Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 343
Van Godes derenGodts quamen Hebr. 1. 14.stellen:Voorsienigheyt.339omsich voor den He ere te Zijnse niet alle gedienstigegeesten, &c. V. Waer uyt bewijst ghy dat hy de quade Engelen, dat is, Duy velen regeert? A. Job 1. 12. En de Heere seyde tot ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 174
Van de Grootheyt170ddes ValsV, Kan een mensche in den staet der sonde, sonder de besondere bystant ende hulpe des Heyligen Geests uyt kracht van sijn nature de bevelen Godts ,gehoorsamen ? A. Neen. V. Kan hy de leere des Wets volkomelick verstaen ? A. Neen. V. K ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 224
Van de220cdConditien des Middelaers.A. Neen. V. Maer na wat natuer is hy uwen Middelaar? A. Na alle beyde. V. Was'er oock een oorsake van buyten, die Chris-tumsterckte?A. Neen. V. Als de d sterckt, datGoddelicke kracht, van buyten, ho ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 323
Van de.Scheppinge der werelt.319de dingen die men siet, niet geworden zijn uyt dingen die gesien worden, ende Rom. 4. 17. V. "Was daer yet eer de werelt was geschapen? A. Neen. V. Was daer eenen tijt? A. Neen. V. Is de werelt buyten den tijt geschapen? A. Neen. V. Hoe sal men ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 389
Van den Name385Christus.V. Waerom niet? A. Om dat de Priester soo weerdigh ende soo veel soude moeten zijn als Christus. V. Soude dat dan wel konneri bestaen? A. Neen. V. Maer genomen het kost bestaen, kan het wel geschieden ? A. Neen. Y. Hoe menighmael is Christus geoffert? ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 394
,Waerom390de Geloovigeneygentlick of oneygentlick ende door gelijckenisse ? A. Door gelijckenisse? V. Is de gelijckenisse de sake selfs ? A. Neen. V. Een schilderije, die de man gelijckt, is die de ,d dman b aeselfs?A. Neen. V. Waer t ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 436
432VanChristi Menschwerdinge.heyt des persoons, blijckt alhier in desen Sondagh uyt sijne menschwerdinge. c V. Is dese leere van Christi menschwerdinge nootsakelick ter sahgheyt? A. Ja. c V. Soude men dan niet konnen saligh worden, als men die verwerpt? A. Neen. c V. Doet dat ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 459
Vande Nuttigheyt des Lijdens Christi.455sonder sijnen Sone met de doot te straffen; ende van soodanige, die daer drijven haer genadigh verdragh gelijck daer zijn de Remonstranten? ,A. Ja. V. Beschuldigen dan dese menschen Godt stüswijgens als dat hy een sake gedaen hee ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 574
Van570 dV. zieledWiede Opstandinge des vleeschs. diezijnvan endegene,dewelcke seggen,dedatin haer nature sterffelick is?A. De Socinianen. V. Hoedanigen substantie is de ziele? A. De ziele is een geest ofte ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 84
,Van80de Menschelicke Traditien.Esai. 55, verss. 10,ten voortbrenght,by het11.Luce8. verszaet,'twelck vruch-8?A. Godts woort doet ende vverckt alle dese dingen leeren, vermanen, beschuldigen, ...