GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

VELERLEI WEGEN.

EEN NIEUWE GAST.

Verscheiden jaren bracht ik bij mijn pleegouders door, die mij veel hefde bewezen, welke ik hoop niet met ondank te hebben beantwoord.

Oom was dikwijls uil. Tante daarentegen was liefst in huis bezig, waarbij ik dan alle gelegenheid had haar te helpen. Ik werd in Oe huishoudkunst' naar behooren onderricht, wat mij later zeer te stade is gekomen. Van tijd lot tijii gingen we met ons drieën een dagje uil en de hermneiing aan die rij-en wandeliochijes is nog een der prettigste uit mijn leven.

Uit mijn onde vaderland hoorde ik al dien tijd niets. Niemand in Nederland bekommerde zich blijkbaar om mij, en met kraniennieuws - hield ik niet op. Het onderwijs mij gegeven had, al was hel gebrekkig mij toch zeker zoo ver gebracht als een leerling die stiitgeleerds verklaard de school verlaat. Wal de kennis van Gods Woord en den weg tot Zaligheid bÈireft waar ik vroeger niets van wist, was de dominee zoo over mij tevreden dat hij mij een zijner beste leerlingen noemde. Hij vertelde dit zelfs aan mijn pleegouders. Of die nu wijs deden dit weer aan mij te vertellen, betwijfel ik. Doch waar-is, dat ik op vele vragen uit de Heilige Schrift het antwoord niet meer behoefde schuldig te blijven, en daar had de goede predikant alle eer van.

Maar al was ook de dominee over mij tevreden, al kende ik ook vele teksten en psalmen, ja gehtele hoofdstukken des Biibels van buiten, toch was welbeschouwd mijn leven niet in den dienst des Heeren. Ik wist nu welke de goede weg tot het eeuwige leven was: ik had een verstandelijke kennis, mijn hoofd vfas er van vervuld, maar niet mijn hart. En daar uil het hart de ingevingen des levens zijn, kon het niet atiders of mijn leven ging mijnerzijds buiten God. om.

Of mijn pleegotiders het ook zoo inzagen, betwijfel ik zeer. Ik vrees dal hel hun evenzoo ging als mij en meer hun hoofd dan hun hart de vreeze Gods kende. Althans zij spraken er mét mij zelden of nooit over. Zoo was de predikant de eenigc, van wien ik iets hoorde üv(y-. de noodakelijliheid van bekeering en geloof-Want mijn leermeester', hoe goed hij mij ook in vele dingen onderrichtte, was iemand die zich met God en godsdienst niet inlet. Over allerlei spraken wij samen, maar als het op de kerk of op godsdienst kwam, wist hij altijd het gesjirek geleidelijk op iets anders te brengen.

Eens toen ik hem vroeg of hij den Bijbel niet een mooi boek vond, was zijn antwoord: »Ik kan het niet zeggen, beste meid, want ik heb hem nooit, gelezen. Godsdienst is goed voor wie hem hem noOdig heeft, maar ik kan het er buiten stellen, « Kort na mijn zestienden verjaardag gebeurde er iets dat bij ons niet veel voorkwam. Wij ontvingen namelijk bezoek van een vreemdeling.

Het was blijkbaar iemand van goeden stand.

Hij had een lang gesprek met oom. Wat daarin verhandeld werd vernam ik spoedig.

De heerjansens was een koopman, woonachtig in Nederland die plantages bezat in Oost-lpdië op Java. Om deze ie bezoeken had hij de verre reis ondernomen, doch was onderweg ziek geworden. Toen hij wat herstelde had de scheeps-'lokter hem aangeraden de reis vooreerst niet voort te zetten, maar aan de Kaap waar men • toch landde, eenige weken te blijven, of liever zoo lang lot hij geheel beter zou zijn. Daarna kon hij dan de reis voorzetten. Er gingen toch telkens scheper van de Kaap naar Indië. Tijdens zijn verblijf moest hij rust hebben, veel frissche lucht en ten mooie orngeving.

