GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het gevaar der samenwerking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het gevaar der samenwerking

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hebben wij allen er nog wel oog voor, dat het Gods genade was, waardoor Hij 22jn kerk in 1944. weer in de ruimte stelde? De afval, die zich steeds meer openbaarde, vond tenslotte haar exponent in de afsluitende daden van de synode en toen heeft de Heere reformatie gegeven in Zijn kerk.

Ds B. A. Bos schreef hierover in „De Wachter" van 21 November 1947: „De grote zonde, die tot de droeve scheiding in kèrkeUjk opzicht geleid heeft, is geweest de Woordverlating over heel de linie. Het Woord van God is ingeruild tegen eigen gedachtenconstructie en dat menselijk denkproduct, dat veel vsdjzer is dan het Woord van God, is ons bindend opgelegd en vergezeld van banvonnissen gehandhaafd".

Nu moet het wel opvallen, dat er veel broeders zijn, dié voor samenwerking in allerlei organisaties het pleit voeren, doch die de kerk niet juist zien of niet juist meer zien. Verschillenden van hen zijn reeds meegegaan met de kerkontbindende actie van ds Bos c.s. Voor dengene, die de besluiten van de Haagsche synode rustig leest zal het duidelijk zijn, dat hier geen sprake is van bekeering, doch dat men voortgaat op den ingeslagen weg. De situatie is dus wel duidelijker geworden, doch de tegenstellingen hebben zich hierdoor ook verscherpt en dit brengt ons t.a.v. de samenwerking opnieuw in de crisis. In mijn brochure van 1947: „De ernst der samenwerking" schreef ik: „Er rust op ons een grote verantwoordelijkheid, waar we klein onder moeten worden, maar die we moeten aandurven of anders moeten we weg. Daarom geloof ik ook niet, dat we zo zonder meer maar kunnen zeggen samenwerken of niet samenwerken, maar ben ik van mening, dat we in 't algemeen wel kunnen samenwerken, maar onszelf hierin moeten beproeven".

„We moeten niet de samenwerking verbreken, maar we moeten reformerend werken. We moeten eenvoudig bij de Schrift leven en naar de Schrift spreken en evenals dit in de kerk openbaar geworden is, zal het ook t.z.t. elders openbaar worden als men zich aan het Woord stoot".

Het is in de practijk gebleken, dat velen de „weelde" van het samenwerken niet kunnen verdragen. De samenwerking is voor hen geworden of dreigt voor hen te worden: een struikelblok.

Op dit gevaar heb ik ook reeds gewezen toen ik schreef, dat hij, - wiens kerkbesef, wiens verantwoordelijkheid door de samenwerking ondermijnd wordt, niet mag samenwerken, maar zich ijlings moet bekeeren.

Verder heb ik tot voorzichtigheid gemaand indien wij met sjTiodocraten spreken over de verschillende houding die er bij ons t.a.v. d© samenwerking openbaar wordt. „Laten we dan niet zonder meer onze leidslieden afvallen, maar dit punt juist aangrijpen om de sjTiodocraten op de ernst van hun z.g.n. kerkdaden te wijzen".

Wat is er in de practijk hiervan bij velen terecht gekomen? Ik heb broeders smalend hooren spreken over onze eigen predikanten en over het vrijgemaakte kerkje van ons. Als Gods Woord spreekt over de geinstitueerde kerk als over den tempel van den levenden God en oproept om de dienaren des Woords dubbele eer waardig te achten, dan heeft men het aangedurfd om die gemeente en die dienaren belachelijk te maken. Men sprak over een binding bij ons, doch in feite wilde men broeders binden aan eigen opvatting over de samenwerking.

Persoonlijk heb ik nooit ondervonden dat men mij boos aanzag vanwege mijn wei-samenwerken. Dit wil niet zeggen dat er nooit eens verkeerde woorden gebruikt zijn, doch laten we daaover eerst onszelf onderzoeken.

Door den omgang met synodocraten kunnen we weten hoe hun houding is t.o.v. ons en onze kerken. Men wil ons wel accepteeren in de organisaties, doch over de kerkverscheurende daden van de synodes spreekt men niet. Van bekeering is geen sprake. Velen willen wel kerkelijke hereeniging, maar niet met de z.g.n. extremistische elementen in onze kerken. „Men haalt dan de ruzie naar binnen".

