GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 82

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 82

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

72 En in de derde plaats wijst Denifle er op, dat dit geheele verhaal door Luther eerst gedaan zou zijn in 1540, dus vijf en twintig jaar nadat zijn bekeering heeft plaats gevonden, terwijl hij vóór dien tijd nooit over de beteekenis, die Rom. 1 : 17 voor zijn geestelijk leven heeft gehad, ook maar één woord zou hebben gerept. Uit dit drietal argumenten zou dan onwederlegbaar blijken, dat dit geheele verhaal van Luther een latere mystificatie was en' dat zijn „bekeering" onmogelijk te danken kan zijn aan het nieuwe licht, dat de Heilige Geest hem over Rom. 1 : 17 deed opgaan. Immers alle uitleggers vóór Luther hadden Rom. 1 : 17 reeds zoo opgevat en Luther zelf evenzeer, jaren lang voordat zijne bekeering plaats greep. Wat nu het eerste argument van Denifle aangaat, zoo grondt zich zijn geheele betoog op één uitdrukking van Luther, die in 1540 in zijn vooriezingen over Genesis 27 zou gezegd hebben: „Sic omnes doctores hunc locum (se. Rom. 1 : 17) interpretati fuerant: lustitia i. e. ira Dei" {Luthers Werke, E. A. op. lat. 7, 74) en daarmede dus verklaard zou hebben, dat alle uitleggers vóór hem de justitia in Rom. 1 : 17 zoo geexegetiseerd zouden hebben. Dit geschrift over Genesis is echter niet van Luther's eigen hand afkomstig, maar een collegedictaat, dat na Luther's dood is uitgegeven naar een handschrift, dat zeer slecht te lezen was. Volkomen betrouwbaar is de tekst dus zeker niet. Op alle andere plaatsen, waar Luther over deze zelfde zaak spreekt, beweert hij niet, dat de doctoren hunc locum nl. Rom. 1 :17 zoo hebben uitgelegd, maar dat ze hoc vocflft«/«m,d, w. z. de justitia Dei in algemeenen zin hem zoo hadden doen verstaan: „Oderam vocabulum Justitia Dei, quod usu et consuetudine omnium doctorum doctus eram philosophice intelligere de justitia (ut vocant) formali seu activa, qua Deus est Justus et peccatores iniustosque punit" (E. A. var. arg. 1, 22). Op de meeste plaatsen verhaalt Luther dan ook, dat zijn angst voor de Justitia Dei volstrekt niet alleen Rom. 1 : 17 gold, maar evengoed waar dit woord in de Psalmen voorkwam. Zoo in denzelfden commentaar op Genesis bij caput 42: „Olim ego cum legendum et orandum esset illud Psalmi: In justitia tua libera me, totus exhorrescebam et ex toto corde vocem illam oderam" (E. A. op. lat. 10, 155). En evenzoo in een Tischrede: „Illud vocabulum iustitia, das ist in meinem Herzen einDonnerschlag gewest. Nam quando in papatu legerem: in iustitia tua libera me' mox putabam illam iustitiam vindicantem furorem, se. divinae irae" {LauterbacKs Tagebuch, p. 130; zie voorts een dergelijke Tischrede, t. a. p. p. 81; een uit het

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 82

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's