Het kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, gelijk dat gekend wordt uit de handelingen van den Amsterdamsche Kerkeraad in den aanvang der 17e eeuw - pagina 84

82

BIJLAGE B .

VEUGADEKINGEN VAN GEDEPUTEERDEN ÜIT DE PEOtlNCIEN.

uijt Zelant Jodocus Larenus Godefridiis Cornelii Udemannus uijt Frieslant Joês Bogermannus voor hem selfs ende uijt name van Godefridus Sopingius uijt Overijssel Joês Langius suo et Thomae Roothusii noiê. uijt Groningen ende Omlanden Accordeert met den Principale in kennisse van ons ondergess. [eigenhandige onderteekeningen] lohannes Fontanus, m. praeses Jodocus Laretius.

e. Derde bijvoegsel bij de Acta der vergadering (Oud-Syn. Archief, nr. 35, II, 87, fol. 249). Binnen Amsterdam den 17 Septembris 1615 Is goetgevonden datmen Jaerlijcx eenen privatum conventum sal houden binnen Amsterdam inden beginne van de Maant Meij, om also broederlijcke Correspondentie onder malcanderen te onderhouden : Ende sullen de Dienaren des Godtlijcken Woorts binnen Amsterdam de vrijheijt hebben alsulcke Predicanten uijt andere Provinciën te beschrijven, als haer sal goetduncken, dewelcke, so het haer ongelegen valt te verschijnen door sieckte oft andersins, sullen vermogen eenen anderen trouwen broeder in haer plaetse te laten komen met schriftelijcke getuijchenisse, Nopende de onkosten, die sullen staen tot besorginge van degene die de uijtschrijvinge sullen doen. Actum ut supra. Oirconde onse ondergess. handen, [eigenhandige onderteekeningen] lohannes Fontanus m, praeses Wilhelmus Baudaitius Joannes Haüius Petrus Planeius Godefridus Comely Vdemans Johannes Bogermannus Johannes Langius Jodocus Laretius

II. Akten der vergadering, van 28 Juli—3 Aug. 1616 te Amsterdam gehouden. a. Credentie-brief en procuratie van de Friesche afgevaardigden (Oud-Syn.

Archief, nr. 35, II, 4 3 , fol. 265 sq).

Alson de kerckenraet van Amsterdam goet gevonden heeft enige aenschrivinge te Doen aen ons, ten eijnde ordre mochte werden gestelt, Dat twee gequalificeerde kerckendienaers deser Provincie van Vrieslant tegens Dijsdach, den 26 Julii des nieuwen stijls, naestcomende binnen haar Stat mochten verschynen, om in de vrese des Heeren, malcanderen,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen