GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

mages’ laatste Woordbediening een psalm des Heeren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

mages’ laatste Woordbediening een psalm des Heeren

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als nu Mozes geëindigd had, al die woorden tot gansch Israël te spreken, zoo zeide hij tot hen: Zet uw hart op al - de woorden, die ik heden onder ulieden betuig, dat gij ze uw kinderen gebieden zult, dat zij waarnemen te doen al de woorden dezer wet. Want dat is geen vergeefsch woord voor ulieden, maar het is uw leven; en door ditzelfde woord zult gij de dagen verlengen op het land waar gij over den Jordaan naar toe gaat om dat te erven." Deuteronomium 32 : 45—47.

Dat Mozes' laatste Woordbediening wel een heel bizonderen vorm heeft, Wijkt uit de woorden, aan den tekst voorafgaande: , , En Mozes kw!am, en sprak al de woorden vain dit lied voor de o oren d es volks, h ij en Hosea, de zoon van Nu n".

De HEERE heeft Zijn knecht het uitdrukkelijk bevel gegeven, om een lied te maken, waarvan Hij Zelf den inhoud dicteert. Dat lied moet in een menigte van exemplaren worden vermenigvuldigd, op kleitafeltjes •— want elk gezin moet er één in zijn bezit hebben, opdat Israël het van buiten kan leeren. De ouders zoowel als hun kinderen moeten het kunnen opzeggen. Eeuw in, eeuw uit moet dit lied het geestelijk eigendom van Israël blijven, „o p d a t" (zoo zegt de HEERE, zie 31 : 19) „opdat dit lied M ij ten getuige zij tegen de kinderen Israël s." Dat is geen schoone reden: eze psalm des HBEREN moet immers dienen als „getuige a charge", als belastende getuige, als getuige, die de schuld der beklaagden aanwijst.

Want de HEERE overziet de tijden, die komen zullen. Hij weet wat van Zijn maaksel is te wachten! Dat het gevaarlijkste wapen in de hand van den duivel is: de boosheid en ongeloovigheid van Israels hart. Als het Bondsvolk in Kanaan zal zijn ingebracht, en daar zich ter woon gevestigd heeft, en verzadigd wordt met een overvloed van zegeningen, "dan zal het zich tot andere goden wenden, nen dienen, den HEERE tergen, Zijn Verbond verbreken. Dat kan niet anders ten gevolge hebben dan de losbarsting der Verbondawraak. En dan zal dit lied voor zijn aangezicht antwoorden tot getuige. Ze zullen dat echter niet ongewaarschuwd kunnen doen. Want de inhoud van dezen psalm blijft onder Israël voortleven, en daarmee doet de HEERE telkens weer een beroep op het geweten van Zijn afhoereerende Bruid.

En hoezeer de inhoud dezer woorden geestelijk bezit van het volk gebleven is, bewijst wel de eerste Pinksterpreek van Petrus, die geheel in het Oude Testament gedrenkt is. Want hij gebruikt een uitdrukking uit dezen psahn des HEEREN, als er staat, dat hij met veel meer andere woorden hen betuigde en vermaande, zeggende: wordt behouden van dit verkeerd geslacht." Immers, in Deuteronomium 32 : 6 zegt de HEERE (en

Hij herhaalt het in vers 20), dat Zijn volk een „verkeerd en verdraaid geslacht" is. Dus keert op dien Pinksterdag dat eeuwenoude lied terug, en staat als een stil getuige achter Petrus.

En omdat dit lied ook om onzentwil in de Schriften is opgeteekend, is het vandaag al evenzeer een .getuige tegen ons, n.l. indien in iemand van ons een boos en ongeloovig hart is; indien het geloof zich niet mengt met de prediking des Woords.

Och, vandaag maakt men het met ingewikkelde, theologische redeneeringen erg moeilijk met het Verbond Gods. Wie Dr J. Ridderbos dat hardnekkig hoort verdedigen in het „Geref. Weekblad" — ge weet wel: zijn „extra-Ridderbossianum" —, wordt van den eenvoud van het klare Evangelie afgevoerd. Men zoekt zijn zekerheid in de ervaring van het nieuwe leven, dat God de Geest in 't hart werkt.

Maar de Schrift maakt het eenvoudig en klaar. Wij behoeven niet ten hemel op te klimmen of in den afgrond neer te dalen, om te weten wat God de HEERE ons belooft, en wat Hij van ons vraag: t. Nabij ons is het Woord. O^k deze psalm des HEEREN! Die staat als een stille getuige in uw en mijn leven. Want we zijn bondelingen.

Niet slechts naar zijn vorm, doch ook naar zijn inhoud doet dit lied van Mozes een beroep op ons geweten. Het zegt ons klemmend, verbeten-emstig aan, wat onze zonde steeds weer is: dat wij trouwbreuk plegen — dat wij den Rotssteen van ons heil verlaten. En daarom voorzegt de HEERE, dat Hij Zijn aangezicht voor Zijn volk verbergen zal, indien het zich niet bekeert. Ge moet dat eens lezen in dezen psalm des HEEREN: op aangrijpende wijze rommelt de wraak des Verbonds er door heen, als een langgerekte donderslag. En als vandaag onder het volk Gods Zijn Woord verlaten, Zijn recht geschonden. Zijn autoriteit aangetast wordt, dit lied van Mozes komt als een onwraakbare getuige tegenover dat volk te staan, en waarschuwt met klemmenden ernst. Want het is nooit een vergeefsch woord, zegt Mozes. Neen, Israël, het is uw^ leven — als gij er naar handelt, naar dat een-en-ondeelbare Woord des HEEREN, dat nabij u is, dan verlengt gij de dagen in het land, u erfelijk beloofd.

En zegt nu als *t u blieft niet, in den trant der theologen van 1944 en 1945: het is maar een volksverbond, vandaag leven we onder een nieuw, onvoorwaardehjk, waarin gij door hartsvemieuwing gezet wordt, waaruit gij nooit meer kunt uitvallen, waarin dus geen wezenUjke wraak des Verbonds mogelijk is. Dat gaat alles tegen Schrift en belijdenis in. Vandaag nog staat de afscheidspsalm van Mozes als getuige* tusschen den HEERE en Zijn Bondsvolk. Wij zijn gewaarschuwd. We komen daar in eeuwigheid niet van af. Ziet toe, dat niet te eeniger tijd in iemand van u zij een boos en ongeloovig hart, om af te wijken van den levenden God. Heden, zoo gij Zijn stem hoort, verhardt uw hart niet, opdat het lied van Mozes nimmer tegen u getuige.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 november 1948

De Reformatie | 8 Pagina's

mages’ laatste Woordbediening een psalm des Heeren

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 november 1948

De Reformatie | 8 Pagina's