GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het æcumenisch karakter onzer kerken.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het æcumenisch karakter onzer kerken.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de mooie rede, met magistrale soberheid gesteld, door den Pfcaeses van de Utrechtsche Synode aan het einde harer samenkomsten in zoo plechtige stonde gesproken, werd met fijne opmerkingsgave o.a. ook dit gezegd: „hierbij vermeld ik zeer dankbaar, dat door de vele buitenlandsch'e afgevaardigden deze Synode te beter 't oecumenisch karakter onzer Kerken deed uitkomen en ons oorzaak van vreugde gaf in het zien van den krachtigen wasdom van het gereformeerde leven; ook in streken, waar het in den loop der jaren was ingezonken". Dit feit, met hartelijke vreugde en met een dankbaar gemoed geconstateerd door Dr J. C. de Moor, verhoogt niet weinig de beteekenis der laatst gehouden Synode en voegt weer een nieuwen trek toe a, an het karakter, dat haar in het bizonder eigen was. Het deed een der heerlijkste kenmerken der Kerk uitkomen: haar katholiciteit. Naarmate eene kerkgemeenschap' dat kenmerk draagt, naar die mate zal zij gewinnen aan beteekenis voor de komst van Gods koninkrijk. Een ieder dan, die in emste bidt om deze komst, die zal ook danken als hij mag opmerken, dat onze Kerken steeds meer h|aar oecumenisch ksa-akter doen uitkomen. De Deputaten voor de correspondentie met buitenlandsche Kerken hebben in het bizonder zorge te dragen, dat dit karakteoj onzer Kerken immer klaarder aan den dag trede. In de eerste plaats dan zullen onze Gereformeerde! Kerken meer bdkend moeten worden in het Buitenland. En waarlijk daartoe heeft de Synode van Utrecht reeds het hare bijgedragen. Dat dit noodig is, hard noodig ook, kan ons blijken.uit wat wijl la, zen onder Kerknieuws in „De Nieuwe Rotterdamsche Courant" — Dinsdag 13 November 1923 — Avondblad, A. De Redacteur van het Kerknieuws doet eene belangrijke mededeeling uit een artikel, verschenen in de November-aflevering van „Stemmen des Tijds", van de hand van Prof. Dr H. M. van Nes, betreffende da vergaderingen der Eresbyteriaanschie Alliantie te Zurich, gehouden yan 20—27 Juli j.l. Dr van Neg vertelt dian hoezeer het de bevreemding wekte, dat hij de e e n i g e Hollander was ter vergadering, te meer daar ook de Gerefomleerde Kerken op, de conferentie — foutief wordt die door Dr van Nes gedateerd „het vorig jaar", dat moet zijn op de vorige vergadering — te Pittsburg vertegenwoordigd waren door een afgevaardigde. Ook deelt Z.H.G. mede, da, t hij „wel heeft bemerkt, dat men in het Buitenland van onze k e r-kelijKe toestanden zoo goed als niets afweet, en hij heeft met belangstellende verbazing aangehoord, wat daarover gezegd werd.

Hij is dan ook uitgenoodigd om daarover een eenigszins uitvoerig artikel te schrijven in het tijdschrift der Alliantie.

Telkens werd hem de vraag gedaan: What about the Kuyper-Church? waaropi, aldusi van Nes, ik natuurlijk geen officieel antwoord kon geven.

