GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

HOOFDARTIKEL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HOOFDARTIKEL

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Huwelijk en geboortebeperking.

II.

Door algemeene toepassing van het principe der geboortebeperking zou vervolgens de gezondheid van moeder en kinderen sterk bevorderd worden. Door het voorkómen van zwangerschap worden de gezondheid en de kracht der moeder gespaard. Dat 'dit ten goede moet komen aan de kinderen is zonder meer duidelijk. Hoe gezonder en krachiger de moeder, hoe sterker en beter de kinderea, die ze ter wereld brengt. Volgens de voorstanders van geboortebeperking wijzen de cijfers dit ook uit. De mogehjkheid, dat de moeder de bevalling zal verleven, wordt bij elke volgende geboorte geleielijk kleiner. Bovendien boet ze telkens iets van aar vitaliteit in. Als regel hebben moeders van roote gezinnen daarom minder vitaliteit dan moeers van kleine gezinnen. Evenzoo geldt dit voor et nageslacht. Ook hier is het sterftecijfer onder kinderen van groote gezinnen hooger dian onder ie van kleine gezinnen. Deze laatsten, welke, dank zij de meerdere gezondheid der moeders, in de wereld komen met grooLer vitaliteit, hebben evenens grooter weerstandsvermogen tegen ziekten en zullen zich bijgevolg beter en flinker ontwikkelen. eperking van het kindertal brengt derhalve met ich gezondere moeders en ©en beter nageslacht.

Het is inderdaad waar, dat bij vermeerdering an het kindertal de sterftekansen zoowel van oeder als kind stijgen. Alleen moet men zich niet oorstellen, dat elk volgend kind een slechtere evenskans heeft dan het voorgaande. Integendeel, do sterfte bij de geboorte neemt eerst af en el van de Ie tot de 3e geboorte, om daarna eder te stijgen. Pas bij de 10e geboorte evenwel is or het kind de kans om dood ter wereld' te komen even groot als bij de eerstgeborenen. Iets dergelijks is met de kindersterfte en de mortaliteit er moeders het geval. Ook deze neemt wel toe met de rangorde der geboorten, maar eerst van het vierde kind af. Hieruit volgt echter geenszins, dat iegenen onder de vrouwen en kinderen, die het voorrecht hebben bij de bevalling in leven te blijven, daarom minder gezond of zwakker van constitutie zouden zijn. Er is geen enkel bewijs, dat kinderen uit groote gezinnen, geboren en opgevoed onder dezelfde omstandigheden als kinderen uit kleine gezinnen, lichamelijk of geestelijk minder of zwakker zouden zijn. En ditzelfde geldt ten opzichte van de gezondheid der moeders.' Hoe jeugdig zijn vaak vele moeders van een talrijke kinderschaar en hoe vroegtijdig oud de vrouwen met één of geen kinderen? De enkele uitzonderingen hi i-op bevestigen den regel. Bovendien kan men to i moeilijk op grond van de iets verhoogde st ftekansen het aantal kinderen gaan beperken. C( isequent doorgeredeneerd zou het dan maar het beste wezen, dat er heelemaal geen kinderen werden geboren. Ook hierop is van toepassing: Wie zijn leven zal zoeken te behouden, die zal hetzelve verliezen.

In de 'derde plaats zou met minder kinderen de opvoeding meer tot haar recht kunnen koiner. Aan elk kind apart kan veel meer aandacht geschonken worden; er blijft meer tijd over om ieder kind, al naar gelang zijn karakter en geaardheid, de beste opvoeding te geven. Door de financiëele voordeelen van het tweekinderenstelsel is het mogelijk de kinderen de beste boeken en het beste onderwijs te geven en hen alzoo het meest geschikt te maken voor het latere maatschappelijk leven.

De veronderstelling, dat opvoeding en onderwijs der kinderen alleen een zaak van veel tijd en veel geld is, gaat echter in het geheel niet op. De pracUjk leert dan ook anders. De beste oefensciiolen der wereld zijn juist de groote gezinnen, waar de leden van het gezin gedwongen worden saam te werken en men gezamenlijk draagt de lasten, die het groote gezin nu eenmaal met zich medebrengt. Dat vele groote mannen juist uit talrijke gezimien afkomstig zijn is niet toevallig, maar mede een gevolg van. het feit, dat kinderen uit groote gezinnen vroegtijdig geleerd hebben aan te pakken, zich met weinig tevreden te moeten stellen en alzoo hun karakter hebben gevormd. Terecht noemt Aalbersei) het een schijnmotief: men kan beter twee of drie kinderen opvoeden dan meer. De ervaring van alle tijden heeft anders geleerd en de volksmond zegt het evenzoo: de kinderen voeden elkaar op. Een weekelijke en weelderige opvoeding is voor kinderen niet een zegen, maar een vloek. Hun levensvreugd is niet grooter, maar kleiner dan die van kinderen, die reeds van jongs af geleerd hebben, dat niet al hun wenschen ingewilligd kunnen worden, maar opgegroeid zijn in de reine 'blijheid van een groote, stoeiende, vechtende, met kleine middelen groote vreugde scheppende kinderschaar.

