Aesthetische Christusbeschouwing.
II. (Ons „Christusgeheim"). Wanneer we nu trachten, over deze aesthetische ChristusbeschOiUwing iets te zteggen, dan beperken we ons hoofdzakelijk tot de litteratuur, speciaal de poiezie.Eerst willen we vragen, hoe Avij het ve ...
Aesthetische Christusbeschouwing.
V. (Het geweldloioz; © kruis).En ook in dezen raken de uitersten elkaar. De jnaïieve middeleeuwsche geest en de gecultiveerde ziel der 20e eeuw, zé hebben beide jnijnen Heere weggenomen. Ze hebben hem wèl begraven. BiegïavÈn 'Ihiebbien ze hem, zijn doode liq ...
Aesthetische Christusbeschouwing.
VI. (Pantheïsti sehe en Panohrististisohe trekken). En was dit alles nu nog maar het eenigie!Het zou. al genoeg; zijn, maar het zou dan nog ferger kunnen.Maar-wie hebben nog niet alles gezegd. Want het valt met te loo^c ...
Aesthetische Christusbeschouwing.
VI. (Sporen ervan bij onze intellectueelen). Ik kota nu tot het tweede onderdeel van 'hetgeen ik zeggen wilde: Gaat dit v e r s c h ij n s e 1 onsen de o^nz; en geheel onberoerd voorbij, ja dati n©en? Ik meen van neen. Er zijn ...
Joh. Seb. Bach, de Architect-Mysticus.
III. Maar bezien we nu dan de fuga van naderbij. Het thema luidt aldus: Wanneer de tweede stem (tweede in volgorde van intreden n.l.) het thema in de onderkwint geeft, vormt de eerste het contrapunt, als volgt: Dit contrapunt blijkt uit drie gedeelten ...