GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PINKSTEREN.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PINKSTEREN.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Pinksteren is het laatste feest in den cyclus der gedenkdagen die de kerk van Christus viert.

Daarom is Pinkster zoo ernstig.

En daarom misschien ook is het Pinksterfeest zoo weinig verstaan. , ^*Éii-ii.i,

De ernst van het Pinksterfeest is er voor het geloof niet alleen omdat alles wat God doet ernstig is. Maar ook onidat de daad van God in dezen zoo beslissend is. Want Pinksteren is het slot. Pinksteren sluit vóór ons tóé, of Pinksteren sluit ons voor goeid binnen.

Als het Kerstfeest is, dan klinkt het lied van het welbehagen in menschen. Als het Paschen is, juicht het van de overwinning van leven. Dan, èn bij Kerstfeest èn bij Paschen, is het de vraag van het geloof — maar dam tooh het geloof in het feit, het objectieve. Ja, ook in Pinksterfeest is het voorwerpelijke feit. Maar tóeh, dan is daarbij de vraag: „en nu gij"?

Want het Kindeke in de kribbe van Kerstmis kan alleen door den Geest van Pinksteren onze Koning wezen. „Mijn" Koning zeggen we alleen dè, n, wanneer de Geest Gods den band legde tusscheB. óns en Hem.

Het leven van Paaschfeest wordt uitgedeeld door den Geest van Pinksteren. „Ik leef met Christus" — dat kunnen we alleen zeggen door den Geest van het Pinksterfeest.

Zoo neemt Pinksterfeest al de andere heilsfeiten op om ze te brengen tot ons; om het heil aan ons en ons aan het heil te linden.

Maar daarom bepaalt Pinksteren méér dan eenig ander feest ons bij de vraag naar hetgeen wij zijn in betrekking tot het heil des Heeren.

De Geest Gods komt.

Neen, dat is niet een „werkzame kracht", het is niet de „sterkte Gods", mfaar het is God zelf; de derde Persoon in het Heilig Wezen. En die Geest, zelf God, komt woning maken in menschenkinderen op aarde.

Hier en daar, en overal. In alle landen, onder alle volkeren. Eén taal bindt ze samen, die velen. De Pinkstertaai is immers naast een wonder óók een symbool.

En toch Pinksteren is niet inaar het feest van den Geest, die uitgestort wordt in' dié èn dié èn in dié...

Pinksterfeest telt niet op.

Pinksterfeest organiseert.

Het feest des Geestes is het feest van Hem, die Zich op aarde een tempel maakt.

Pinksteren is het feest van de Kerk Christus. van

Op Pinksteren wordt de Kerk des Nieuwen Verbonds geboren. En de Geest brengt het gekochte kleinood tot den "Zoon, die het kocht. Neen, de Middelaar kwam niet in de eerste plaats voor een schare van individuen. Hij kwam voor Zijn volk. En de kudde, de kudde van den éénen herder, moet om Hem, wiens stem de schapen hooren, worden vergaderd.

Daarom geeft het Pinksterfeest ons geen recht om individualistisch te leven. Daarom gaat het zoo in 'tegen den Geest van Pinksteren, wanneer we ons beroepen op ons subjectief inzicht.-

Daarom wil de Geest van Pinksteren ook geen anderen norm aanvaard zien, dan den gemeenschappelijken schat van het volk van den Koning: de norm van 'sKonings Woord.

Zoo geeft Pinksteren .het uitgangspunt voor de belijdenis der Kerk.

Zoo wordt die belijdenis geboren uit de worstg^ing van den Geest Gods in de wereld, door Zijn Kerk.

Zoo is ook het niet achten van de belijdenis en van de Kerk een voorbijgaan van het Pinksterfeest.

Heel de historie door heeft de Geest des Heeren in de Kerk van Christus gewerkt om naar het Woord, de Waarheid tot uitdrukking te brengen. De Geest werkt de zichtbaar-wording van de Waarheid, doordien hij werkt den verderen groei der Kerk. Daarom is Pinkstertijd ook Zendingstijd. En de Geest werkt ook de bewust-wording van de waarheid. Daarom is Pinksterfeest óok het feest van de belijdenis, het feest van het dogma.

Maar tevens volgt uit het feit dat èn de kerk, èn de belijdenis èn het dogma kinderen van Pinksteren zijn, dat ze vol leven des Geestes zijn.

Een kerk, die enkel een formeele organisatie beteekent, is geen eigenlijke kerk meer. De kerk is de Kerk van Christus, maar ook de Kerk van den Pinksterdag. De Geest komt tot de Kerk op dien ag, Hij komt tot de vergaderde Gemeente.