Mijnheer Jansens volgde dezen raad op, te meer daar hij in Kaapstad verscheiden vrienden had. Toen een van deze hoorden hoe de zaken stonden, zeide hij lot den koopman dat hij wellicht iets voor hem wist en vertelde hem van den kustwachter. Dat is, juist wal gij hebben moet, zei Jansens vriend. Als de man u wil herbergen zijl ge meteen goed geholpen.

Hoewel oom eerst niet veel zin had in de zaak — voor zijn b ood behoefde hij het niet te doen — hel hij zich voor veel geld en veel goede woorden overhalen den nieuw gekomene tijdelijk een kamer af te staan. Tante en ik zouden hem dan bedienen, wat echter hoofdzakelijk op mij neerkwam, daar mijn pleegmoeder liefst in de keuken bleef.

Onze nieuwe gast was, gelijk ik zei, een aanzienlijk, vermogend man, en men kon merken dat hij dit maar al te goed wist. Gelukkig wist hij ook dat men hem hier een gunst bewees wel beschouwd. Daardoor misschien Êwam het dat hij zich nog al toeschietelijk en gemeenzaam bttoonde. Men kon echter altijd merken, dal hij den afstand wel wisi te bewaren.

Het was mijn taak den heer Jansens tol gids te dienen en te begeleiden op de vele wandeltochtjes, die de dokter hem had voorgeschreven.

Ik vond het hoogst vervelend, want mijnheer die reeds bejaard was en daarbij zwak, liep zeer langzaam, kon geen heuvels beklimmen en — wat 't ergste was — hij sprak in het begin bijna geen woord.

Na een ^aai weken echter kwam er onverwacht veianderifig. Mijnheer Jansens namelijk werd bepaald ziek. De geneesheer zei, dat het wel spoedig beteken-zou mits de zieke te bed bleef. Nu had hij meer verzorging noodig, en die kwam grootendeels op mij neer. Gelukkig eischte mijn taak geen bizondere , inspanning.

Alleen klaagde de zieke tegen oom en tante of wie hem bezocht en ook tegen mij schrikkelijk over verveling. Ik bedacht nu-hem van tijd tot tijd iets voor te lezen. Doch daartoe had ik een boek noodig, en het eenige boek in huis was de Bijbel.

Ik Tvist niet of mijnheer daarvan zou gediend zijn, en vroeg daarom mijn vriendelijken leermeester een boek terleen. Hij was dadelijk bereid en mijnheer Jansens vond goed dat ik htm wat voorlas, zonder zelfs eerst te vragen wai boek hel was. Ik kan mij dat ook nu niet rneer herinneren, maar wel dal ik er weinig of niets van begreep. Wal mijn toehoorder betreft, die viel meestal tijdens het lezen in rustigen slaap, zoodat mijn werk althans niet geheel vruchteloos was.

Maar na een dag of vijf begon mij dat toch te verdrieten, temeer als ik bedacht dal mijnheer Jansens wel maanden blijven kon. Ik besloot bet eens met mijn boek, den Bijbel, te beproeven, doch zonder den zieke dit vooruit te zeggen.

Doch dat liep mis.

Want toen mijnheer, 'die klaar wakker lag, niij met het dikke boek zag binnenkomen riep hij uit:

ïWat brengt ge daar meisje! 't Lijkt wel het wetboek van Kaapland.«

ï't Is onze Bijbel, « zei ik glimlachend.

BRIEFWISSELING.

V. Er bestaan tal van boeken over de Vaderlandsche Geschiedenis die u dienen knnnen. Wat het boek Tan De Liefde betreft, dit wai een leesboek voor de scholen in drie-deeltjes.

Vóór eenige jaren is het opnieuw bewerkt en uitgegeven. Ik meen in twee deelen. Overigens kan elke uitgever van Christelijke boeken u helpen.

HOOGENEIRK.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 11 november 1917

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 11 november 1917

De Heraut | 4 Pagina's