GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Pers-stemmen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Pers-stemmen.

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hei jaar 1927 in Zuid-Afrika.

Evenals ons blad geeft ook „Die Kerkblad van (Uo Gereformeerde Kerk in Suicl-Afrika" een overzicht van het jaar 1927.

Over de grooïe kwestie op piolitiek terrein , , die van ons sogenoemde soiewereine onafhanklikheid en die vlagkwessie wat daaraan verbind is" wil de betrokken redakteirr zich niet pertinent uitspreken.

Verder konstateert hij, dat „ons" in den strijd voor het christelijk onderwijs vorderingen hebben gemaakt. Alleen de Minister van Onderwijs blijft ]iog onliewogen. Op dit punt moet de strijd nog met volle inspanning van alle krachten worden voortgezet.

Op oeconomisch gebied vermeerderde da staatsschuld. Zij bedraagt thans 231 miljoen pond „of iets dergeliks en ons betaal jaarliks oor die negen miljoen rente". Er wordt thans geroepen om oeeonomische onafhankelijkheid, waartoe toiename in de industrie moet worden bevorderd. Zelfs buitenlandsch kapitaal zal hier hulpi moeten bieden.

De brandende „natiu-elle-kwessie" (het vraagstuk omtrent do kleurlingen) wacht nog op een oplossing. „Mag die Here ons staatsmanne wysheid gee!"

Dan betreedt het blad het kerkelijk en theologisch terrein.

Wij ei te eren:

Op kerklik en taologies gehied Wyk ook dat ons meer en moei' in aamrakiag kom met allerlei geosbesstrominge. Die Ewolusieteorieë hou nog die denkende mensheid in beslag en die iiieigi«ig is om die Bybel te verklaar in terme van die cwolusie.

Om dit te kan doen moet baie dele van die H. Skrif in huUe letterlifce betekenis ontken word.

T«n geivolge van hierdie stryd bet die behoefOe ontstaan om 'n Teologiese ïydslorii: uit te gee en ons hoop dat hy die volgende jaar sal verskyn.

Vir die eeii'ste maal in ons fcerkliko gesldiedenis is 'n deputaat direk deur ons kerke gestuur om ons te verteenwoordig by die Gheref. Kerke in Nederland, waardeur die gëloofsbande versterk is. Op sendinggeiied het ons in die afgelope jaar ongekeiadQ voaidering gemaak. Dit is wel nog gering, maar daar ds 'n geestesverandering gefcom wat 'n hoopvolle telcen is vir die tpekoms. Mag die Here bly wei'k met Sy Geea in ons midde en as ons die werking gewaar word mag dio blymoedige daad ook nie ontbraelc nie! Ons versteen nie, aan God die dank! Sending en Evangelisasie vra onse harte len oose beurse.

Die Teologiese Skool het ook 'n ongekiende bloei belewe. Ons staan vraeM by die verblydende taken idat so haio jong manne hulle aanmeld vir die biediening.

Byna 'n veertig in Teol. Skool en in die voorlopige studie aan die P.U.K., en onder .huUe het i6sn sy volle studie voltooi lea wag hy om uitgestuur te word in die beidenwêneld!

As die Here 'n doel bet dan het Hy ook die weg en die middels. Die viiaagstuk van die plaatsing van aanstaande bedienaro van die Woord word ©gter bade aktueel.

0, ns het ryke slof, tot danlcbaarhead en vir ons wag opnuut wm.& ï 'n .jaar van gebed en arbeid op al die terreine van die lewe.

Mag die Here ons geloof vermeerder en onse Ideine krag versterk! Ons roeping 'is groot en ons werlc is swaar. Maar die gedagte dat die Here ons ni< ? ledig op die mark wil sien staan nie is veidilydend.' Laat elkeen gaan werk as Hy roep!

In die Iverkgeskiedenis merk ons 'n' deurlopeode stryd teen wêreldsgesinidheid, wat idie Icerk altyd bedreig liet. Hierdie wêreldsgesiindheid neem in die ecue altyd andei-vorms aan en wissel met die wereldmodes.

Die saak bly altyd dieselMe, en ook in die afgelope jaar is daar 'n gees van wêreld^gesindheid geopenhaar soms met meer of min naakte vorms, wat tred hou met die gees van die eeu. Ook toen die indringerige en diikwels swaar te bestryde wereld moes die stryd aangebind word. Ons mag danlcbiaar wees vir die strydgees wat in ons gemeentes geopenbaar is.

