Het kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, gelijk dat gekend wordt uit de handelingen van den Amsterdamsche Kerkeraad in den aanvang der 17e eeuw - pagina 90

88

BIJLAGE B . VERGADERING VAN GEDEPUTEERDEN UIT DE PROVINCIËN.

kon[n]en verbetert worden : Dat de vergaderinge haer sulcx wel Laet gevallen, ende over sulcx den Eerweerdigen broederen versoeckt, Dat sij sodanige christelijcke begeerte getrouweLijck willen naekomen. Daeraen over den grooten noot der Kercke tot Cam pen, die in een merckelijcke getal haer vanden Arminianen heeft afgesondert, buijten ter predicatie gaen ende van voornemen zijn een forme van Kercke a e n t e richten om dies te bequamer bij een te blijven ende in den dienst orde te stellen : Dat deselve gemeijnte behoort vertroost, gesterekt ende geholpen te worden: Dat men over sulcx met Doet. Wühelmo Stephani sa] spreecken, ten eijnde hij met deselve gemeijnte, die hij ten besten kent, op sodanige tijt ende plaetse, als hij haer sal anschrijven, sal believen te handelen, om bequamelijck tot verkiesinge der Ouderlingen ende Dinkenen met derselver bedieninge ordre te stellen, ende nae gestelde ordeninge met goede kennisse van de nabuyrige goede Kercken te bedencken, hoe die gemeijnte ten bequaemsten den dienst des Woorts sal mog'^n bekomen : Ende, so Dat noch sulcx Door Doet. Wilhelmum Stephani niet vruchtbaerlijek noch veijlich sonde kon[n]en geschieden, sullen de broeders van Overijssel sulcx haer in aller getrouwieheijt Laten bevolen zijn. Tot vorderinge van die van Swolle sullen D . Joês Langius ende D. Jerem. Plancius de opsienders aldaer vermanen ende met goede redenen soecken te bewegen, dat sij noch eenen vierden Kerekendienaer, een vroom, gesont, ende getrouw ijverich Leeraer sullen willen beroepen. Ende wat eijntlijck aengaet den Predikant in Blanckenham, die onwettelijck om 't uijtgeven der bedenckingen des Classis Vollenhoo ende Steenwijck over het edict des Lantschaps, twelck nochtans buijten sijnen weten was geschiet, van sijnen dienst tegen Danck van sijne gemeente is afgesett ende van niet weder toegelaten te worden noch in vrese staet; Dat de broeders van Overijssel met kennisse van enige andere nabuijrige kercken daerop sullen Letten ende op middelen Dencken, die tot voorcorainge van sulcx, tot verhinderinge ende verbeteringe nodich sullen zijn. Aldus gedaen ter vergadering* der broederen te voren aengeteijckent, ende in de vrese des Heren geeijndicht, ende bij ons allen eendraehtelijck onderteijckent desen 3 Augusti naden nieuwen stijl a° 1616. Onder stonden de namen als volgt: [geene eigenhandige onderteekeningen]. Petrus Plancius, Praeses Cornelius Hillenius, Scriba Wilhelmus Buuclartius suo et Eilardi Menii noiê Johannes Hallius Johannes Ursinus Harmannus Gerhardi Bcclesiastes Bnchusanus Ilarmannas Faulcelius Ecclesiastes Middelburgensis Godefridus Udemans Pastor Ecclaê Zierckzeanae Johannes JBogermannus Ecclesiastes Leovardiensis Florentius Johannis Ecclesiastes Snecanus Johannes Langius Petrus Plancius [Junior] Georgius Placius

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen