GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Duitschland. Een convent van Luthersche vrije kerken.

Den gden Februari 1.1. werd te Berlijn voor de eerste maal een convent van afgevaardigden van Luthersche vrije kerken gehouden. Eenstemmig nam men het volgende statuut aan:

„Besluiten van het convent van afgevaardigden, van de van den staat onafhankelijke Lu thersche kerken van Duitschland:

§ I, Genoemde kerken komen in een convent van gedelegeerden samen, op welke gewichtige kerkelijke vraagstukken besproken worden, en men over de grondlijnen van gelijkmatig kerke lijk handelen, vooral naar buiten, tot overeenstemming komen zal,

§ 2, De deelname aan dit convent kan ook aan andere Luthersche vrye kerken vergund worden, wanneer dit door een der kerken voorgesteld wordt, en niet een der kerken zich daartegen verklaart.

§ 3. Op het convent worden de kerken, die er aan deelnemen, door afgevaardigden vertegenwoordigd. Het getal afgevaardigden blijft vrij. Bij stemming wordt bepaald, dat elke kerk één stem, doch de Evangelisch Luthersche kerk van Pruissen twee stemmen zal uitbrengen.

§ 4, Het convent komt in den regel eenmaal 'sjaars samen; op voordracht van een der kerken kan een buitengewone vergadering saamgeroepen worden.

§ 5. Het convent is niet gerechtigd zich te mengen in de kerkregeering van de kerken, die zich daarbij hebben gevoegd; ook hebben zijn besluiten, voor zoover zij op een kerkelijk handelen naar buiten of naar binnen betrekking hebben, voor de kerken geen bindende kracht, voordat zij de toestemming der kerken, voor wie zij gelden, gekregen hebben. De kerken mogen in haar handelen door het convent van gedelegeerden niet beperkt worden; evenwel beloven zij gewichtige besluiten van hare kerkeraden en synoden mede te deelen."

Dit stuk is onderteekend namens de Evangelisch Luthersche kerk in Pruissen, de Haunoversche Evangelisch-Luthersche vrije kerk; de zelfstandige Evangelisch Luthersche kerk in de Ilessische landen; de Evangelisch Luthersche Hermannsburg Hamburger vrije kerk. De vrije Luthersche kerk van Baden was wel uitgenoodigd onp, aan de constitueerende vergadering deel te nemen, doch had geen afgevaardigden gezonden.

De behoefte aan aaneensluiting doet zich in deze dagen op elk terrein gevoelen. De kerken mogen daarin niet achterblijven. Dat het kerkverband, dat de vrije Luthersche kerken van Duitschland zochten, niet in overeenstemming is met het ideaal dat ons Gereformeerde daarvan voor oogen staat, kan ons niet verwonderen.

Van den heer Dr. A. De Vlieger ontvangen we het volgende schrijven.

Geachte Redactie

In uw beoordeeling vï? n Dr. Van Veen's Mannen des geloofs komt deze zinsnede voor: „Dat het sterken van dit besef (n.l. van de katholiciteit der kerk) onder ons allerminst een overbodig werk is, bleek mij, toen ik, nog niet lang geleden, aan een dame, die langen tijd in het buitenland had verkeerd, in allen ernst de vraag hoorde doen, of er in die vreemde lauden ook nog kinderen Gods waren en deze vrager behoorde nu niet tot de categorie der „eenvoudige gemeenteleden".

U waagt het niet te verklaren hoe de vrager tot zijn vraag kwam. Veroorloof mij te gissen, dat hij een getrouw lezer was van de kolom Buitenland in de Heraut.