Maar daar is nog so haie woekerplante wat moet uitgeroei word. Ons liaatste woord is: Het die wereld en wat daarin is nie lief nie.

De Calvinisten in Zuid-Afrika hebben een strijd, die nog veel moeilijker is dan hun historische vrijheidsoorlog. Met blijdschap vernemen wij uit dit overzicht, dat zij niet strijdensmoede zijn geworden. Zij hebben nu achter andere „kopjes" dekking te zoeken om de geestelijke boosheden te bestoken. Mogen zij het in 1928 sterker dan. ooit ondervinden: , , De Heer is aan de spits getreden".

De gedachtenis aan Prof. Rutgers in Zuid-Afrika.

In hetzelfde blad schrijft een hier te lande goed bekende. Ds Hamersma van Colesberg een pittigen brief ovei' examens. Daarin komt een aardige herinnering aan Prof. Rutgers voor, welke wij onzen lezers niet willen onthoiuden.

Die lekkerste en beste eksaminator, wat ek ooit in my lewe geken het, was die geleerde, sagmoedige (wyle) Professor F. L. Rutgers van die Vrye Universiteit.

Nie 'n kandidaat het, gk) ok, ooit 'n vraag op sy mondelinge eksaraens verkeerd beantwoord nie. As die professor eksamen in Icerkgeskiedenis atgeneem het, en aan die kandidaat vra: Wie was op die konsilie van Nicea die vername verdediger van die godheid van Christus? en die kandidaat antwoord ewe vlotweg: Augustinus, professor, dan sê die vriendelike man met medelyde in sy oë, maar anders baie hartlik: Ja, ja, Athanasius.

En wat later: Kan u my sê, in waiter jaar Luther gehore is? .en die kandidaat antwoord: In die jaar 1460, professor, dan was die woderwoord van die medelydende boegleeraar weer: Ja, ja, in die jaar 1483.

Eendag moes 'n student eksamen doen, wat in sommige opsigte begaaf was, veral as spreicer en skryw'ei', maar daarby 'n baie swak geheue had. Om sy steeds laë beurs een keer mot 'n paar pond te verryk, waag hierdie sjudent dit, om 'n boeide 001 'n vernaam ondei'werp te skryfi, en uit te gee, en sy geskryf het nog al goed van die hand gega, an. Toen, die skrywer dan, nie lang daarna, eksamen moes doen by bogenoemde professor het die edele man gemeen, dat hy sy student mooi tegemoet sou kom, en ook p'ragtig sy knapheid sou laat skitter, as hy hom vernaamlik gaan vra oor die onderwerp, waaroor die outeur 'n werkie in die lig gegee had. ]\Iaar helaas, dit was heeltemal mis, en 'n groot teleurstelhng vir die aj-me professor. Elfcers moes hy sy vriend help, en sy antwoorde bywerk, sodat hy maar gou van onderwei'p verwissel het. Die student het toe ewewel deurgelcom, maar dit was nouhks, ja nouhks. (Vix, ne vix quidem).

Zoo was prof. Rutgers inderdaad, ofschoon hij op vergaderingen en synodes iemand met de zachtmoedigste kieschheid kon uitkleeden.

Als examinator was hij uniek'. Maar daarom ook niet te imiteeren.

Het leerplan van de Theologische School in EIberfeld.

Het gewichtigste, wat er in 1927 in het Gereformeerde leven in Duitschland voorviel, is naar onze beschouwing het besluit om te EIberfeld een Theologische School op te richten.

Het plan, waarmee wij reeds vroieger onze lezers in kennis stelden, begint vaster vormen aan te nemen.

De „Reformierte Kirchenzeitung" van l'Jan. j.l. bevat daarover een uitvoerig artikel van de hand van Dr Hesse, predikant te EIberfeld.

Nopens het karakter van deze School meldt hij, dat de laatste jaren aan het licht hebben gebracht, dat de studie aan de universiteit thans een aanvulling behoeft, welke een leemte tusschen gymnasium en universiteit vult en alzooi de studie aan de Universiteit eerst recht vruchtbaar maak't.

Hier is derhalve noch sprake van een Theologische School, gelijk wij die kennen, nooh vati een bijzondere leerstoel aan eenife universiteit, maareen opleidingsinstituut, dat men noodzakelijk acht vóór de Universitaire studie wordt aangevangen.

Op het leerplan staan voioral twee punten: Schriftkennis en onderwijs in den Heidelbergsctien Catechismus.

