Evolutie - pagina 47
Rede, bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit
43 aus, und hort Psyche auf Psyche zusein"? i) Ook hier toch bhjft de naam van Psychologie en Ethiek u nog van het' uithangbord toespreken, maar alle laden en kasten van den winkel, waarin de Ethische ingrediënten gereed moesten liggen, zijn hopeloos leeg. Er is geen ziel meer, want ;,was man gewöhnlich Seele nennt ist nur die Summe von Thatigkeiten einer groszen Anzahl von Gangliencellen" 2). Een ziel in onderscheiding van het lichaam zou het Monisme in de hartader aantasten. Geest zonder stof bestaat niet. Van een •y(?(?r/bestaan der ziel na den dood, kan dus, wijl ze elk zelfstandig bestaan derft, nimmer sprake wezen. Experimental-physiologie en Psychiatrie, en niet minder de Ontogenie, hebben voor goed het onsterfelijkheidsdogma weggebroken. Het soort blijft, het tndividti g a a t onder. Verband met een Jenseits is er niet^ ^,und es muss voUkommen Widersinnigkeit sein noch von einer Unsterblichkeit der menschlichen Person zu reden" 3). „Eine Fortdauer unseres Geistes nach dem Tode, betuigt zelfs Hallier, ist ein Ding der Unmöglichkeit" 4). Dienovereenkomstig vallen weg het zedelijk ideaal, de zedelijke wereldorde^ de zedewet die ons beheerscht^ het plichtsbesef dat aan die wet bindt, de Heilige die ons die wet geven zou, en mét deze grondbegrippen verliest ge èn de correlate begrippen van zonde, schuld en naberouw, .èn de daarmee evenwijdig loopende van verlossing en zoen. Zoo ontrooft dus de Evolutie aan de Ethiek niet minder dan haar geheele subject, en voor dit verloren subject, met zijne noodzakelijke relatiën, wordt haar een sociologisch apparaat ondergeschoven, waarbij de psychologische veri) Ook in Duitschland wint dezelfde Ethik veld. Zie GUSTAV RATZENHOFER, Die Sociologische Erkennlniss, Leipzig 1898. Tegenover het theologische en methaphysische uitgangspunt baseert hij zijn stelsel op de positivistische Erkenntniss, p. 368, 9. En Dr. JOHANNES UNBEHAUN, Versuch eiiier philosophiichen Selectionstheorie, Jena 1896, p. 137. Ook OSCAR HETWIG, Die Lehre votn Orgaiiismus und ihre Beziehung auf Socialwissenschaft^ Jena 1899, p. 20, V. V. Interessant is de critiek op dit stelsel van VICTOR CATHTREIN, Die Sittenlehre des Darwinismus, Freiburg 1885. 2) Haeckel, o. 1. I I 808. 3) O. 1. I. 297. 4) HALLIER, Nattirwissenschaft, Religion und Erziehung. Jena 1875. p. 41,
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1899
Rectorale redes | 64 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1899
Rectorale redes | 64 Pagina's