Van kindsbeen af, en in drie werelddeelen, heb ik de Heraut getrouw gelezen. Uit geen ander blad gewerd mij ooit meer stichting of leering. En ook het besef van de gemeenschap der heiligen, van de katholiciteit der kerk komt in de kolommen der Heraut tot zijn recht. Een paar weken geleden nog sprak Dr. Kuyper in zijn machtige stukken Pro Rege waardeerend over Engeland. Doch in de kolom Buitenland waait altijd een geheel andere geest. Daar wordt, bijna uitsluitend, jacht gemaakt op wat in buur man's tuin krom groeit. In harmonie met de andere kolommen van uw blad, zou men van Ds. Winckel mogen verwachten een bloemlezing van feiten en gedachten, die den lezer in gemeenschap brengen kouden met de kinderen Gods buiten Nederland. Als in Engeland of Amerika een godsdienstig blad een kolom Buitenland had, zoudt u daarin bijv. nu en dan een hartelijk, liefderijk woordje over de Gereformeerde kerken in Nederland, over de Vrije Universiteit of over de Geref. philantropie verwachten. Het zou uw liefdevol, naar de gemeenschap der heiligen smachtend, broederhart zeer doen, als over Nederland nooit iets werd aangehaald dan Het Volk, of een modern blaadje, of een boek van ongeloovige zijde. U zou geen prulleblaadjes, maar een blad als de Heraut wenschen genoemd te zien.

Is het in het belang van den lezer dat uw kolom Buitenland week aan week het onkruid dat op vreemde erve groeit, bijeen vergadert? Zou het niet interessanter zijn, als de Redactie daarin eens bijeen bracht welke bloemen ook elders (iode ter eere geuren? Wij hebben veel gehoord van Ds. Winckel over Rev. R. J. Campbell en zijn „nieuwe leer"; zou hij ons ook eens iets willen vertellen van iemand die bijna denzelfden naam draagt: Rev. G. Campbell Morgan ? Wij krijgen veel over dronkenschap onder de Londensche vrouwen, krijgen wij ook eens iets over de nuchtere, en haar arbeid op allerlei practisch terrein van het Koninkrijk des Heeren?

Van harte hoop ik dat de Synode in Mei e.k. een afgevaardigde naar onze Synode in Londen zendt. Ik zal hem gaarne eens rondleiden, en hij zal kinderen Gods ontmoeten.

Hoogachtend,

Uw dw. A, DE VLIEGER.

Antwoord:

Bij een der middagmalen die tijdens de Synode der Gereformeerde kerken te Groningen gehouden werden, hadden wij het genoegen te zitten naast een der afgevaardigden der Presbyterian Church of England. Ik nam de vrijmoedigheid om te vragen, hoe men in diek^rk toch dacht over de werken van Dr. Watson, die onder den pseudoniem van Jan Maclaren ook bij het Nederlandsche publiek was bekend geworden, vooral door zijn veelgeprezen werk „Harten van goud". Het bleek mij, met mijn vraag aan het juiste adres te zijn, want de geachte afgevaardigde arbeidde, gelijk zijn weleerwaarde mij mededeelde, met Dr. Watson in dezelfde stad samen. Ik had de overtuiging gekregen, dat Dr. Watson, hoeveel bekoring er ook van zijn schetsen uit het leven der Schotsche Hooglanden uitging, tot wat men hier te lande „moderne predikanten" noemt, behoorde. De afgevaardigde der Presbyteriaansche kerk was echter niet van dit gevoelen. Hij zag ia zijn ambtgenoot een arbeider in het Koninkrijk Gods, die van de religie de ménschelijke zijde liet zien en minder handelde over den theologischen factor; hij hield hem voor een recht dienaar van Christus, met wien hij in hartelijke harmonie saamwerkte. Het is echter gebleken uit de verdere werken die Dr. Watson in het licht zond, dat dezen predikant in geenen deele onrecht wordt aangedaan, wanneer men hem rekent onder de modernen.

Hierdoor werden wij opnieuw bevestigd in onze meening, dat velen in Engeland geen oog hebben voor den afval van den levenden God, die zich helaas ia de kerken openbaart.

