GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERSSCHOW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERSSCHOW

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Arm Rusland.

In „Het Handelsblad" van 14 Jan. (Avondbl.) lezen we het volgende:

Voor den veldtocht van de Sovjets tegen het Kerstfeest had de Sovj et-Academie honderd professoren aangewezen om voor massavergaderingen atheïstische redevoeringen te houden. Zoowel aan de politieke als aan de particulier© vereenigingen was het verboden, ook maar iets te doen of ten toon te stellen, dat aan het Kerstfeest herinnert. Het weekblad „Besboschnik"' moet hebben bekend gemaakt, dat een prijsvraag voor het beste atheïstische tooneelstuk (één-acter), waarin het Kerstfeest belachelijk gemaakt wordt, vele inzendingen gebracht heeft, welke door schoolkinderen zullen worden opgevoerd.

Arm Rusland!

Bidden we genoeg zusters daar? voor de verdrukte broeders en

Ook dat?

Aan „Het Handelsblad" werd gemeld,

dat de Geref. Kerk in H. V. te Amsterdarn-Centrum toegetreden is tot het Amsterdamsche Comité voor vredesactie in den geest van den Wereldbond van Kerken. Ds J. C. Aalders is tot vertegenwoordiger dezer Kerk in het comité aangewezen,

Heere en Heer.

Prof. K u y p e r schreef over dit onderwerp in de jongste „Heraut" het volgende:

Een onzer lezers maakt er aanmerking op, dat in „De Heraut" de naam Heer in plaats van Heere wordt gebruikt. Al kan hij, zooals hij schrijft, taalkundig niet uitmaken, welke benaming juister is, ons Gerefoi-meerde volk geeft aan den naam Heere de voorkeur en hij hoopt daarom, dat „De Heraut" aan dezen naam getrouw blijft.

Nu weten we niet, op welke nummers van ons blad deze klacht ziet. Wel willen we hem ter geruststelling verzekeren, dat geen onzer redacteuren of medewerkers, wanneer hij spreekt over God, of diens Verbondsnaam, Jehova of Jahwe, wil weergeven, er aan denkt het meer plechtige Heere door Heer te vervangen. Aan hetgeen Dr A. Kuyper in zijn Bede om een dubbel corrigendum ons dienaangaande geleerd heeft, blijven we getrouw. Niet omdat dit Heere bij ons Gerefoi-meerde volk zoo geliefd is, maar omdat de rijkdom onzer taal juist in deze schakeering uitkomt en het eerbiediger is voor de benaming Gods den vollen en plechtigen vorm te kiezen. Mocht aan dit gebruik wellicht in een of ander artikel niet de hand zijn gehouden, dan is dit veeleer aan een vergissing van den drukker dan aan den schrijver te wijten.

Slechts voor één ding zij men hierbij wel op zijn hoede, en wellicht is hieruit dit misverstand geboren, n.l. dat men niet meent, dat daarom overal waar in verband hetzij met God zelf of met Christus het woord Heer gebruikt wordt, dit woord daarom altoos met de stomme e als achtervoegsel moet geschreven of gesproken worden. Het woord Heere als eigennaam van God wenschen we te behouden, maar er is o.i. geen bezwaar tegen om den verkorten vorm te gebruiken, wanneer het woord Heer in meer algemeenen zin wordt genomen als meester, gebieder. God de Heere heeft hemel en aarde geschapen, maar God, die alle dingen schiep, is een heer en meestor van al wat bestaat om daarmede te doen naar Zijn wil. Het woord heer in de laatste helft dezer zinsnede heeft een heel andere beteekenis dan het woord Heere in het begin. Christus is een Heer der heeren en Koning der koningen, maar we spreken van onzen Heere Jezus Christus, Gods eengeboren Zoon. Wie een fijn taalgevoel heeft, zal zelf wel bemei-ken, wanneer hier, ook in verband met God of met Christus, de lange of korte vorm van het woord Heere moet gebruikt worden. Zich daaraan te stooten, omdat men voor God of Christus alleen het woord Heere wil gebruikt zien, zou alleen toonen, dat men voor deze fijnere nuanceeringen in de taal geen oog had. In de Oudejaarsmeditatie van 28 December wordt door Dr K. Dijk den tekst uit Matth. 24 : 42 tot motto gekozen: aakt dan, want gij weet niet in welke ure uw Heer komen zal. Aan het slot van zijn meditatie • , daarentegen schrijft Dr K. Dijk: ant gij weet niet in welke ure uw Heere komen zal. Beide achten we hier geoorloofd. In zijn commentaar op Mattheus vertaalt ook Prof. Grosheide: w Heer. In de gelijkenis, die ter nadere verklaring op dit woord volgt, is sprake van een heer, die zijn huis verlaat én de zorg daarvoor opdraagt aan een zijner dienstknechten. Zooals deze dienstknecht, wanneer zijn heer onverwachts thuis komt en bevindt, dat hij getrouw zijn plicht vervuld heeft, beloond zal worden, zoo hebben ook Christus' discipelen te waken, omdat ze niet weten, in welke ure hun heer komen zal.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 januari 1931

De Reformatie | 8 Pagina's

PERSSCHOW

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 januari 1931

De Reformatie | 8 Pagina's