Het beroep op andere gronden dan ds Schriftuurlijke.
Gelijk wij heden vóór vier weken uiteenzetten, Inoeten wij bij onze beoordeeling van de nieuwe Irjchting" niet alleen letten op de methode aanbande de schriftuurlijke bewijzen, maar ook op Ie methode volgens welke men andere bewijstronden dan de schriftuurlijke aanvoert tot stating van zijn betoo ...
De wljsgeerlg-theologiscbe kant onzer vraagstelling.
Tot dusver schreven we een drietal artikelen onder den titel: Het „ik". Die bedoeling dezer artikelen was, na te gaan, wat we eigenlijk onder bet woord „ik" hebben te verstaan. Uit den aard der zaak moesten we, om daarover zekerheid te hebben, ons wenden tot een onderzoek naar de betecfcenis, die ...
Christologie en Anthropologie.
I In den strijd der kerk om de formuleering van (Je waarheid Gods heeft de teer omtrent den persoon van Christus in het algemeen gesproken meer de aandacht gehad dan de leer omtrent het wezen van de menschelijke persoonlij'kheid.Dit is zeer wel te verklaren ...
De mascotte en de zielkunde.
Meermalen kaïi men in de krant lezen, dat menschen, die iets doen, waardoor ze in het centrum van de publieke belangstelling komen te staan, er een popje of beestje van watten of iets dergelijks op na houden en dat ze dat in critieke oogenblikken altijd bij zich dragen.Dikwijls ontwaart me ...
De „ziel” (of de „geest”) als substantie.
I. In het door ons uitvoerig besproken boek vinden wij op pag. 33 eenige korte opmerkingen over de ziel.Hier wordt toegezegd, dat over het verschil tusschen lichaam en ziel „verderop breeder" wordt gehandeld. Daarbij wordt verwezen naar blz. 43 vervolgens. O ...
De methode aangaande het bewijs uit de Schrift.
III. Nog eenmaal willen wij handelen over de wijze, waarop het door ons besproken boek i) bewijsmateriaal uit de Schrift aanhaalt.Wij zullen daartoe ditmaal beginnen met een uitvoerig citaat van den schrijver aan te halen. Daarbij plaatsen wij vervolgens de ...
Vervolg antwoord aan den beer Janse.
Wij moeten nog verder gaan met de beantwoording van den heer Janse. Hij zegt: „het moest onder ons — in overeenstemming met de belijdenis der kerk — toch in elk geval gewoonte zijn om niet over „het Ik , van JeZus" te speculeeren".Ik onderstreepte hier een deel van den zin. Is het speculat ...
Tegenstrijdige meeningen.
Na hetgeen we in ons vorig artikel zeiden over de nieuwe opvatting omtrent de waarde van de dogmatische formuleeringen uit de eerste eeuwen dei" christelijke kerk, zooals die in onzen kring ook in woord en geschrift wordt verdedigd, willen we eerst door eenige citaten nader aangeven, op welke wij ...
Tweeërlei methode.
Bij 1) de beoordeeling van hetgeen de kerk van Christus aller eeuwen, op het voetspoer der godgeleerden en der belijders uit de eerste eeuwen onzer jaartelling, als de meest juiste formuleering van de waarheid Gods aanvaard heeft, willen we allereerst bespreken de vraag naar de juiste methode, we ...
Het „ik”.
II. Voor drie weken begonnen we Ie spreken over de vraag, of wij, op gronden ontleend aan de gegevens der beschrijvende psychologie, mei recht mogen spreken van „het" „ik" des menschen.We hielden ons toen bezig met de weerlegging van enkele bezwaren, die voo ...