In de vierde plaats leert de moderne zedewet, dat iedere vrouw een souvereine macht heeft over haar lichaam en alzoo het recht om haar eigen moederschap te bepalen. Op de vraag: wie of wat zal het aantal kinderen en het tijdstip van hun geboorte bepalen? moet niet langer het antwoord zijn: de blinde natuur van de vrouw of de wil des mans, welke de vrouw feitelijk weer tot slavin maakt. Neen, de beslissing over het aantal kinderen ligt alleen bij de vrouw. Zij en zij alleen heeft het recht om te bepalen hoeveel en wanneer kinderen zullen geboren worden. Zooals de man in de eerste plaats verantwoordelijk is voor zijn taak om zijn gezin te onderhouden, maar daarbij geheel vrij is om dit zoo goed en zoo eenvoudig mogelijk te doen, zoo heeft ook de vrouw, die het gevaar en de pijn van de zwangerschap en de bevalling alleen moet dragen, het zedelijk recht om te bepalen, wanneer zij zich hieraan zal onderwerpen. Dit laatste brengt voor de moeder bovendien twee belangrijke voordeelen. Vooreerst een biologisch: het uitschakelen, althans verminderen van het lijden der vrouw. Immers bij elke geboorte wordt over het algemeen veel lichamelijke smart geleden. Zou het dan geen dwaasheid zijn de , vrouw, door geboortebeperking, hierin niet tegemoet te komen? Aan den anderen kant zal bij vermindering van het kindertal meer üjd beschikbaai' blijven voor vermaak en godsdienst. De moeder zal door de minder snelle opeenvolging van geboorben niet langer dan voorheen aan huis gekluisterd zijn, maar alle mogelijke pretjes en gezellige avondjes eveneens mee kunnen maken. Zoo ook zal zij, in plaats van éénmaal, of in het geheel niet, geregeld naar de kerk kunnen gaan, waarbij het geheele gezin haar kan vergezellen, in tegenstelling tot vroeger, toen altijd één van de andere kinderen thuis moest blijven om op de kleintjes te passen.

De meening, dat de vrouw meesteres is over haar eigen lichaam, gaat wel lijnrecht in tegen de leer der Heilige Schrift. Wanneer Paulus in 1 Cor. 7 verschillende diep-ingrijpende huwelijksvraagstukken behandelt, zegt hij omtrent dit punt: „De man zal aan de vrouw de schuldige goedwilligheid betalen en desgelijks ook de vrouw aan den man. De vrouw heeft de macht niet over haar eigen lichaam, maar de man, en desgelijks ook de man heeft de macht niet over zijn eigen lichaam, maar de vrouw." (vs 3 en 4). Noch het verstandelijk overleg der vrouw, noch de wil des vleesches des mans zal daarom bepalen het aantal kinderen en het tijdstip der geboorten. Samen dienen man en vrouw ernstig te begeeren, dat hun echt met kinderen zal gezegend worden, waarbij zij in de huwelijksgemeenschap alleen met elkanders welzijn rekenschap hebben te houden. Op de vraag: wie zal de grootte van ons .gezin vaststellen? antwoordt Delleman^) zoo terecht: God en God a 11 ie e n. Wij hebben niet de souvereine beschikking over ons eigen leven en gezin, maar God. Evenals God bepaalt met wie wij zullen ü-ouwen — overmits Hij Adam zijn huisvrouw geschapen, zelf toegebracht en hem tot een huisvrouw gegeven heeft, daarmede betuigende, dat Hij nog heden ten dage aan een iegelijk zijn huisvrouw als met Zijn hand toebrengt — zoo bepaalt God ook het aantal kinderen. Maar deze beschikking Gods gaat evenals het aangaan van een huwelijk zelf niet buiten onze beschikkingen om. Ook daarin hebben man en vrouw te vragen wat in dezen het gebod des Heeren is. En dan leert ons de Bijbel, dat de man het hoofd der huwelijksgemeenschap is en de verantwoordelijke persoon voor het gezin en de vrouw zijn gelijkwaardige helpster, den man — gelijk de gemeente aan Christus — in alles onderdanig. (Ef. 5:24). Nochtans is noch de man zonder de vrouw, noch de vrouw zonder den man in 'den Heere. Want gelijkerwijs de vrouw uit den man is, alzoo is ook de man door de vrouw, doch alle dingen zijn uit God. (1 Cor. 11:11 en 12}. Samen moeten daarom man en vrouw God dienen, samen werken tot de voorziening der noodzakelijke levensbehoeften, samen arbeiden aan de ééne groote gemeenschappelijke gezinstaak, de roeping tot het ouderschap.

Om dezeKde redenen heeft een vrouw niet het recht zich te onttrekken aan de natuurlijke plicht en dienstbaarheid aan de menschheid, ook al gaat hiermede lijden gepaard. Om der zonde wil heeft God zeer vermeerderd de smart van het kinderen baren. Zouden wij dan eigendunkelijk deze straf 'der zonde al of niet mogen ontloopen? Het zou even dwaas en zondig zijn als dat een man moedwillig het werk neerlegde op grond van het feit, 'dat de gevaren buitenshuis veel en veel grooter zijn dan binnenshuis. De laatstgenoemde motieven: meer tijd voor vermaak en godsdienst, zijn zoo 'door en door egoïstisch en aan den anderen kant zoo onzakelijk, dat het niet noodig is, hierbij oo'k maar een enkel oogenblik te blijven stilstaan.


1) Prof. Mr P. J. M. Aalberse: Kjndergeboorten en kindersterfte'. Kath. Soc. Weekblad, 1917, blz. 346.

2) Ds Th. Delleman: Huwelijk en roeping. Kampen, 1935, blz. 68.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 1935

De Reformatie | 8 Pagina's

HOOFDARTIKEL

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 1935

De Reformatie | 8 Pagina's