Marnix' Byencorf - pagina 47
45Zoo is het Tableau hem "die genialste hugenottische groteske Satire des 16en ]ahrhunderts" (S. 335); in Fischart's Bienenkorb bekoort hem vooral, wat aangedikt of bijgevoegd werd. De Byencorf zou bij hem stellig het laagst staan, als hij ze meer dan van naam kende. Dat Marnix daar zoo ma ...
Marnix' Byencorf - pagina 48
46 pour Herodote (L'argument est pris de l'apologie pour Herodote, composée en Latin par Henri Estienne, et est ici continué par luy-mesme). L'an MOLXVI au mois de Novembre". En "H. E. à un sien ami" besluit: De nostre Helicon, ce VI de Novembre. 77) Later spreekt hij weer van "eenen ouden verduf ...
Marnix' Byencorf - pagina 49
47 Ontleening bewijzen deze plaatsen niet noodzakelijk. Evenmin de gelijkstelling der predikende monniken met marktschreeuwers en kwakzalvers. L. S. 133, 139, Be. 11 77. Of de spot m'et expositio allegorica, tropologica, anagogica. L. S. 138, Be. I 104; 133-134. Natuurlijk heeft Marnix het boekje ...
Marnix' Byencorf - pagina 50
48 telkens voelbaar: het scepticisme van den wereldwijze, het vuur van den hervormer. De vergelijking van L. S. en Bc. is ook overigens leerzaam. Het eene sober, beheerscht, voornaam, klassiek; ook den vorm ontleende E. aan de ouden, zooals hij zelf aanwijst p. 4, 5; het andere kleuriger, spontaa ...
Marnix' Byencorf - pagina 51
49samenknoopsels van ongerechtigheid: armoede? zij villen de stervenden; kuischheid? een "scortum" noemt hen haar beste klanten; kennis? zij gaan prat op hun domheid - S. Franciscus kende ook geen Latijn! - matigheid? de buik is hun god. Op den kansel balkend zijn ze komedianten, moppentap ...
Marnix' Byencorf - pagina 52
50 ook voor E. geen wonderkracht, naar 't schijnt (CoII, 271 vgl. Bc. II 32). Scotus en Leuven loopen ook hier niet vrij. Er is veel gelijksoortigs in Col!. en Bc., maar weinig of niets gelijks. Ontleening zou ik voor geen der genoemde dingen stellig durven aannemen. Dat E. de monniken ook met ho ...
Marnix' Byencorf - pagina 53
51 hondert oft twee hondert jaren. Vgl. Oarg. et Pant. L. III ch. 39 vlg. over "Ie juge Bridoye". 11, 186, 190: bloeiende boonen. R. 436. 11, 180: de bommelen oft holmen, de alder-onnutste onder de byen, enz. R. 441. Wel niet met reden: 11, 192 aan R. 522 (geboorte van bijen uit het lichaam van e ...
Marnix' Byencorf - pagina 54
52 bericht vermeldt; zijn schrift was vaak moeilijk te ontcijferen. En ook, dat degene, die T., tweede helft, met zorg uitgaf B. Vulcanius waarschijnlijk - hierin niet de hand had). Het daar openlijk ontleende ontbreekt in de eerste uitgaven van den Be. 492-493. Heiligen, als heidensche goden, ie ...
Marnix' Byencorf - pagina 55
53 détails. - In één geval heldert Ap. een onduidelijkheid in Be. op: Donni secure, Be. I! 78 blijkt een preekenbllndel (421, 425, 441). Grooter overeenkomst met sprekend verschil: Bc. I!, 102 (so een Paep een meysken Cllst, enz.) Ap. 56. M. geeft plaats in Decret. erbij op. Bc. I 279 (keizerin I ...
Marnix' Byencorf - pagina 56
54Misschien ook niet op den lof van den Vinum theologicum (I, 168; Bc. I 10, 11 187.) Aanvallen en kritiek, ook bij Erasmus voorkomend, hebben bij V. wijdere strekking, scherper vorm, meer kettersch karakter. Bij M. moeten we dan eer aan invloed van V. dan van E. denken; V. wiens boek door ...