GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Over het hoogste gezag - pagina 12

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Over het hoogste gezag - pagina 12

Redevoering bij de aanvaarding van het professoraat aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

13 schenkt Hij ons Zijn geschreven Woord. Dit brengt mij tot de bespreking van het gezag van dat Woord. Niet aan de menschelijke rede maar aan God komt het hoogste gezag toe; aan den levenden God, gelijk deze zich aan ons geopenbaard heeft in het vleesch en tot ons spreekt in Zijn Woord; aan een God tot wien wij spre­ ken k u n n e n ; die ons hoort en verhoort. Aan God, den Heer! Niet aan een godsbegrip of een godsidee. Ieder die eene bijzondere openbaring Gods aan de menschen ontkent, of de dingen, die „het oog niet heeft gezien en het oor niet heeft gehoord en in het hart eens menschen niet zijn opgeklommen" (18) verwerpt, staat in beginsel aan de andere zijde. Hij erkent wellicht het bestaan van God, doch alleen omdat en in zoover zijn rede hem tot die erkentenis dringt. Verder dan zijne rede komt hij niet, want voor hem is de rede het hoogste gezag. Komt hij verder; neemt hij iets a a n , anders dan op het gezag zijner rede, dan is dit omdat hij onwillekeurig nog teert op hetgeen het oude christelijk geloof in zijn gemoed heeft achtergelaten. Ieder denker, ieder die de verschijnselen der zichtbare wereld waarneemt, erkent dat de wereld öf aan het toe­ val is overgelaten, óf bestuurd wordt door wetten welke wij niet kennen, die zelfs buiten ons denkvermogen lig­ gen. Waarneming noch nadenken ontsluiert ons die ver­ borgen wetten. De mensch staat daartegenover evenals het dier op de snijtafel tegenover de operaties van den chirurg. Omdat het dier niet beseffen kan wat weten­ schappelijk onderzoek beteekent, kan het niet begrijpen waarom dezelfde hand beurtelings vreeslijk pijnigt en liefderijk verpleegt. Zoo het redeneeren k o n , zou het van zijn bekrompen standpunt tot geen andere slotsom kunnen komen, dan tot deze; dat die hand óf door het noodlot, óf door toeval, óf door hem onbekende oorzaken van stoffelijken aard werd bewogen. Eerst als het zich het begrip „wetenschap" kon voorstellen, zou het in staat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1884

Inaugurele redes | 39 Pagina's

Over het hoogste gezag - pagina 12

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1884

Inaugurele redes | 39 Pagina's