Bibliotheekgidsen.

Eeiiige maanden geleden schreef ik een tweetal artikelen, waarin ik het pleit voerde voor de stichting van bibliotheken door en aan onze christelijke scholen. Men zal zich misschien herinneren, dat ik in deze schoolbibliotheek een middel meen te zien tot oplossing van het vraagstuk der lectuurvoorziening, omdat zij, mits goed geleid, voor een groot deel opheffen kan de moeilijkheid van de ouders, die moeten beslissen tusschen lectuuraanbod en lectuur-keuze voor hun kinderen.

Mits goed geleid. In deze woorden ligt de voorwaarde besloten, waaraan de kans tot oplossing van het vraagstuk absoluut gebonden is. De leiding is hier alles. Zullen de ouders zich door de Schoolbibliotheek laten helpen op de wijze, die ik omschreef, dan moeten ze onvoorwaardelijk op die Bibliotheek kunnen vertrouwen, dat is, ze moeten kunnen vertrouwen op de leiding. Daarom legde ik in de genoemde artikelen allen nadruk op de verantwoordelijkheid, die de leider van zoo'n Bibliotheek draagt. Hij moet rekening houden met de paedagogische factoren, die zich doen gelden, maar vooral ook, hij moet kennen de boeken, die hij in de boekerij der school opneemt. Een zware taak, die belangstelling en toewijding vordert.

Gelukkig echter staan hem tot het goed behartigen van die taak verschillende uitnemende middelen ten dienste. Ik noemde indertijd reeds het tijdschrift „De Lectuurgids", dat maandelijks uitkomt 1) met 32 bladzijden bespreking van nieuw-verschenen bpeken en in een rubriek „Jeugdlectuur" speciale aandacht schenkt aan de jongensen meisjesboeken; ik noemde ook „Boeken-Keur", het oigaan van de bonden van Geref. Jongelings-en Meisjesvereenigingen 2), dat eveneens de jeugdlectuur in zijn kader van boek-behandeling betrekt. Als de leider der Schoolbibliotheek zich door deze beide tijdschriften laat voorlichten, is het halve werk voor hem gedaan. Hij weet dan alvast wat hij van het nieuwe zeker niet moet hebben. En omtrent het andere heeft hij richtlijnen, die zijn beslissing zullen vergemakkelijken.

Ook hebben verschillende onderwijsorganen een vaste afdeeling boekbespreking. „De School met den Bijbel" b.v. heeft eenige jaren geleden geopend een nieuwe rubriek „Bibliotheekgids", die zeer bepaald op het oog had de kinderboeken te bespreken naar hun geschiktheid voor de Schoolbibliotheek. De leiders der Bibliotheken, lezers van dit blad dat hun vakorgaan is, zullen met dankbaarheid van deze voorlichting hebben geprofiteerd.

Evenwel bleef deze ongeriefelijkheid, dat de besprekingen in losse nummers, tusschen andere copie in, moesten worden opgenomen en het later naslaan van een bepaalde recensie tijd en moeite vroeg. Wil men met het aldus geboden materiaal kunnen werken, dan is het noodig, dat het, in goede orde gerangschikt, uit het momenteele van een periodiek woidt opgeheven tot het blijvende van een gids. Daarom wordt aan het einde van lederen jaargang van „Lectuurgids" en „Boekenkeur" een alphabetisch register samengesteld, dat het vinden van een bepaalde bespreking vergemakkelijkt. De Redactie van „De School met den Bijbel", die met een zoodanig register niet afdoende geholpen was, heeft een anderen weg ingeslagen. Zij heeft de verschillende recensies bijeengebracht, ze alphabetisch en lexicografisch gerangschikt en toen de aldus ontstane lijst afzonderlijk uitgegeven onder den titel „Bibliotheekgids voor Ghr. School-en Jeugd bibliotheken", verzameld door J. L e n s. 8)

Deze nieuwe helper bij het Bibliotheekwerk ligt dan voor mij, 150 bladzijden groot; keurig, ofschoon eenvoudig, uitgegeven — en ik begroet hem met vreugde. Een krachtige en vooral betrouwbare bondgenoot bij den arbeid der lectuur-voorlichting, samengesteld onder zeer deskundige leiding uit inzendingen van een twintigtal medewerkers.

