OPVOEDING EN ONDERWIJS
De Bijbel op de Openbare School.
Dat moeilijke onderwerp is weer aan de orde. Mien is daar aan bezig van twee kanten: in de kringen van het Bijzonder, zoowel als van het Openbaar Onderwijs. Ja, ook in laatstgenoemde kringen. Men ïs daar langzamerhand gekomen tot de ontstellende gedachte, dat verwaarloozing van de kennis der Heilige Schrift het opgroeiend geslacht op een lager cultuurniveau houdt, het in menig opzicht vreemd doet staan tegenover de eigen taal. Vooral, wanneer men er dan bij weet, dat in menig ander land toch nog altijd' een zekere kennis van de Heilige Schrift, ook op de Overheidsschool, wordt aangebracht, dan wil men wel op zijn schreden terugkeeren. Men erkent dan, te ver te zijn gegaan in het verbannen van dat W'oord van de school.
Ook in eigen kring voelt men zich niet verantwoord. Men wijst dan op de roeping, die wij toch hebben voor onze naasten: wij mogen toch zoo'n groot gedeelte van de kinderen onzes volks niet laten opgroeien, zonder dat ze ooit van Jezus gehoord hebben en onze Overheid, de Overheid van ©en Christelijke natie, moet op , haar school uitkomen als zich van haar roeping iDewust. Men vraagt zelfs het vak Bijbelsche Geschiedenis als een verplicht vak voor de Openbare School.
Om een beetje wegwijs te blijven in den doolhof van velerlei redeneeringen, moeten we trachten, enkele lijnen goed vast te houden. Wat betreft de mannen van het Openbaar Onderwijs, die nu het pleit voeren voor den Bijbel of althans voor wat Bijbelsche Geschiedenissen op de Overheidsschool, al is het maar in den vorm van een leesboek, zou ik willen opmerken, dat we in ons land daarvoor altijd de mogelijkheid hebben gehad, omdat wij de neutraJiteit altijd zeer betrekkelijk hebben gehandhaafd. Wanneer er van de zijde der ouders geen bezwaar tegen was, hebben we m vele streken van ons land ©en Christelijke, een Roomsch-Kathoheke overheidsschool gehad. Nu heeft de wet van 1920 het mogelijk gemaakt dergelijke scholen om te zetten in Bijzondere scholen, wat 'dan ook voor ©en groot deel gebeurd is. Hier geeft de Bijzondere school de oplossing van de schoolkwestie.
Men zal toch niet zoo ver willen gaan, dat men de kinderen van ouders, die beslist tegen elk godsdienstig onderwijs zijn, wil dwingen, aan dat onderwijs deel te nemen! Vrijgeven voor zoo'n uur breekt al weer de hooggeloofde eenheid van de school.
Eu nu de voorstanders in eigen kring. Ik krijg bij wat mannen als Ds Lingbeek zeggen, altijd de gedachte, dat zij de Overheid willen laten doen, wat ze zelf verzuimd hebben. De wet Wedt de gelegenheid door godsdienstleeraren godsdienstr onderwijs te geven. Dat is iets, al achten wij het ook geheel onvoldoende. Ben echte school van een Christennaüe is niet een neutrale school met een uurtje godsdienstonderwijs. Maar wie wat wil doen, vindt hier toch ©en aanknoopingspunt. Men zal toch ook hier niet zoo ver willen gaan, dat men tegen den zin der ouders in, godsdienstonder^ wijs wil geven?
En dan komt daar nog ©en zeer moeilijke kwestie bij. Bijbelsche Geschiedenis een verplicht leervak. Wie moet dat geven? Vindt men aan elke school, ik zal maar niet vragen ©en aantal, maar één leerkracht, ; die dat vak kan geven en het ook wil geven met de liefde, die het onderwijs alleen kan doen slagen.
Dan spreek ik er nog maar niet van, dat men dat vak wel eens ingevoerd heeft, om de concurrentie, die de Bijzondere school aan de Openbare deed, het hoofd te kunnen bieden. Deze min nobele bewegingen zullen we maar uitschakelen. Hier moeten we edele motieven onderstellen. Nooit mag van onze zijde ook maar de schijn worden aangenomen, alsof het er ons om te doen zou zijn, de Openbare school zoo slecht mogelijk te maken. Maar even stellig moeten we blijven handhaven het recht van de ouders, om te beslissen, welk onderwijs ze voor hun kinderen begeeren.
Daarom kunnen mannen als Ds Lingbeek met alle kracht gaan ijveren voor de Bijzondere school. Deze biedt ook voor hen de oplossing van de schoolkwesüe. Dan behoeft men niet clandestien het kind te bewerken in een anderen geest dan de ouders begeeren, een werk, dat trouvvens bij voorbaat met onvruchtbaarheid geslagen is" in de meeste gevallen.
Een beetje lezen over wat Bijbelsche personen, waar dat kan, geeft daarom geen bevredigende oplossing. Men doe het, indien men er kans voor ziet en eerlijk voor de ouders blijft. Maar van alle kanten ga men zien, dat in het klassieke land der vrijheid de Bijzondere school de oplossing biedt van heel wat kwesties op schoolgebied.
Nog één wensch moet mij hierbij van het hart. Sommigen willen Bijbelsche Geschiedenis ©en verplicht leervak voor alle scholen maken. Het zou dan onder de imperatieve vakken van art. 2
komen. Dat zal niet gaan, hebben we gezien, men kan het onder de facidtatieve valikea ön nemen. En dan moeten de uren voor subsidie afi, de Bijzondere school meetellen. Ook uit den n» gevoerden strijd moet het weer duidelijk wordt» dat het toch zeer verwonderlijk is, dat in ü Christelijk Nederland alle lessen meetellen, ge honoreerd worden, maar niet die voor de Bijbel. sche Geschiedenis. Die golden dus niet voor a], gemeen vormend. Daar moest nu meteen ©en. eJM aan gemaakt wordert i V ^ i
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 februari 1936
De Reformatie | 8 Pagina's