Tegen deze verleiding bUjken velen niet bestand te zijn en zij stellen de organisatie boven de kerk des Heeren en de gemeenschap der heiligen.

Ds B. A. Bos schreef eveneens in „De Wachter" van 21 November 1947: „De pluriformiteitsgedachte is dan ook vals en komt tenslotte hierop neer: wat de kerk is, is niet van zoveel betekenis. We moeten de moed hebben, om zeer concreet terug te roepen tot het Woord. Maar dit sluit dan ook in, dat we zeer concreet de Woordverlating hebben aan te tonen. Die Woordverlating is maar niet een kerkincident, maar een levenssymptoom. Terug naar het Woord, betekent ook in het politieke en sociale leven: herstel de kerk. En het is omdat velen dit niet zien of niet zien willen, dat we haast niet meer met elkaar praten kunnen. Neen, dat is nog niet allereerst een kwestie van tegenstand. Di© kan er ook wel bij zijn en is er zelfs vaak bij. Zelfs de rivaliteit wordt niet steeds gemist. Maar het is bovenal een kwestie van een gans andere levensbeschouwing. Wie de kerk ziet als de krachtcentrale van het leven, moet tegelijk de kerk zien in alle levensopenbaring en mag dus ook wat in de kerk gebeurde, nooit isoleren van wat er b.v, op politiek of op sociaal gebied gebeurt. Dat is maar geen hobby, maar dat is levensdrang". „Als wij binnen de verbanden spreken naar het Woord, zal het Woord daar de crisis naar voren roepen. En crisis is scheiding. Die kan niet uitblijven, want het Woord vermurwt of verhardt, maar het „laat nooit koud". Maar de crisis moet ook komen. Het is weer naar het Woord'. En dwars door die crisis heen bereidt de Heere Zijn wederkomst".

Met schaamte moeten we belijden, dat we zoo weinig profetisch het Woord hebben laten spreken in de samenlevingsverbanden en daarom geloof ik, dat door de actie van ds Bos c.s. de ernst der samenwerking opnieuw voor onze aandacht is geplaatst.

Het is opvallend, dat de meesten die voor samenwerking zijn, ook voor samenspreking voelen. Van het al of niet samenspreken laat men soms zijn kerkelijke trouw afhangen. Ik begrijp dit niet. Men verlaat den kerkdijken weg en gaat zelf samenspreken, terwijl de synode van de gebonden kerken weigert op concreet door ons te stellen vragen te antwoorden. Durft men er dan niet voor uit te komen, dat er in feite niets veranderd is en wil men door samenspreken de zaak in den mist zetten? Zijn onze menschen zoo slecht op de hoogte, dat men nog niet ziet (en men had dit vanwege het samenwerken toch wel kunnen bemerken) dat de geest in de gebonden kerken ongewijzigd is. De feiten liggen er nog. Men wil de scherpe kanten camoufleeren, doch van bekeering is geen sprake. Hereeniging als' doel op zichzelf is een idool. Bekeering, het leven naar Gods geboden is doel en dan zal hereeniging als vrucht komen.

Door de gevolgen van de samenspreking van ds Bos C.S., die niet een hereeniging, doch een teruggaan te zien gaf, zijn we, schreef ik, opnieuw t.a.v. de samenwerking in de crisis gekomen.

Een ieder, die nog voor samenwerking pleit vrage zich af of hij zichzelf hierdoor niet in verzoeking brengt. Zijn we bestand om niet besmet te worden door den geest van afval? 2üjn we zoo vervuld met ijver voor Gods huis en voor Zijn Woord, dat wij het Woord ook naspreken in de samenlevingsverbanden?

Wordt onze trouw aan de kerk van Christus door het samenwerken niet ondermijnd?

Wie hierop vandaag geen duidelijk antwoord geeft, die is veroordeeld in zijn samenwerken en zal de consequentie van het meegezogen worden moeten aanvaarden. Wie echter in de kracht des Heeren den strijd wil aanbinden, die vertrouwe dus niet op zichzelf, maar zij zeer getrouw en die zal het ervaren, dat het Woord de crisis naar voren roept.

Wie echter meent te staan, zie toe dat hij niet valle. 's-Gravenhage-Loosduinen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 17 juni 1950

De Reformatie | 8 Pagina's

Het gevaar der samenwerking

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 17 juni 1950

De Reformatie | 8 Pagina's