De wetenschap van den Logos - pagina 17
Rede bij de overdracht van het rectoraat der Vrije Universiteit
lï
De roem van Wolf ten opzichte van de encyclopaedic der philologie is niet weinig overdreven, 't Is waar : hij heeft haar het eerst zich als eene afzonderlijke wetenschap gedacht. Reeds toen hij aan de Universiteit als student zich zou laten inschrijven, verlangde hij als student in de philologie te worden ingeschreven, ofschoon zulk eene faculteit aan de Universiteiten niet bekend was i) en in Duitschland nog niet bestaat. Maar tot de eenheid en het wezen zijner wetenschap is hij niet doorgedrongen, een juist begrip heeft hij niet verbreid. Ook na hem vatte de een haar op als de wetenschap der Oudheid, een ander als de litterae humaniores of de humaniora, 2) de wetenschap der beschaving, de Kulturwissenschaft onzer oostelijke naburen, een derde als de wetenschap der taal, de meest populaire opvatting, een vierde als polyhistorie of polymathie, geleerdheid van allerlei aard, maar geen wetenschap. Eerst August Böckh, een der grootste philologen dezer eeuw, bracht systeem in de verschillende vakken, die tot de philologie behooren. Evenals het werk van zijn leermeester Wolf is ook Böckhs Encyclopaedic en Methodologie der philologischen Wissenschaften eerst na zijnen dood door zijne leerlingen uitgegeven 3), doch zóó dat het geheel als het eigen werk van den meester kan worden beschouwd.
In dit werk bezit de philologie eene systematische
encyclopaedic, die met de beste encyclopaediën der zusterwetenschappen kan wedijveren. Böckh meent als het begrip, waaruit de geheele philologie kan worden geconstrueerd en al hare onderdeden logisch kunnen worden afgeleid, te moeten stellen: d e zelfde
is, d e
Philologie
Geschiedenis,
of, w a t h e t -
is „ E r k e n t n i s s
des
E r k a n n t e n " 4), het weder kennen van wat eens gekend is. 1) Hertz. Karl Lachmann, pag 176. Berlin Hertz 1851. — Bursian. Geschichte der Klassischen Philologie in Deutschland pag. 517. München nnd Leipzig 1883. 2) Humaniora sind demnach: Sprachkenntnisse, historische und philosophische, verbunden mit den Kenntnissen der schonen Künste, besonders der Beredtsamkeit und Dichtkunst. Wolf. Encycl. der Philol., pag. 5. 3) Door Ernst Bratuscheck, Leipzig Teubner, 1877, 2de druk door Klussmann i886. 4) Pag. I I .
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1891
Rectorale redes | 70 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1891
Rectorale redes | 70 Pagina's