Maar dan blijkt ook dadelijk, dat die Kerk een evend organisme is; dan blijkt het, dat de hooge ewoner van den tempel, dien tempel levend maakt.

En dat moet alle tijden door het kenmerk der erk blijven: het leven van den Geest is in haar.

Nu moeten we ten dezen wel eens klagen. Wie nzer staat jegens die Kerk, jegens den Geest ods in die Kerk niet sahuldig? Is ook de Kerk an. Christus in onze 3agen niet dikwijls vèr van et ideaal?

Daarom is het zoo goed, dat we biddend telkens eer ons Pinksterfeest vieren. Daarom moeten we et feest van den Geest naderen met ootmoedige chuldbelijdenis.

En toch... de Geest des Heeren doet nóg zien, at Hij Zijn werk onder menschen wil doen vereerlijken.

Nog geschiedt er door die Kerk veel meer in de ereld, dan wij wel eens denken. Nóg is die Kerk teeds een openbaar getuigenis des Geestes midden n de wereld.

Nóg viert de Geest Gods door die Kerk zijne klare riumphen. En daarom klinkt er op Pinksterfeest s ok in onze dagen een zang van overwinning. God-• lof... nóg gebruikt de Geest des Heeren ons onwaardigen als dragers van Zijn licht!

Niet alleen de kerk, ook de belijdenis èn het dogma moeten leven, zullen ze hun karakter niet verliezen.

Ook zij, zoo zagen we, ontspringen uit het Pinksterfeest.

Zal nu het leven van 't Pinksterfeest hier openbaar worden, dan moeten we nimmer vergeten, dat de levenskracht van Pinksteren openbaar werd door licht en door vuur.

Het dogma wordt vaak gesmaad.

De belijdenis — men acht er dikwijls niet op.

Maar ons belijden van de waarheid is er om de wereld te verlichten.

De Kerk van Christus handhaaft in den Naam van den Geest van Pinksteren de pretentie, dat zij met haar belijdenis licht kan ontsteken op aille levensterrein. Zij heeft de eerste vonken, waardoor het licht voor elke weienschap gaat gloren en gloeien; zij geeft de stralenbundels, waardoor de allerdiepste diepten van onze kennis worden overglamsd; zij biedt dat Ir'.'ïht ook als larrp op zoo menig donkeren weg, waar de mensch zou verdwalen.

En in de waarheid die de Kerk brengt, ligt ook de warmt© voor de wereld. Het vuur is door die waarheid midden in de wereld door den Geest ontstoken.

Och, men meent in onzen tijd zoo dikwijls, dat er van alles en nog waï bij de waarheid moet bijkomen, om warmte te verkrijgen.

Waar de waarheid écht wordt beleefd, waar de Geest des Heeren in die Waarheid werkt, daar is warmte genoeg.

Maar is het niet waar, dat wij met al onze kennis van de waarheid, maar é.1 te dikwijls zoo koud zijn?

Ja, raenigwerf bedroeven wij den Geest van Pinksteren.

En toch... we moeten het aandurven, om het te belijden, dat de waarheid, dat onze belijdenis, het vuur voor de wereld is.

Om te verwarmen.

En wij zelf moeten die warmte beleven en doen na-beleven, biddend om den peest.

Maar ook om te verbranden.

Het vuur verteert.

En de Geest van Pinksteren is ook op de wereld tot het oordeel.

Dat is aangrijpend. Wij, onze kerk, onze belijdenis, het werk des Geestes, op de wereld tot het oordeel.

Hoe weinig leven wij de ontzaglijke spanningen naar dat oordeel uit.

En daarbij, in onzen tijd mag men vajn oordeeil schier niet spreken.

Men is zoo teer. Men is zoo lief als Christen.

Maar de Geest des Heeren is ook tot een oordeel in de wereld!

O ontzaglijke roeping, ontzaglijke consequentie van Pinksteren!

Wij zullen dat oordeel aan de wereld moeten aanzeggen; wij', Gods Kerk, de geloovigen; zij ia wie Gods Geest werkte het Pinksterleven.

We zullen dat oordeel moeten prediken.

En het licht; en het leven; en de beweging omhoog.

Ontzaglijk is kie ernst van Pinksteren.

Maar kan er wel iets aaders 'dan iets ontzaglijks komeai, als God de Geest woning maakt op aarde, onder mensclien?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1930

De Reformatie | 8 Pagina's

PINKSTEREN.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1930

De Reformatie | 8 Pagina's