GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Evolutie of revelatie - pagina 123

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Evolutie of revelatie - pagina 123

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

121 gelijk NiKEL 1. c. p. 69 terecht opmerkt, omdat beide woorden beteekenen den oceaan en in Gen. 1 deze chaoszee juist in tegenstelling met het babylonische scheppingsverhaal niet als persoon is gedacht en niet optreedt als „de moeder van goden en alle leven", maar als levenlooze substantie, die door den Geest Gods bevrucht wordt. 162) H. GuNKEi/, Sch&pfung und Chaos in Urseit und Endseit, eine religionsgeschicMliche Untersuchung über Gen. 1 und Apoc. 12. Göttingen, 1895, heeft het eerst uitvoerig trachten aan te toonen, dat in de psalmen en profeten doorloopend sprake is van een strijd tusschen Jehova en Tiamat of het Chaosmonster, waarbij de ontleening aan het babylonische epos nog veel duidelijker dan bij Gen. 1 in het oog zou springen. ZIMMEEN; in zyn Bibliscke und Babylonische UrgescMcMe, en in K. A. T.^ p. 510 en v.v. en DELITZSCH, eerste voordracht, p. 34, 35—68 zijn hierin Gimkel gevolgd. Nu is het ongetvTijfeld waar, dat de plaatsen, waarop Gunkel wijst, veel meer trekken van overeenkomst met den Marduk — Tiamatstrijd vertoonen dan het eigenlijke scheppingsverhaal. Indien Gunkel's betoog dan ook geen ander doel had dan aan te toonen, dat in de poëtische en profetische literatuur van Israel beelden en metaphoren voorkomen, die wellicht aan het Gilgamosepos ontleend zijn, dan zou de mogelijkheid hiervan kunnen worden toegegeven. Maar dit bedoelt Gunkel niet; wat hij wil aantoonen is^ dat niet als poëtische beeldspraak, maar als werkelijk geloofd en als waarheid aangenomen scheppingsverhaal bij Israel dit babylonische epos reeds vroeg voorkwam. Dat Gunkel, die in strijd met heel de nieuwere critiek Gen. I tot een der oudste stukken van de Schrift rekent, hierdoor met zichzelf in strijd raakt, is een argumentum ad hominem, dat ik verder rusten laat. Van meer belang is de vraag, of de teksten, waarop Gunkel zich beroept, de door hem gestelde hypothese bevestigen. Deze teksten nu laten zich in twee hoofdgroepen verdeelen; vooreerst die teksten, waarin de zee of oceaan wordt voorgesteld als een levend wezen, een vijandige macht, die door Jehova wordt bestreden, waarbij evenzeer als in het Gilgamosepos een schelden van Jahve aan den strijd voorafgaat; en ten tweede die teksten, waarin gesproken wordt van een stryd tusschen Jehova en een monster, dat Eahab, Leviathan enz. wordt genoemd en evenals Tiamat door helpers wordt gesteund. Beide reeksen van teksten hebben natuurlijk alleen dan dwingende bewijskracht, wanneer vaststaat Ie dat deze strijd plaats heeft gevonden in den oertijd, bij de schepping; 2e dat dit monster Eahab hetzelfde is als Tiamat of de Chaoszee; en 3e dat dit Chaosmonster dualistisch tegenover Jehova staat en eeuwig heeft bestaan. .Tuist op deze drie punten nu is het betoog van Gunkel niet alleen niet concludent, maar de door hem aangevoerde teksten bewezen veeleer het tegendeel. De strijd tusschen Jehova en dit monster wordt nergens voorgesteld als in het verleden (vóór of bij de schepping) te hebben plaats gevonden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1903

Rectorale redes | 136 Pagina's

Evolutie of revelatie - pagina 123

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1903

Rectorale redes | 136 Pagina's