Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 196
,Van192 dhet Middel der Verlossinge.V. Seght my eens, hoe moet de vorige kennisse van uwe ellende op u herte wercken? A. Dat ick trachte ende stae na een verlossinge.V. Waer van wort hier gehandelt? A. Van het middel van onse verlossinge. d V. Hoe wert desen Son ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 198
Van194het Middel der Verlossinge.nademael de overtredinge nu geschiet is ende straffe maer oock gehoorsaemheyt tot welcke wy onsen Schepper verplicht blijven soo lange straffeniet;,alleen,,,wydredelicke sch ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 199
,Vanhet Middel der Verlossinge.195A. Neen want de Heere is een algemeyne Richter des werelts, Genes. cap. 18. vs 25. Soude de Richter der gantscher aerde geen recht doen. Rom. cap. 3. vss. 5, 6. ende kan hemselven niet versaken. 2. Tim. :13.2.V. Ee ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 200
Van196ddcV. Behalven Godts recht, vereyscht Godts waerheyt ook straffe voor de sonde? A. Ja. V. Waer in bestaet die waerheyt Godts? A. In het dreygement, daer mede de Heere den mensche gedreyght heeft: Genes. 2. 17. Want ten dage, als ghy daer van etet, sult ghy ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 197
'Vanhet Middel der Verlossinge.193V. Zijn dese redenen niet goet, namelick, dat de Heere den gevallenen Engelen geen verlossinge heeft gegeven; 1. om datse gevallen zijn van den allerhooghsten top der hooghte, dat is, uyt den Hemel: 2. Om dat in den val der Engelen, de ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 203
,Vanhet Middel der Verlossinge.Godts in haerSonelichaem199heeft gedragen, endeter werelt gebracht?A. Neen. V. Hoe komt het dat wy voor ons selven niet konnen betalen voor de sonden? A. Om dat wy de schuit noch dagelicks meer maken, V. ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 202
,Van198het Middel der Verlossinge.Rom. cap. 1. vs 32. Deaen Godes gerechtigheyt welcke, daer sy het rechte Godts weten, &c. d door het licht der nature V. Kan men weten welcke die gene zy, door welcken dese eenige voldoeninge geschiet is? A. Neen. d V. Soude men ni ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 201
Van A. V.het Middel der Verlossinge.De Socinianen. Waer uyt blijckt,197dat het geen onrechtveerdig-heyt in Godt is? A. Om dat deontschuldige sich vrywilligh heeft gepresenteert als borge, om voor de schuldige te voldoen: Psal. 40. 9. lek hebbe lust, O mij ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 204
-,,Van200het Middel der Verlossinge.A. Neen: want onse onvolmaecktheyt ende onvol komentheyt is te groot, gelijck uyt de boven-geciteerde plaetsen kan afgenomen werden. V. Maer een man die yemant wat te kort gedaen heeft, ende hy compenseert of restitueert den selven t ...
Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 205
?:Van201het Middel der Verlossinge.geen betalinge voor hare sonden, ende daer door en werden sy met Godt niet versoent , maer is alleen een vaderlicke kastijdinge. V. Wie zijn de gene, die daer leeren, dat men voor sijne sonden kan voldoen ? A. De Paepsche Leeraers. V. ...