Bij het - godsdienstonderwijs — aldus Dr Hesse — wordt wel een veelheid van bijbelkennis opgedaan, de leerlingen worden daar geplaatst voor talrijke vragen, maar de eenheid ontbreekt eraan. Die is echter onontbeerlijk vóór de jonge student naar de Universiteit gaat. Anders mist hij alle houvast.

Maar niet minder noodig acht de schrijver, dat wie naar de Universiteit gaat, vooraf wordt ingeleid in den Heidelbergschen Oatecliismus evenals in de geheele geesteswereld, waaruit de Heidelberger geboren is.

Dit zijn moedgevende teekenen.

Het is dan oiok met blijdschap, dat wij daarop acht geven.

Een voorstel tot theologischen wapenstilstand in Amerika.

Gelijk men weet wordt er in Amerika een felle strijd gevoerd tusschen modernisten en fundamentalisten.

iMaar er is thans een man opgestaan, die het pacifisme ook wil overbrengen op geestelijk terrein.

In „De Wachter" geeft D's Keegstra de volgende voorlichting en bestrijding.

- Ziedaar het nieuwste nieuws van den dag op hot terrein van den godsdienst. Een wapenstilstand in deiL strijd op theologisch gebied, 't Is nog wel niet zoover gekomen, maar de wensch is toch op sterlce wijze uitgesproken, dat het er toe komen mag in ons land.

En hij, die die zaak mogelijk acht en haar bepleitte, , is een man, die in de kerkelijke wereld tegenwoordig nog .al gewicht in de schaa! legt, niemand minder dan Dr S. Parkes Gadman, president van, de Federal Council of Churches ol^ Christ in America.

Dr Cadman hield een rede voor de Philadelphia Federation of Churches, toen hij deze nieuwigheid te voorschijn bracht, zoo meldt ons „The Literary Digest" van den 19den November. Hij noemde den tegenwoordigen strijd tusschen Modernisten en Fundamentalisten eene verspilling van Gods hulpbronnen, ter bevrediiging van sectarische ijdelheid (waste o-t the resources of God to_ satisfy sectarian vanity). Giaarne. zou hij wenschen, ' dat er tot een wapenstdsLand, of tot eien vacantie besloten zou kunnen worden voor een tijd van vijftig jaren. Van Moderne zijde hebbien we reeds genoeg op geschrift, om liet er mede te kunnen doen en van de zijde der Fundamentalisten hebben we al te veel, zoo meende de schrijvei*. Het is 'tijd, dat we heel do discussie, die toch niets beteekent voor • de 59.000.000 menschen in ons land, met wie de kerk niet in aanraking komt, maar we, gdoen en sommige van de beginselen, waarop onze godsdienst gebaseerd is, beginnen te beleven. We kunnen en zidlen toch nooit gelijk denken. Da, t zou trouwens ook de meest hopelooze stagnatie zijn. — Giaaiine stemde hij toe, dat de groote kerkgroepen (denominations) hunnie belangrijke bijdragen aan de historie der Christenheid hepJÏen toegebracht en hij zou de laatste zijn, van dat alles ter zijde te willen werpen. Maar wie leven thans in eene andere vi'ereld en de kruin der baar van het sectarianisme is voorbij. De nieuwe dag breekt aan.

En verder zeide Dr Cadman te pleiten voor eene vereeniging op den grondslag van een onverkleinbaar minimum van geloof, met sommige neutrale zones voor verschil van opinie in het theologisch denken.

'tJs voor iemand, die niet gewend is, om m Modernistische termen te denken en te schrijven, wel wat moeilijk om de gedachten van een Modernist als Cadman zuiver en duidelijk weer te geven; maar we meenen toch, in bet bovenstaanide gijno woorden eerlijk te hebben verlplkt voor onze lezers.

"Wat over zulk een wapenstilstand te zeggen? ' Kunnen, mogen de Funidaniemtalisten (wij voor ons schrijven liever „Rechlzinnigen") do wapens neerleggen en vacantie nemen? God beware ons, dat ze 't ooit zouden willen I Dat zou ontrouw aan hun Christelijk beginsel en dus ontrouw aan God worden. Want al ware het, dat ze (de rechtzinnigen, die vasthouden aan het onfeilbare Woord van God) nooit één enkel woord rechtsfaeeks meer tegen de Modernisten gingen sprelven of schrijven, elk woord van belijdenis over de waarheden die hun boven allies dierbaar zijn en waarover zij niet zwijgen mogen, zou toch weer indirect strijden tegen de overtuigingen der Modernisten.