De methode, die gevolgd wordt, is de gewone, maar door verschil in lettertype wordt de overzichtelijkheid der opgaven bevorderd. Aangegeven worden: Schrijver, Titel, Uitgave van. Bijzonderheden (oorspronkelijk of vertaald, aantal bladzijden, leeftijd-aanwijzing, prijs). Korte Inhoud, Beoordeeling Conclusie. Blijkbaar heeft de heer Lens uit De School-met-den-Bijbel-recensiën uitsluitend die genomen, die aanbevelenswaardige boeken behandelen. Slechts een enkele maal vond ik een „onder voorbehoud". Uit deze wijze van samenstelling blijkt, dat het zijn bedoeling is geweest een boekje te geven, waaruit men voor zijn bibliotheken een keuze kan 'doen. Daarom is deze Bibliotheekgids allereerst voor hen, die met een bibliotheek beginnen, die een zeker bedrag gevoteerd gekregen hebben en dat nu moeten besteden, 't Is dan ook in directe aansluiting bij mijn artikelen, die de stichting van schoolbibliotheken voorstaan, dat ik met nadruk op dit boekje wijs. Bij het moeilijke beginwerk is het de aangewezen vraagbaak.

Voor dengene, die een Bibliotheek heeft en die stelselmatig moet completeeren, komt het in de tweede plaats. Het kan ook hem uitnemende diensten bewijzen, omdat het veel geeft, omdat het, bij een eventueele veiling-aanbieding, kan worden opgeslagen, maar hij heeft er niet genoeg aan. Hij moet ook over het nieuwste zijn licht opsteken.

Daarom blijven naast dit boekje de beide genoemde tijdschriften en de regelmatige rubriek in „De School met den Bijbel" zelf noodig. Maar als fonds, als naslag-boek, moet het in 't bezit zijn van lederen bibliotheek-leider: hij zal er telkens weer zijn nut

van hebben. Misschien kan het .tot een kennismaking verlokken, als ik een proeve van recensie overschrijf:

Schriiver: van de Hulst, W. G.

Titel: Zoo'n vreemde jongen.

Uitgave van: G. F. Callenbach te Nijkerk.

Bijzonderheden: Oorspronkelijk werk, geschikt voor jongens en meisjes van 8—12 jaar; 4e druk; omvang 108 bladz., met 12 teekeningen van Frans van Noorden; prijs f 0.60 gec, geb. f 1.05; groote uitgave geb. f 1.60.

Korte inhoud: Van de Hulst teekent in dit verhaal het huiselijk leven van. een familie op een eenzamen watermolen, te midden van slooten en plassen. Daar leeft ook Hans, het oudste zoontje, z'n eigen intiem jongensleventje, met z'n yi-eugde en droefheid, z'n droomen en idealen. Vader voedt hem. reeds vroeg op tot zelfstandigheid, laat hem alleen met de kleine boot op den plas zwalken, wat tot gevolg heeft, dat hij op een mistigen Wintermiddag verdwaalt. Hij heeft den dokter overgezet en ontvangt als belooning een uitnoodiging voor 't Zondagsschoolfeest op den volgenden dag. Door 't lange uitblijven van Hans worden zijn ouders zeer ongerust.

Terwijl vader gaat zoeken, besluit moeder met de beide andere kinderen te zingen. Haar doel wordt bereikt. Het gezang wijst Hans den weg en leidt hem naar huis.

Beoordeeling: Op de hem eigen wijze geeft de Schrijver ons hier een stukje jongensleven. Het innerlijk leven van Hans wordt ontleed in zijn diepste roerselen en overleggingen. Hij heeft zijn Heiland lief en weet zich kind van God. Dat bekent hij aan zijn moeder. Wat echt kinderlijk is dat in hoofdstuk VIH weergegeven. En dan die angst in het moederhart over 't uitblijven van haar oudste, wat is die naar 't leven geteekend. Taal en stijl zijn schoon.

Van harte aanbevolen. Deze transcriptie is ook in zooverre een model, dat ze in het eigen lettertype en op de precieze wijze van het origineel wordt gegeven.

') Uitg. W. D. Meinema, Delft. =) Uitg. J. H. Kok, Kampen. '') Uitg. Oosterbaan en Le Cointre, Goes.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen