Een en ander.

Van cijfers.

Eenige weken geleden wezen wij op bet nietkloppen der cijfers van de finalntieeie verantwoording der zending in Üe Acta 'der Leeuwarder Synode. Wij ispraken tevens nadrukkelijk uit, dat de zaken natuurlijk in orde waren, maar dat het toch wenschelijk was, om opheldering 'te geven. .Dit is geschied, want wi| lazen in „De Wachter" bet v^olgende ingeziOMden stukje, hetwelk wij haasten *) aan onze lezers voor te leggen. Wijl ^achten hiefmede alles genoegzaam opgehelderd.

Er is door de betrokken persomen opiieldeiriing gegeven omtrent de fouten in de Acta Syaodi, tenminste over de fouten van leenige beteekenis. Zooals op bladzij 151 en 253. Het is dunkt mij', behotfflijk, dat ook van die toelichting nota genomen wordt, daaiom willen wij die zoo beknopt mogelijk weergeven. De fouten opi bldz. 253 zijn aan den oor­ rector te wijten. Bij - de Ontvangst is niet vermeld Zeeland met f360.—, met de bijvoeging van dat bedrag is de .zaalc in orde. Bij de Uitgaven moet de post „Zendingsrappiort" niet zijn f 232.96 maar £232.69, daarmee is dat ook in orde.

Op bladzij 151 zijn de fouten meei" ingewikkeld; een post van f397.50 is niet in ' de Specificatie opgenomen maar wel in het totaalcijfer, dat heSrag kan ook uit de rekening wegblijven, had mm het ook niet in het totaalcijfer opgenomen, dan had de zaak duidelijk gemaakt kunnen worden' met de verbetering van twee fouten in het boekjaar 1918/'19. De hoofdzaak is of het Saldo van het laatste boekjaar zuiver is. Gelukkig blsek het ons, dat er slechts een - 1/2 .cent aan mankeerde zoova' wij het konden nagaan. Zijn er die vani cijfers houden, zooals ondergeteekende, die beginnen dan maar "met de totaalcijfers en de overbrenging van de saldo's van ieder jaar uit te schakelen, men rekene maar wiat in het geheel is Ontvangen en Uitgegeven over het geheel dan is:

Ontvangen f 46.881.2:4 Uitgegieven - 44.6G9.745 Batig Saldo f 2.21J.J95 bij - 70.00 Saldo f 2.284.496

Een beleefd verzoek aan „De Reformatie" om nota te nemen van deze toelichting.

Dat is met de Acta een verschil van f70.—, verbeteren wij nu de twee fouten in het boekjaar 1918/'19 bij de Ontvangst de post flO.930.295 die zgn moet f 10.950.2, 95, daar hebben vfij dus f2 0.— over, en bij de Uitgaven de post f2.194.54 die zijii moet f2.144.54, hier hebben; wij dus f 50.— over, die f70.— komen nog bij het saldo, zoodat er .slechts 1/2 cent zoek geraakt is.

Wij danken de broeders voor de gegeven opheldering, en hop'en tevens, dat de gemaakte opmerkingen ten gioede mogen medewerken.

Uw br.

J. BOS.

Bodegraven, 3 Febr. 1931. ;

Soemba.

De drie provinciën, die voor Soemba zorgen, n.l, Groningen, Drente en 'Overijsel, hebben ook al zorgen. Niet alleen geldzorgen; trouwens, deze zijn. niet de zwaarste; bet groote tekort van eenige duizenden zal mede door 'de „Soemba-week" wel gedekt worden; Iniaar bet is tobben met de aïbei'deïs.

Het beroep; , uitgebracht op ds van Dijk in Oost-Friesland, omi als. miss, dienaar vajn Nijverdal naar West-Soemba te gaan tot hulp van ds' lü'ijgei^ • die bet 'te Karoeni te druk heeft, werd afgewezen. Hoewel de tijd vaai verlof voor hem' was aangebroken, bad ds Krijger toch besloten zoolang Ie Karoieni te blijven, totdat een medearbeider was gekomen. Het heeft echter niet zoo mogen zijn; onverwacht en eenigszins overhaast neemt bij vacantie wegens gezondbeidsreldenen. Gelukkig scbij'nt de toestand niet veronti'ustenld te zijn, daar bet meer is voor een onderzoek naar een beenkwaal, dan wegens ernstige ziekteverschijnselen.

