Het kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken, gelijk dat gekend wordt uit de handelingen van den Amsterdamsche Kerkeraad in den aanvang der 17e eeuw - pagina 98

96

BrjLAGE C. DË ADVIEZEN AAN DE ÖVËEHElD.

geheel onsehriftmatighe ende ooek valsche Leere der Remonstranten, in IJaerluyder vyf artyekelen begrepen : end is tzelve Schrift vanden broederen geapprobeert end voorts goet gevonden dat tzelve den B. E. Heeren Burgmeesteren dezer Stede gepresenteert end overgelevert sal worden. Ende sullen dit doen D. Hallius end D. Triglandius. (Protoc. IV, fol. 2 l i j . 6 APRIL 1617. — Is gerapporteert by D. Hallium end D. Jacobum Triglandium haer commissie hen hier boven gegeven betreffende, dat sy de E. E. üeeren Burgmeesteren hebben aengesproocken: Dewelcke verelaert hebben, dat sy alle devoir nae vermogen doen sullen: ten eynde de gesoude Leere end goede ordre Hier te Lande vanden beginne aengenomen hier te lande mach blyven: vermanende onder des datmen voor dese tijt soo veel mogelyck is alle heevicheyt int predicken sal vermyden. Ten eynde men partie niet en geve occasie tot swaerder verbitteringe end onverdragelicker haerder importuniteijt meer te gebruycken, gelyck sy nu eenigen tyt gedaen hebben, eteet. (Protoc. IV, fol. 211), 13 APRIL 1617. — Alsoomen siet end verstaet dat de onbehoorlycke procedure by verscheyden Steden gebruijekt, tegens de Dolerende Kercken hier end daer opstaande, seer groote murmuratie end vervremdinghe causeert: Is goet gevonden om sulex te mogen hinderen, ofte verminderen, datmen daertoe sal arbeyden, dat soo hier als in ander Steden, Die Heeren Magistraten sullen aengesproocken end gebeden worden, op dat soodanighe onchristelijcke handelinge soude moghen cesseren end geweert worden. (Protoc. IV, fol. 213). 8 JUNI 1617. — ü . Hallius heeft ingebracht, Hoe dat de E. Heeren Burghmeeslers deser Stede hem mitsgaders D. Triglandio dese voorleden weecke hebben aengedient, hoe dat in dese loopende vergaderinghe van de E. Mogende Heeren Staten van Hollant end Westvrieslant, voorgestelt wordt: Hoe dat van verscheyden Steden goet ende raetsaem geoordeelt wort tot wechneminghe van dese gemeene verschillen hier te lande bevonden, dat metter eerster gelegentheyt aengestelt worde een Colloquium van sesthien personen, deen helft kerckelycke en dander Politycke, alwaermen soude ondersoucken end beraemen eenen goeden voet, hoemen pertyen eenichsins soude moghen tot malcanderen naerder brenghen end tot onderlinghe tolerantie bewegen ende dit tot een goede preparatie (soot van node ware) van een volgende nationael Synodus etcet. Doch met dat beding ende conditie dat de Leere inde vyf articulen begrepen, ongecrenct blijven souden, etcet. Versouekende hier beneven dat de Broeders: Soo Predicanten als Ouderlinghen, dese saeeke onder malcanderen in examinatie souden opnemen, ende besien wat hier in soude moghen gedaen ofte niet gedaen worden, ende met gelegentheyt hier over haere E. met goet advys dienen : Dit aengehoort zynde, is tzelve in deliberatie genomen ende op alles rypelj'ck gelet zijnde, is eenstemmelijck geresolveert, datmen niet en can, desen aengaende yets anders gevoelen noch resolveren als voor desen tyt hier over besloten is: Datmen blyven sal by de begeerte van het Nationael Synodus : Item dat js, datmen Die voornoemde vijfif Articulen gantschelijck voor onschrift-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen