Uit de diepte - pagina 401
:395 doch gij waart uaakt en bloot. Als Ik nu bij u voorbijging, zag Ik u, eu ziet, uw tyd was de tijd der minne zoo breidde Ik mijnen vleugel over u uit, en dekte uwe naaktheid ja Ik zwoer u en kwam met u in een verbond, spreekt de Heere Heere, en gij werd de mijne". Of wilt gij een ander ...
Uit de diepte - pagina 402
396 Rechter ten oordeel komen, en allen voor zijn rechtbank dagen, teneinde hun daar hun vonnis te doen hooren. Al toeft Hij dan. Hij komt toch gewis, en ieder, wie hij ook zij, zal voor Hem verschijnen en naar zijne werken geoordeeld worden. De grond dus van de hope, die Job en alle kinderen God ...
Uit de diepte - pagina 403
397 de profetie van Ezechiël (37) op dit punt. Ge kent het gezicht van de vallei der doodsbeenderen die daar zeer dor lagen, en het woord Gods tot zijn dienstknecht over deze » Daarom profeteer en zeg tot hen vallei Zoo zegt de Heere Heere: Zie, Ik zal uwe graven openen, en zal ulieden uit uwe gr ...
Uit de diepte - pagina 404
398 volgt, wat ding. HierCatechismus noemt onze zalige opstanhebben wij nog eene bedenking weg te nemen.onzezonderSommigen tochvertalen uit mijn vleesch liever door ten onrechte. Evenals Jona in den visch toen hij uit het ingewand van den visch bad, zoo ziet ook ...
Uit de diepte - pagina 405
,399wat zoude Hy hun daarginds in de woningen des Vaders vreemd worden? Onmogelijk! Zij zullen Hem daar nog beter kennen, omdat zij Hem dan zien mogen, gelijk Hij is. Vindt gij het niet natuurlijk, dat Job zijn heerlijke woorden besloten heeft met een: sMijn schoot (dat is: mijn ver ...
Uit de diepte - pagina 406
;,400uwWeerhoud,o Heer!Dathart niet hechthij zijnAan dwaze hoovaardijknecht,!Heerscht die in mij niet meer,Dan leef ik tol uw Van groote zonden LaatEn'sUeer vrij.mijn tong en ...
Uit de diepte - pagina 407
UIT DE DIEPTE. LEERREDENEN DOOKDE PREDIKANTEN DERUELERDUITSCHE &EREEOE,MEERLE KERKEN (doleerende).XXVIII.EEN BLIK IN DEN HEMEL. DOORC. A.RE NIER,PREDIKANT TE AMSTERDAM.AMSTERDAM, [I/FÏM)1889.JJ.A.WORMSE ...
Uit de diepte - pagina 409
,,o Heer! ontdek mijn levenseind aan mij; Mijn dagen zijn bij ü geteld; Ai! leer mij, lioe vergankelijk ik zij; Een handbreed is mijn tijd gesteld; Ja, die is niets; want, schoon de mensch zichDesterksteisvleit,enkel ijdelheid.Gaat niet de mensch a ...
Uit de diepte - pagina 410
404 vatten,van Job: isweetikzulksdanniet beter te doenin hetwoord»De mensch, van eene vrouw geboren,kort van dagen en zat van onrus t." Of wieis er, die thans niet denkt aan de snelheid des tijds en alzoo aan de kortheid ...