Onjuist beroep.
De Sneeker Kerkeraad heeft in de nadere toelichting, die hij bij zijn adres aan de Synode der Hervormde Kerk uitgaf, zich ook beroepen op de Hei'aut en wel op een artikelenreeks, waarin Prof Rutgers uiteenzette, hoe de aanneming of toelating tot het Avondmaal behoorde te geschieden.
Dit beroep nu kan niet anders dan als een misleiding worden gewraakt.
Zeker heeft Prof. Rutgers in genoemde artikelenreeks er terecht op gewezen, dat de Gereformeerde Kerken er nooit op uit waren allerlei bijzaken en bijzonderheden door gebiedend voorschrift te regelen, en ze veeleer aan elke bijzondere kerk de vrijheid lieten om dit te doen, zooals o. a. daaruit blijkt, dat de Gereformeerde Kerken nooit een bepaald stel formuliervragen van de belijdenis des geloofs hebben vastgesteld, maar de formuleering daarvan aan elke Kerk overlieten. Wel wordt de hoofdinhoud van deze vragen aangegeven in onze liturgie, maar de eene Kerk formuleerde deze vragen anders dan de andere, zonder dat hiertegen eenig bezwaar werd gemaakt. Onze Kerkenorde zelf handhaafde deze vrijheid, door te bepalen, dat wie ten Avondmaal wil toegelaten worden, eene belijdenis moet afleggen naar de gewoonheid der Kerk, waarbij hij zich voegt.
Maar al is dit alles volkomen juist, toch kan zelfs een kind wel begrijpen, dat dit niets te maken heeft met den strijd, die thans in de Hervormde Kerk gevoerd wordt over de vraag, of de belijdenisvragen, zooals zé daar staan, moeten beantwoord worden, dan wel of men volstaan kan met te betuigen, dat men met den geest en hoofdzaak daarvan instemt. Het geest en hoofdzaak is toch niet anders dan een middel om modernen, die feitelijk van dé Christelijke belijdenis niets weten willen, tot de gemeenschap der Kerk toe te laten. In dien zin nu hebben onze Gereformeerde vaderen het zeker nooit bedoeld, wanneer ze aan iedere plaatselijke Kerk de vrijheid lieten om de belijdenisvragen te formuleeren. ntegendeel, ze zouden, wanneer een Kerkeaad destijds de belijdenisvragen zoo geformuleerd had, dat bijv. een Sociniaan daarop a kon antwoorden, wel terstond maatregelen hebben genomen om zulk een schandelijk misbruik van de verleende vrijheid te keeren.
Natuurlijk weet Dr. Wumkes, die dit advies mede onderteekende, dit evengoed als wij. Het beroep op wat Prof. Rutgers schreef over de practijk onzer Gereformeerde vaderen, was daarom geen eerlijk spel.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 25 april 1915
De Heraut | 4 Pagina's