1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 170
l6o En wie nu niet vervalt in psychologisme, maar ernst maakt met de eigen realiteit van den geschapen logos, moet hier eenheid en veelheid wel zien in een verhouding van het identische tot z'n combinaties. Veelheid is er in deze wereld wel, daarbij een groote combinatie der verschillende momente ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 171
161 voorgaande en een bepaalden „algemeen" en dat uitsluitend b.volgende momenten van het concrete begrip van stand van zaken, worden alleen door vergelijking ,,bijzonder". Maar in dit alles is niets bijzonders de physica zou raken.Meten envergelijken.De conclusie v/aa ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 172
162 geven van haar bepaalde gestalte, plaats en richting. Er behoort nog iets bij. N.l. een bepaling die aan meting, dus aan groottenbepaling is ontleend. Waar komt deze „grootte" vandaan? Behoort ze als vierde grcndcategorie in het ruimtelijk gezichtveld? H a e r i n g ^) meent van wel, maar ver ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 173
163 analogie in het lagere, maar wel omgekeerd. Wie de analogie aanvankelijk ontwaart, maar haar later overdrijft tot identiteit, ziet zich niet alleen den zin van „analogie" ontglippen, maar valt bovendien terug tot 'n monistische overschatting van 'n bepaald gezichtsveld, b.v, van het arithmeti ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 174
164 belasting te onderscheiden van de phoronomische en ruimtelijke grootte. Met één slag is daarmede het pleit beslecht tegen de ,,omkléedingstheorie". Het is immers niet zóó, dat het physische achtereenvolgens „omkleed" wordt met het phoronomische en het ruimtelijke, en dit ten slotte v/eer met ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 175
165 grootte of quantificeerbare energie. De kentheoretische waarde van al deze structuren is dezelfde: ze zijn analogische figuren; ze vertegenwoordigen 't logische in een veld met inachtneming van z'n steunen op andere velden. In de begrippen, langs den weg van deze structuren gevormd, grijpt me ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 176
166 vergelijking, waarbij één der vergelekenen vergelijkingséénheid is, is 't mogelijk de bepaling op grond van de vergelijking te geven in den vorm van een benoemd ^etal, B.v, a ; b = 3 : 1. Is b nu 1 C.M, dan is A restloos te vergelijken met 3 c.M, A en 3 c.M. zijn dan gelijk. /^ ) De onderstel ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 177
167 F^xcurs. 1, De beteekenis van E i n s t e i n's werk voor de begripmatige bepaling van den tijdsmaatstaf. Zoowel bii dit deel als bij bet volgende van dezen excurs dient het geheel van E i n s t e i n's beweringen helder onderscheiden van de daarin houdbare kern. Dat de beroemde physicus zelf ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 178
168 waarnemer in z'n eenzijdigheid het verschil van betrekkingssysteem niet in rekening te brengeen, overal constant is! Voegt men daar nog bij, dat de beroemde physicus nu eens K a n t , dan weer A r i s t o t e l e s meent ter overwinning gevoerd te hebben, dan is het geen wonder, dat men hem o ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 179
169 ^ens hem zinloos gedoe. En verwart bovendien niet langer het denken van anderen, wat ook 'n wel negatieve, maar toch groote verdienste is. Maar hoe zijn deze antinomieën dan op te lossen? Door het ontdekken van een fout, hetzij in de redeneering, hetzij in het uitgangspunt. Welnu, de fout zit ...