Neen, Dr Cadman, in een hchaam, dat den naam van Kerk van Christus wil dragen, is een wapenstilstand met den vijand niet mogelijk! Dat zou afval, dat zou verraad jegens den Koning zijn. En daartoe wil toch geen eerlijke Modernist zijnen medemejisch aanraden, ook al is die medemensch een theologische tegenstander.

Maar 'tis moeilijk, om daaro.ver met Modernisten te redeneeren. Want, wat zij theologische speculaties en haarkloverijen plegen te noemen, dat achten de rechtzinnigen te zijn hunne belijdenis, waarvan te

zw'ijgenëffiè-zondige nalaliigheid zou_zijn; die haast , lo sieeinian tot sprefceQ zou - noodziaken.

iVeein, een wapenstilstand, Jioe aanlokkelijk het woord ook klinken moge, kan niet. Voor de Fundamentalisten is maar één van twee mogelijk, zich lafhartig overgeven, of strijden tot den einde toe.

Ook zal ar van zulk eene vereeniging als waar-\oor Dr Cadman pleit, niets terecht kunnen komen.

Denk eens aan: eene vereeniging op een grondslag van een onverkleinbaar minimum van geloot .irreducible minimum of faith), wat is dat, waaitoe i'noet dat minimum gereduceerd worden? Om den nillc va.n de Modernisten zou het geloof aan , , e0ne /rdiglieid uitsluitend door het veorzoenend lijden en > lcrven van Jezus Christus" zeker uit het minimum weggelaten moeten wordien. Maar dan is er voor da Fundameata'is'lfin geheel geen hasis, geen grondslag meer, Dat los te laten, of ook maar te verzwijgen in i'en s'tanidpimt voor een* herkiehjke of godsdienstige \ rieeniging, dat is voor oprechte schriftgeloovigen ücen geloofsminimura, ma.ar puur ongeloof.

Voor ons is dat zoo duidelijfc als de dag. Maar als Dr Cadman ons ariifceltje lezen kon, zou liij er wellicht meewarig zijn hoofd over schudden en zeggen: rechtzininige biekiompenheid!

Eén pimt heeft Dr Cadman aangeraakt, waarvooi we hem eeren en wat ook hier onze aandacht ver-< lient. Hel, betreft de 59.000.000 menschen in ons land, op wie, naar het zeggen van den spreker, de Iverk geen invloed heeft. In sympathie voor die müüoenen mag geen Fundamieintalist voor een Modaraii iiiKlerdoen. Dat zou door en door on-Fundamentalislisch zijn. Het lot dier ongelukkigen hebben we ons aan te trekken. Voor hen ook rust er van Godswege eene dirue verplichting op ons. Strijd tegen den ^-ijand is ons geboden; maar die strijd ontheft ons niet van de verant-woordelij'kheid, die ons jegens hen is opgelegd. Ook voor die. moeten we tijd en geld . I'll energie willen opofferen.

Eu wie zou durven beweren, dat we in het nakomea dier verplichting niet zeer te kort schieten. I'^vangelisafie onder ons eigein volk, inwendige zendiag len behoeve van hen, die met ons in hetzelfde land Honen, idaarop behoort nadruk gelegd te worden.

We beijveren ons, om het Wooa^d onzes Gods te brengen aan de millioenen heidenien in het buitenla.nd. 't Is wel, we wenschen gaeii verkoeling van dien ijver. Maar hen verwaanloozen, miet wie God ims in nationaal verband heeft gebracht, dat zou ongeoorloofd zijn. Meer, veel meer, kan er door de Christenen onder eigen landgenooten gedaan worden.

Om hen mag de s'trijd tegen den vjjand niet geslaakt worden; m.aar om den strijid tegen den vijand mogen we de millioenen zielen in ons eigen land niet vergeten.

Dit is een uitnemend wooi'd.

Dr Cadman doet denken assie preekt. aan de vos, die de

De mjodernisten hebben bij dit voorstel weinig ; f niets te verliezen. ^SS^;

Als het vOiOrstel werd aangenomen, zou heel erkelijk Amerika spoedig modernist zijn geworden.

\Va.nt de fundamenteele waarheden zouden daaroor voor iets bijkomstigs worden verklaard.

De minimum-belijdenis der modernisten zoiu zijn : üivaard.

GeliVkldg, onze Amerikaansche geestverwanten, ouwei in ruimer 'als in enger zin, - hebben de endenen omgord en houden de lampen brandende.

HEPP.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 januari 1928

De Reformatie | 6 Pagina's

Pers-stemmen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 januari 1928

De Reformatie | 6 Pagina's