De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 13
11 vóór 1795 bij een ingrijpende verandering gestaan had, zonder haar te durven verwezenlijken." ^) Die uitlating van Japikse staat niet op zichzelf. Zij vloeit voort uit een zekere geringschatting van de beteekenis van 1795, die o.a. ook blijkt uit zijn merkwaardige indeeling der Vaderlandsche G ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 25
23 geheele staatswezen haar algemeen-Christelijke opvattingen de heerschende werden. Algemeen-Christelijke opvattingen. Zou men dus mogen zeggen, dat de omwenteling te onzent, al was ze dan anti-Gereforf j meerd, toch wel een Christelijk karakter droeg? Mag men een gematigd voorstander als Swilde ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 14
12 Martens van Sevenhoven hebben, de een voor wat betreft de bestuursinrichting van Utrecht, van het gewest zoowel als van stad en platteland, de ander ten aanzien van de justitieele colleges van Holland, trachten aan te toonen, dat de verandering dikwijls meer schijn dan wezen was. Zij doen uitk ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 34
32 De schoolwet van Van den Ende is typeerend voor de nadagen der Bataafsche Republiek. Van invloed van de kerk op de school wil men niet weten, en met name van geen leerstellig onderricht, al schrijft men wel den kerkgenootschappen aan zorg te dragen, dat de kinderen hiervan niet verstoken blijv ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 15
13 gedachtenis weer probeeren te doen herleven. Eerst wanneer, onder rechtstreekschen invloed van hetgeen in Frankrijk plaats vindt, de verbinding tot stand komt van de verlichte denkbeelden en het eenhoofdig gezag, wanneer er een bewind optreedt, eerst van Schimmelpenninck, dan van Koning Lodewi ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 26
24 komen is, is me niet bekend. Wel, dat niet het minst de Room- ; schen van de omvkrenteling hebben geprofiteerd. Zij deden hun best om van de gelijkstelling van Brabant met de andere gewesten en van de overige rechten en aanspraken, die hun toegekend werden, zooveel mogelijk voordeel te trekken ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 16
14 in 1797, van een leerstoel te Leiden in de Nederlandsche taal en welsprekendheid. Het is echter zeer de vraag, of dit als een gevolg van 1795 aan te merken is en niet veeleer als een rijpe I vrucht van de in de tweede helft der 18de eeuw krachtig I oplevende belangstelling in ons eigen verlede ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 35
33 is in Vrankrijk geboren uit een onverschilligheid op dat stuk, en uit de democratische principes van gelijkheid". Hij beval aan met betrekking tot den godsdienst bij de oude constitutie te blijven, dat wil dus zeggen, dat ook alle ambtenaren tot de Hervormde kerk moesten behooren. Van de ander ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 17
15 die van 1806, die, welke bezwaren er tegen in te brengen zijn, toch in menig opzicht aanmerkelijken vooruitgang beteekende, zou een halve eeuw ons schoolwezen beheerschen. Invloed van de omwenteling van 1795 valt ook te constateeren op economisch terrein. Tal van belemmerende bepalingen, als s ...
De beteekenis van de omwenteling van 1795 - pagina 36
34 bij den ouden toestand blijven kon. In de grondwetscommissie van 1815 hebben Belgische leden voor de kerk in België handhaving geëischt van de oude rechten en gebruiken en er was een strooming in de commissie om zoowel hierdoor den Roomschen in België als door de handhaving van het voorschrift ...