Leemten in de wet - pagina 31
BIJ DEN UITGEVER H. A. VAN B O T T E N B U R G T E A M S T E R D A M VERSCHENEN.MEIJER, NEDERLANDSCHE STAATSWETTEN, met verwijzing naar overeenkomstige en toepasselijke bepalingen. Uitgegeven onder toezicht van Mr. Dr. H. J. ROMEIJN, 1912—1918. 2 deelen gebonden met 2 supplementenPr ...
Leemten in de wet - pagina 1
RB05441LEEMTEN IN DE WET. REDE BIJ DE AANVAARDING VAN HET HOOGLEERAARSAMBT AAN DE VRIJE UNIVERSITEIT TE AMSTERDAM,DEN 2 3E NJANUARIUITGESPROKEN1920DOORMR. W . ZEVENBERGEN.AMSTERDAM. H. A . VANBOTTENBURG 1920. ...
Leemten in de wet - pagina 19
21 den rechter bestaan — kenmerkt zich door de afleiding van oordeelen. Oordeelen is niet een verbinding van S en P, niet een praediceeren van een subject, zonder eenig ander fundament dan het sic volo, dan willekeur of het wilde spel van den onbestuurden gedachtengang. Integendeel, elk oordeelen ...
Leemten in de wet - pagina 30
Reflexionenherinneren,waarin hij leert, dat de zedewet stamt uit eenrede, die als deel van het rijk des geestes, van den Godsstaat, is aan te merken,waarinGod Koning is. Dit raakt echter niet meer de logischebezinning over het leemtebegrip, maar veelmeer ...
Leemten in de wet - pagina 2
LEEMTEN IN DE WET REDE BIJ DE AANVAARDING VAN HET HOOGLEERAARSAMBT AAN DE VRIJE UNIVERSITEIT TE AMSTERDAM,DEN 2 3E NJANUARIUITGESPROKEN1920DOORMR. W. ZEVENBERGEN.AMSTERDAM. H. A. VANBOTTENBURG. 1920. ...
Leemten in de wet - pagina 3
Zeergeachteen zeergewenschteToehoorders!Sedert Z i t e l m a n n zijn beroemde oratie uitsprak over „Lücke Lm Recht" *), is het vraagstuk van de leemten der wet. steeds weer aan de orde gesteld en het voorwerp van min of meer diepgaande beschouwingen g e w o r d ...
Leemten in de wet - pagina 4
6Voor het afleggen van zulk een rekening en verantwoording van mijn meening over „leemten in de wet", waag ik eenige oogenblikken uwe welwillende aandacht. Leemten in de wet! W e kiezen met opzet deze uitdrukking om de tegenstelling met leemten in het recht te doen uitkomen. Want dat het r ...
Leemten in de wet - pagina 20
22 waar deze zich voortbewogen op de statige deining der dialectiek als veelmeer daar, waar scherpzinnigheid en ervaring ons in den steek laten en we zijn aangewezen op het niet meer objectiveerbare, het emotioneele ) ? 44Maar ook, als we van dit pathos als psychologisch verschijnsel afzie ...
Leemten in de wet - pagina 5
7in haar eerste artikel schrijft: gij zult geen andere geboden voor mijn aangezicht hebben, dan is daarmee vanzelf erkend, dat ook de vraag naar de leemten in de wet een vraag is, die zonder voorbehoud en volstrekt ontkennend is te beantwoorden. Zien wij echter eerst wat onder leemte te ve ...
Leemten in de wet - pagina 6
8 beoordeelende naar een laatsten standaard van behoorlijkheid, zal moeten disqualificeeren. Daarmee wordt echter nog niet getornd aan de realiteit van het onrichtige recht, alsof het onredelijke onwerkelijk ware. Integendeel is, zooals we reeds opmerkten, deze realiteit bij de critische waardeer ...