Daartegen is, wij erkennen het, oas zwak woord uitgegaan. Niet tegen hetgeen in den tuin van onze buurlieden krom groeide, was ons zwak woord gericht, maar wel tegen hetgeen er als onkruid groeide op den akker des Heeren.

Wij ontkennen daarbij ten sterkste, dat het ons aan waardeering ontbrak van hetgeen erin Engeland en elders gedaan werd tot opbouw tan het Godsrijk. Den Revival in Wales hebben wij met belangstelling gevolgd, ook de evangelisatie in Londen van Dr.Torrey en Alexander, evenals wij met bewondering vervuld waren voor den arbeid van Dr. Paton, dien wij als een held des geloofs onzen lezers hebbeu voorgesteld. Niet minder sympathie betoonden wij voor den arbeid van C, H. Spurgeon, al waren wij van gevoelen dat deze machtige prediker op een belangrijk punt afweek van de Gereformeerde belijdenis. Wij waardeerden hem en hadden hsm lief, omdat hij met klimmende beslistheid leerde, dat er ten slotte slechts de tegenstelling zou overblijven; Calvinisme of Godloochening.

„Wij krijgen veel over dronkenschap onder de Londensche vrouwen", schrijft Dr. de Vlieger. Dit „veel" heeft bestaan in eenige regels in het „Gemengd Nieuws"! Het verschijnsel, dat in Engeland vele vrouwen ook' uit den voornamen stand zich overgeven aau dronkenschap, wordt daarentegen" in Engeland in de Christelijke pers druk besproken. Eenigen tijd geleden vonden we in een Christelijk orgaan in Engeland een geheele serie artikelen over „Women and drunk". Dezer dagen kwam nog in „The Christian" een stuk voor over „The Modern Moloch", waarbij wij geleid worden in Londensche drankhuizen, waar moeders met hare „babies" binnentreden, en de kleinen genoodzaakt worden om de atmosfeer, bezwangerd met damp van sterken drank, bier en tabak in te ademen. Erger nog, de kleinen worden op den grond van de herberg geplaatst, en moeten dan maar kruipen in zaagsel, dat doortrokken is met speeksel en bier. Om de kleinen zoet te houden wordt een pijpensteel uit den mond van een man genomen en, gedoopt in sterken drank, tusschen de kinderlijke lippen geduwd. Ten slotte vraagt de redactie van „"The Christian" of de regeering het dan te druk heeft om een „Bill" voor te stellen, waarbij het absoluut verboden wordt dat jonge kinderen in herbergen toegelaten worden. Het kwaad blijkt dus zóó diep ingeworteld, dat men in Christelijke kringen meent dat ingrijpen van regeerirgswege een gebiedende eisch is. Mochten wij er dan niet een enkel woord van zeggen, te meer daar wij er bijvoegden, dat deze toestand aldus was niettegenstaande al den ijverigen arbeid van geheel-onthouders-genootschappen ? Daardoor kou dus de lezer niet den indruk krijgen, dat het kwaad in Engeland maar voortwoekerde, zonder dat het bestreden werd.

Voorts zegt Dr. de Vlieger: „Wij hebben veel gehoord van Rev. R. J. Campbell eu zijn nieuwe leer", zou hij ons ook eens iets willen vertellen van iemand die bijna denzelfdeu naam draagt: Rev. J. Campbell Morgan".