Mij dunkt, dat de belangstellende heeren, indien zij iets naders hadden willen weten omtrent de „Kuyper-Church", zich ook nog wel tof anderen hadden kunnen wenden, die ter vergadering waren en die ons tamelijk of zelfs bizonder goed kennen. Onder anderen was ook te Zurich Dr Henry Beets uit Grand-Rapids; Kolffhaus uit Vlotho en Ds Z. L. S. von 'Galambos ui.fc Boedapest. Dat men aan het buitenland niet immer een objectief getuigenis omtrent onze Kerken geeft en dat met opzet, kan ons blijken uit het Rapport-Grosheide inzake de afvaardiging van een vijftal Hoogleeraren en Predikanten naar de Hongaarsche Gereformeerde Kerk in het voorjaar van 1922. In genoemd Rapport, dat als Bijlage XVIIIa, blz. 181 w., in de Acta is opgenomen, deelt de Rapporteur o.a. mede, dat de tegenwoordige bisschop te Boedapest, Dr L. Ravasz, zich aanvankelijk op een isufstand hield, vanuit Holland had men gewaarschuwd, dat wij gekomen waren om op scheiding aan te werken.

Wij hebben etóhter geen redenen om Prof. Dr H. M. v0n Nes te verdenken, dat hij, als hij |het voorgenomen eenigszins uitvoerig artikel over dte kerkelijke toestanden ten onzent zal schrijven in de Qujaterly Register, onzer Kerken daarbiji geen recht zal laten wedervlaren, Tevens mogen wij ook van dezen Hoogleeraar veronderstellen, dat hij wat de historie, ook de histoire contemporaine, onzer Kerken betreft, daaromtrent beter op de hoogte zal blijken te zijn dan sommige zijher collegas, die daarover waagden te schrijven zonder ook maar eenigszins voldoende georiënteerd te zijn.

Toch zal een ieder begrijpen, dat het zeer gewenscht is, 'da.t ook een der onzen.in een dergelijk tijdschrift eenigszins uitvoerige artikelen schrijft over de kerkelijke toestanden in ons vaderland.

Het gaat blijkbaar zoo moeilijki om objectief te zijn!

Intusschen mogen wij met blijdschapi constateeren, dat sinds de Synode van Utrecht in meer dan eene buitenlandsche peiriodiek in verband met genoemde Synode artikelen zijn verschenen, die ons kerkelijk leven raken.

Prof. Dr J. Sebestyén zorgt wel, diat 'de Hongaarsche Gereformeerd'e Kerk bestendig wordt ingelicht omtrent het karaik'ter onzer Kerken, zoodat degenen, die tegen ons waarschuwden in een daglicht zijn gekomen, dat voor hen wel eens minder aangenaam kan zijn. Ds Kolffhaus' invloed en mededeelingen in de „Reformirte Kirchen-Zeitung" dragen niet weinig bij tot meer algemeene bekendheid met het karakter, de sterkte en het streven vaii onze kerkengroep onder de Duitsche Gereformeer, den. Het verblijdt ons, dat ook de Ameri'kaanschje „Banner" buiten den meer beperkten kring van de Christelijke Gereformeerde Kerk lezers" vindt onder het Angelsaksische ras, in het midden waarvan de Gereformeerde leer nog steeds zeer veel belijders heeft. In „The Record of the Home jand Foreign Mission Work of the Unitedi Free ChurchI of Scotland" komt een aardig, artikeltje voor van den afgevaardigde te Utrecht Rev. James Macdonald Webster, D.D', getiteld: Among Presbyterians in the Netherlands.

Dit een en ander zal stellig hiet zijne bijdragen, dat de buitenlandscihe gereformeerden in de toekomst iets meer weten van onze Kerken, zoodat

zij haar niet. meer zullen noemen: „de Kuyper-kei'k"".

Dat meerdere kennis noodig is bleékl mij ook weer uit de sympathieke mededeelingen gedaan door Euanthos, van Schüttorf onder ihet ihoold Bilder und Skizzen aus Holland, beelden en schetsen uit Holland, in de Nrs 43 en 44 van „De Reformirte Kirchen-Zeitung". Dieze anonymus staat sympathiek tegenover ons!

Wij zijn dankbaar voor alles wat het oecumenisch karakter onz.er Kerken kan versterken en beter doen uitkomen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 december 1923

De Reformatie | 8 Pagina's

Het æcumenisch karakter onzer kerken.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 december 1923

De Reformatie | 8 Pagina's