Voor Kinderen.
DE SPEELMAN. XVIII. HET FEEST. Vóór de maaltijd begon had er zoo iets als een omgang plaats. De genoodigden waren meestal meisjes, vriendinnetjes of kennissen van de jarige. Er waren slechts enkele jon ...
Voor Kinderen.
UIT EWAAD TOT GOEJa. XXVL . HERINNERINGEN. {Slot.) Het jaar 1830 brak aan.’t Was een woelig jaar voor Europa. In verschillende landen ontstonden onder de volken hevige beroeringen, die er in Fra ...
Voor Kinderen.
VERKEERDE RAAD. XV. Het was aan de bezoekster te bespeuren, dat zij iets op het hart had e.a 't kostte de wijnhuisjuffer weinig moeite te weten te komen wat dat 'zijn mocht. Geertje verhaalde kort en goed wat er gebeurd was, er bijvo ...
Voor Kinderen.
DE COVENANTER. VIII. EEN NIEUWE VRIEND. Toornig keerden de vervolgers naar het huis erug, waar de aanvoerder zijn hart luchtte in bedreigingen en verwenschingen tegen Skylle, den man des huizes. ...
Voor Kinderen.
DE SCHOLIEREN. III. Twee dagen later, toen Annaberg weder zoo stil geworden was. als te voren, verlieten op een morgen een viertal jongelieden het gebouw der zoogenaamde „Gelehrtenschule", zoo iets als een gymnasium, waar tal van lee ...
Voor Kinderen.
OOST EN WEST. IX. EEN BLIK IN 'T ROND. Eer we verder gaan zal het noodig zijn, tot recht verstand van hetgeen volgen moet, eens te zien, hoe het er destijds in het westen van Europa uitzag.In on ...
ttöfïftl.
YELERLfil WEGEI». IX. IN DEN VREEMDE. Nog een dag of drie gingen de beide manen er telkens op uit, om, nu de storm bedaard as, te zien of nog iets van ons schip viel te ntdekken. Toen gaven rij het maa ...
Voor Kinderen.
OOST EN WEST. XVIII. NAAR WEST. NAAR WEST. De prins was geen man van veel plichtplegingen — wat hem in Engeland vaak ten kwade werd geduid. Hij wenkte zijn bezoeker zich neer te zetten, vestigde toen z ...
Voor Kinderen.
OOST EN WEST. XXXIV. EEN ZWARE BEPROEVING. Wie de daad bedreven had behoefde men iet te vragen. Blijkbaar waren de Boschjesannen niet ver weg, en had een hunner den teen geworpen, die Karel zoo ongeluk ...
Voor Kinderen.
UIT KWAAD TOT GOED. XXIII. HIER EN DAAR. Toen juffrouw Van Leeuwen eindelijk weer was hersteld, ging de heer Mollet haar eens opzoeken.„Ik heb gehoord" zoo sprak hij, „dat u het werk weer denkt ...