalf, maar de zeventig discipelen. Jezus' woord volgt steeds de vaste lijnen. Bij Elim vond Isr ...
Van de voleinding.
XXIV. Want ik zoude zelf wel wen schen verbannen te zijn v& n Christus, voor mijne broederen, die mijne maagschap zgn naar het vleesch. Rom. 9 : 3, Nog otinder steekhoudend Is het bewijs, ontleend aan het aut, dat het geloof aan een voorbestaan van het z ...
Van de voleinding.
XXIII. Als zij nu van de opstanding der dooden hoorden, spotten sommigen daarmede; en sommigen zeiden: Wij zullen u wederom hiervan hooren. Hand. I7 : 32. Bleek de belangrijke beweging, die het spiritisme tot middenpunt heeft, ongeno ...
„God en de Mammon”.
Geen huisknecht kan twee heeren dienen; want 6f hij zal den éénen haten, en den anderen liefhebben; öf hij zal den éénen aanhangen, en den anderen verachten. Gij kunt God niet dienen en den Mammon. Luc. i6 : 13. Niet alle geld is Mammon.Mammon wordt 't geld ...
Van de voleinding.
XXII. Zeggende: aat af, wat hebben wij met tt te doen, gij Jezus Nazaréner? Zijt gij gekomen, om ons te verderven ? Ik ken n, wie ^ij zijt, namelijk de Heilige Gods. Markus i : 24.Niet alleen echter Ia het stuk der Bezetenen, maar schier op elk punt van myst ...
Van de Voleinding.
XXI. En hij zeide: Voorzeg mij toch door den waarzeggenden geest, en doe mij opkomen, dien ik tot u zeggen zal. I Sam. 28 : 8^. Hoe verder men het onderzoek omtrent de Voleinding buiten de Schrift voortzet, hoe meer het blijkt, dat w ...
„Blijdschap bij de Engelen Gods”.
Alzoo (zeg ik nlieden) is er blijdscliap voor de engelen Gods over éénen zondaar, die zicli belceert. SMX. . ir : I O . Nu de hooge vierdagen der Christenheid weer achter ocs li^en, is een woord ter herdenking van de .Engelen Gods niet te onpas.De apostel be ...
Van de Voleinding.
XX. En God zag al wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed. Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest; de zesde dag. Gen. 1 : 31. Het lag schier In den aard der zaak, dat vooral bet practisch Optimisme een krachtige ...
„De Trooster, Dien ik u zenden zal”.
[PINKSTEREN 1911.] Maar wanneer de Trooster zal gekomen zijn, dien ik u zenden zal van den Vader, namelijk de Geest der waarheid, die van den Vader uitgaat, die tal van mij getuigen. Joh. IS : 26. Oader onze drie groote Christelijke ...
„De Geest getuigt met onzen geest”.
[PINKSTEREN 1911], Diezelve Geest getuigt met onzen geest, dat wij kinderen pods zijn. Rom. 8 : 16. Er gaat van het Pinksterfeest ook een /wioonlijke sprake tot bet hart van Gods kinderen uit. Wat bij Bethlehem juichen doet, is een t heilige gebeurtenis van ...