Van de kennisse Gods - pagina 21
DE HEERLIJKHEID DER KENNISSE GODS.19door Christus Jezus, die daartoe door den Vader in deze wereld is gezonden. zooals Hij geopenbaardAls wijHemietstemogen enweten en door genade gelooven, en kennen van den drang der ziele, die persta ...
Van de kennisse Gods - pagina 22
INLEIDING.20II.MET MOND EN HART. Want met heid, enmenter rechtvaardig-belijdtmen ter zaligheid. Rom. 10 10.het hart gelooftmet den mond:Als de Gereformeerde Confessie handelt over de kennisse Gods, spreekt zij in haren s ...
Van de kennisse Gods - pagina 23
MET MOND EN HART.2Ide menschen, dien zal Ik ook belijden voor Mijnen Vader, in de hemelen is." Met groote stelligheid wordt hier dus op het belijden van den naam des HEEREN aangedrondieEn in Luk. 9 26 lezen wij het woord dat gelden kan tegenhanger: „Zoo wie zich Mijns ...
Van de kennisse Gods - pagina 24
;INLEIDING.22Deeerevan Christus zelvesteltHemuitermate verhoogd heeft,heeftwelke desallenChristusdat Jezusbelijden,Gods,bovenisVaders. "(Filipp.dien eisch, d ...
Van de kennisse Gods - pagina 25
:MET MOND EN HART. aannadeloon (ICor. 6Godin:Hemdie20):23„Gijbelijden. En de Apostel vermaant duur gekocht, zoo verheerlijkt dan en in uwen geest, welke G odes zijn."zijtuw lichaamDe tweede ...
Van de kennisse Gods - pagina 26
INLEIDING.24(Matth. 23 27.) En van geheel het volk van Zijne dagen moet Hij het getuigen „Dit volk genaakt Mij met hunnen mond, maar hun hart houdt zich verre van Mij." (Matth. 15:8.) De zetel van het geloof is altijd het hart: met het hart gelooft men ter rechtvaardigheid. En dat w ...
Van de kennisse Gods - pagina 27
MET MOND EN HART.25de menschen geoordeeld worden, en uitgemaakt of dan niet zuiver, of die conform den Woorde Gods is, of in strijd er mede. De vraag of er oprecht geloof des harten aanwezig is, kan en mag ten opzichte van zijn evenmensen door een nietig menschenkind niet worden bea ...
Van de kennisse Gods - pagina 28
INLEIDING.26minder waar, dat hart en mond niet te scheiden zijn, en dat, wat leeft in het hart, door den mond tot uiting moet komen, en doorgaans ook komt. Bij den Heiland zei ven, die de Leids-mandes geloofs is, wordt dat gevonden „Zie, Mijne lippen bedwing Ik niet, H ...
Van de kennisse Gods - pagina 29
DE ONBEGRIJPELIJKHEID GODS.I.DE ONBEGRIJPELIJKHEID GODS. Zie,Godisgroot,enwijbegrijpen hetJob 36niet.:26.Het eeuwige leven is toegezegd aan allen, die den eenigen, God kennen in het aangezicht van Christus ...
Van de kennisse Gods - pagina 30
:DE ONBEGRIJPELIJKHEID GODS.28Godeenerzijds in Zijn Woord stelliglijk eischt, dat al wie eeuwige leven zal venverven. Hem, den eenigen en waarachtigen God, moet kennen, en anderzijds dat Woord op onderscheidene plaatsen zoo nadrukkelijk zegt, dat hetheton ...