Wij antwoorden: eer gaarne; gelijk wij verhaalden van den Revival in Wales, de evangelisatie van Dr. Torrey en Alexander, den arbeid van het Britsch en Buitenlandsch Bijbelgenootschap, den arbeid van Dr. Bernardo, gelijk wij spraken van het feit dat in Londen nog de helft der bevolking ter kerk gaat, terwijl in Amsterdam slechts een tiende deel der menschen dit doet; gelijk wij mededeelden dat velen, die nog aan de autoriteit der Schrift vasthouden, zich hebben opgemaakt om de z g. nieuwe Theologie krachtig te bestrijden. Doch wij betreuren het, dat de kerken in Engeland den strijd tegen den afval, die zich in haar boezem openbaart, niet aanbinden. Dit schijnt men heiaas ook niet te mogen verwachten. In een lezing die Dr. Campbell Morgan in Westminster Chapel ongeveer een maand geleden hield over „Christ and the Scriptures", waarin deze begaafde prediker beleed dat hij den Bijbel geloofde als het onfeilbare woord van God, sprak hij: Het zou mij verwonderen als de ure niet was aangebroken voor een nieuw verbond, dat te sluiten is door hen die gelooven dat het Woord van God gezag heeft". Al verblijden wij ons ook daarin, dat er gesproken wordt gelijk Dr. C. M. en Dr. Pierson en anderen deden, toch missen wij bij hen noode de roepstem tot de kerk des Heeren, om het pand haar toebetrouwd te bewaren. Het is alsof men in Engeland er niet zooveel voor voelt als in Nederland, dat hst Zion Gods in de eerste plaats geroepen is „een pilaar en vastigheid der waarheid te zijn" f i Tim. 3 : 15).

Wij schreven een en andermaal over de „nieuwe Theologie" (meer nog niet) van Rev. Campbell. Door hetgeen wij uit Engeland in handen kregen ontvingen wij den indruk, dat de toestand in Engeland als zeer ernstig wordt aangezien, zoodat zij die het goede voor het Engelsche volk zoeken, zeer bezorgd zijn. Daaraan hebben ook wij uiting gegeven.

Echter, er zijn in Engeland ea elders nog vele goede dingen. Wij waardeerden het, dat bijv. in Duitschland „Gemeinschaften" gesticht worden, omdat het volk in menige kerk steenen krijgt voor brood. Uitvoerig spraken wij daarover telkens, dcch konden ook omtrent Duitschland niet verhelen, dat het ons leed deed dat velen daar niet inzien, dat men door „Gemeinschaften" of gezelschappen niet verkrijgen kan, wat alleen kan worden verkregen als de kerk van Christus zich in de rechte wegea des Heeren gaat bewegen.

Hier te lande heeft Dr. A. Kuyper zich stroomen van haat op den hals gehaald, omdat Z. H. G, niet alleen de dwalingen derethischen en van de mannen der hedendatigsche schriftcritiek heeft aangetoond, maar ook omdat hij aangestuurd heeft op reformatie der kerk en men het onder zijn leiding tot een beginsel daarvan zag komen. Wij hebben daardoor het ideaal gekoesterd, dat geliik Nederland in de 17de eeuw tot een zegen geweest is van de volken in Europa door zijne politieke beteekenis, het in deze dagen tot een zegen kon zijn doordat de Gereformeerde Kerken tot een beginsel van reformatie mochten komen en daardoor van ons laad een licht mocht uitgaan voor de kerken ia de oude eu nieuwe wereld. Daarom was het er ons steeds om te doen, te laten zien wat ontbrak, al kouden wij ons verheugen in hetgeen op algemeen Christelijk gebied plaats had.

Tot de zinsnede waarin gezegd wordt, dat als over Nedcïland nooit iets werd aangehaald dan Het Volk, of een modern blaadje, of een boek van ongeloovige zijde, enz, , wenschen wij het zwijgen te doen.

Wel wenschen wij Dr. de Vlieger toe te roepen : „zie toe". Als de man, dien hij hoogacht. Dr. Campbell Morgan, den tijd gekomen acht dat men een nieuw verbond zal aangaan met hen die op den bodem der H. Schriftuur staan, dan is het duidelijk dat hij op dit oogeublik niet met dezulken vereenigd is. Dit heeft in menigerlei opzicht veel te zeggen tot hea, die als dienaren des Woords voorgangers der gemeente zijn.

WINCKEL.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 maart 1907

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 maart 1907

De Heraut | 4 Pagina's