Voor den arbeid op Soemba komt het vertrek van ds Krijlger wel wat ongelegen, want, daar hij Inog wachten 'wilde, was aan ds D. K. Wielenga toegestaan met verlof te gaan; deze laatste is met zijn gezin de vorige week *) reeds in ons lanidi gekomen; !en omdat ds 'Colenbrander ook nog hier vertoeft, is er van de vier zendelingen maar één op Soemba, n.l. ds de Bruyn. Deze oud-^strijdeï, die reeds idikwijls voor beete vuren stond, en tegen geen arbeid opziet, zal bet met Gods hulp voorloopig wel alleen redden. Ds Colenbrander keert nu spoedig terug, en zal met Melolo tevens Karoeni tijdelijk voor zijn refcenilng nem'cn, en dan zal ds de Bruyn 'behalve voor Waingapoe ook vooi 'Pajeti. zorgen.

Het geval-Dijkema.

In zijn brief aan een vriend te Antiochië in „Het 'Zendingsblad" Febr. 1921, komt ds Dijkstra ook te spreken over bet geval-Dijifcema; hij betreurt het, dat wij niet de synode van Leeuwarden bijwoonden, want (nu begrijpen wij de dingen niet goed. Walt ds Dijikstra over bet geval schrijft behoeven wij hiex niet over te nemen, omdat natuurUjk Üe lezers van „De Reformatie" ook „Het Zendingsblad" lezien. Hel zal dus voldoende zijn naax genoemden brief 'te verwij'zen. Het doet mij' waarüjk leed, dat ook dezie brief mij niet beeft kunnen overtuigen van bet onjuiste van mijn indruk van de beele kwestie, boevrol ik anders niets liever doe, dan van harte aanvaarden wat ds. D'ijkstra schrijft; zijn woord beeft groot gezag, en bij weet ook, boe niemand hem' meer waardeert om zijns persoons en werks wil dan ondergeteekende. Over zijn fijne ironie van de „Nieuwe Banen" hebben wij hartelijk kunnen lachen.

Scholen en Ho'spitalen.

Schooldienst en miödisdhe dienst bewijzen onzfe zending, dit valt niet tegen te spreken, uitstekende diensten. Zij-brengen onze zending in aanzien; er gaat een sprake van uit, die de Inlander ver­ staat; maai" ook zijn zij een middel, waardoor jdb zending in aanralking komt met de Inlanders en aanleiding kirijlgt butn: bet Evan, gelie te brenge^. Ongetwijfeld zijn er .veleb, die door de scholen pi hospitalen tot Christus zijn gekomen.

Zij zij'n en blijven echter beide hulpdiensten; boofdz: aak blijft de prediking van het Evangelie. Omdat de uitgaven voor de zenffing in den laatsten tijd zoo buitengewoon toenemen, wordt van verschillende zijlden het plain geopJ)érd!, om d^n scbooldienst en mèdiscbein: dienst va.n de kerken lois te maücen; de kerken worden van veel izorgen en finantieale lasten bevrijd, en kunnen zich met volle kracht werpen op den hoofddienst; tevens kunnen de afgevaardigden naar de meerdere vergaderingen zich zonder te veel moeite in de zendingszaken inwerken.

Ook wij juichen Öeze gedachte toe; zij' is in elk geval waand ernstig onder de oogen te wordlen gezien. Te mieer gevoelen wij' voor dit plan', omdat onze leerken vrijer komen te staan. De regeering toch geeft subsidie voor de sdholen en hospitalen; , maar stelt natuurlijk daarbij' vele eischen, waarvan sommigen voor de kerken zieer bezwarend zijn. Wij denken , o.a. aan de facultatief stelling van bet godsdienstoniderwijs, 'zoodat kinderen van beidensche en mohamtoedaansche ouders bij conscientiebezwaar bet godsdienstonderwijs op de zendingsscbolen mogen verzuimen. Tevens zal de losmaking de ziending voor het verwijt bewaren, dat zij met regeeringssteun bet Evangelie brengt; in de oogen van den inlander komt de zending alsdan zuiver te staan als zaak' der kerk; de overbeildj steunt lalleen ^de vereenigingen, idie scholen en hospitalen onderbouden.

Wij zien wel in, dat hier vele mloeilijkbedieni moeten • worden overwonnen, maar onmogelijk schijnt bet 'ons niet te zijtn. Wellicht dat onza generale zendingsdeputaten bet initiatief kobden nemen, en afgevaardigden der verscbülendb z'endende kerken samenroepen, om m'et dezfö de kwestie te behandelen.

J. D. WIELENGA.

* Wegens plaatsgebrek bleef „Een e» ander" vier weken op de drukkerij liggen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen