De wetenschap van den Logos - pagina 23
Rede bij de overdracht van het rectoraat der Vrije Universiteit
17 klassieke philologie geweest; zij heeft altijd de oude geschiedenis als een onderdeel van haar terrein beschouwd. Dezelfde wet van 1876, die ik daar noemde, plaatst, evenals het-. Koninklijk Besluit van 1815, naast de philologie de bespiegelende wijsbegeerte en wil deze dus niet als onderdeel der letteren beschouwd hebben.
Neemt men de philologie als de studie der'^
letteren in engeren zin, dan is deze coördinatie niet onjuist. Naar het hart van Plato is eene scheiding echter niet; hij noemt niet alleen den philosoof en den philoloog in éénen adem, als één geheel als 't ware i), maar zegt ook uitdrukkelijk ró /* cpiXoiAu&a,•Aul (filóaocfiov vavTÓv terwijl dit cpiXoiia&és ongeveer hetzelfde is als (fiiXóloyop 2).
Na Plato bleven ook in de praktijk philologie
en philosophie ten nauwste verbonden.
Seneca klaagt er over,
dat beide zoo dikwijls verwisseld worden. 3) noemt de philologie philosophiae proxima. 4) in
zijne encyclopaedic de
philosophie. 5) der
philologie,
de
Joannes a Wower Gesner verbindt
geschiedenis
en
de
Wolf omschrijft de philologie als den „InbegrifT
liistorischen
und philosophischen Kenntnisse, durch welche
wir die Nation, von der uns Werke übrig geblieben sind, aus diesen in aller möglichen Hinsicht kennen lernen". 6)
Wytten-
bach achtte eene nauwere verbinding van fraaie letteren en philosophie noodzakelijk. 7) Bernhardy meent, dat de philologie hare philosophie in zich zelven heeft en de hulp, van wat hij „secten-philosophie" noemt.
i) De Rep. pag. 582 e, in hoeverre <it\,lö).ayoii hier gelijk gesteld kan worden met onzen term philoloog zal later blijken. Zie pag. 20. 2) De Republica II p. 376 b. Zie de noot van Wyttenbach op Phaedo p. 82 d, bij Stallbaum. 3) Epist. Mor, 18, 5, 23—35. 4) De Polymathia. Lipsiae 1665 pag. 17 en 21. 5) Zie Böckh pag. 37. Wolf in zijne Encyclopaedie pag. 3. 6) Encyclop. pag. 8. 7) In zijne oratie waarmede hij in 1771 het professoraat aan het Remonstrantsch seminarimii te Amsterdam aanvaardde: „De coniunctione philosophiae cum elegantioribus litteris. 2
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1891
Rectorale redes | 70 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1891
Rectorale redes | 70 Pagina's