GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 97

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 97

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

87 Denifle daalt hier af tot het peil van mannen als Evers en Gottlieb, die uit de brieven van Luther zelfs hebben willen bewijzen, dat Luther drie onechte kinderen heeft gehad, welke alle drie bij nader onderzoek bleken hun oorsprong te danken te hebben gehad aan drukfouten van de zetters! (zie WALTHER, Für Luther wider Rom, p. 646). Dat Luther geen homo frigidus was, heeft hij zelf erkend in een brief aan Spalatin : „non quod carnem meam aut sexum non sentiam, cum neque lignum neque lapis sim" (DE WETTE, Dr. Martin Luthers Briefe, Berlin, 1825, Bd. II, p. 570), maar het feit, dat Luther eerst op 42 jarigen leeftijd in het huwelijk trad, vijf jaar nadat hij met de Roomsche Kerk officieel had gebroken, bewijst op zich zelf reeds genoegzaam, hoe valsch de voorstelling is, alsof de lust om te trouwen Luther tot afval van de Roomsche Kerk zou gedreven hebben. Luther trouwde veel meer uit verstandelijke motieven, dan omdat hij zoo sterk op Catharina van Bora verliefd was; zie KÖSTLIN-KAWERAU, Luthers Leben, 5= Aufl. Berlin, 1902, Bd. I, p. 730 en v. v. Ook wat Denifle beweert omtrent het ontuchtige leven van Luther vóór zijn huwelijk, is dit niets dan laster, zooals ik in mijne oratie blz. 16, 17 heb aangetoond. Voorts verwijs ik voor deze quaestie naar SEEBERO, Luther unci Liitherthum, p. 19—24; KOLDE, P. Denifle, p. 49—68; WALTHER, Für Luther wider Rom, p. 619—668; BRAUN, Die Bedeutiing der Concupiscenz, p. 28, 29, BOEHMER, Luther, p. 84—90. De argumenten door deze schrijvers aangevoerd zijn zoo overtuigend geweest, dat ook de jongste Roomsche biograaf van Luther GRISAR, Luther, II, p. 231 en v.v. na een nauwkeurig onderzoek van de bronnen tot de conclusie komt, dat van een onzedelijk leven van Luther in het klooster of daarna geen sprake kan zijn en alle verhalen daaromtrent onder de „Lutherfabels" zijn te rangschikken ; zelfs keurt hij scherp af, dat populaire Roomsche schrijvers nog altoos voortgaan met deze lasterpraatjes aangaande Luther te verkondigen. Alleen over de vraag, of Luther als student, vóórdat hij in het klooster trad, zich aan ontucht schuldig heeft gemaakt, laat hij zich aarzelend uit en meent, dat hier wel bezwarende getuigenissen van personen, die hem toen gekend hebben, voorhanden zijn, t. a. p. I, 19, 20. *3) DENIFLE, Luther I-, p. 63—69, 276 enz. Denifle grondt dit verwijt hierop, dat Luther aan het huwelijk zijn heilig karakter zou ontnomen hebben, door het niet langer als een sacrament te beschouwen ; voorts dat hij in plaats van een ideale, een grofzinnelijke opvat-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 97

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's