GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het studeeren der Ouderlingen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het studeeren der Ouderlingen.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

I.

Van dé oiverzijdej ontwefpt mén zich een eigenaardig beeld van den ouderling.

Hij zoiu de zuivere vertegenwoordiger zijn yan het CiOin.servatieve element in onze kerken.

De p'redikanten, ook in onze kerken, zouden nog wel in m'eer voioruitsfrevende richting wiUen gaan.

Maar de oiuiderlinig is hun nem', zooi zegt men.

Daartoe is hij ook van de gehleente 'verkoren.

Hij is bij', uitstefc' de drager vah de traditie en laat zich daarvan niets ontnamien, al is hét door de wete'nschap geoordeelid, door den tijd tot een antikwiteit (gemaakt.

En waar er in elk ketrkeraads'college meerdere exemplariein van zijn soort zijh, die onderling wel grooten naijver kennen en elkander gaarne vliegen afvangen, maar waar het om tiet behoud van bestaande toestanden gaait het toe|h steeds roerend met elkander eens' zijn, kan de pjredikant met zijn plannen van vooruitgang niets beginnen.

De jonge dominee mét zijn hooge idealtein wpïdt eenvoudig lam' geslagen.

Hij wordt door alle p'ers'onen uit het ach'tbaar college beurt om' beurt zóó m'et de conservatieve gard bewerkt, tot ook hij een sleurmensch, een lange-pajp-m|ensch, teen altijd dopr k'oflie-slurpendmiensc: h^ een ach-en-wee-mensch' is geworden.

Zijn gezicht gaat zoetielijfc' glimmen. Zijn pas' wordt a.fgemetetn.

Zijn spreken is gelijk het .kerkgezang in zijn gemeiebte. De halve noten zijn er uit. Hij' spïeekt alleen op' heele.

Zijn stem: 'hééft de nopidige zfalving verkregen. En de oud!erlin.g ziet 'm-et welgevallen hem' wandelen.

Hij' heeft domin'ee toch' maar gedrild. Wat dominee is, is hij' geworden door hem: Inmiddels acht hij hiet veiÜg h^em' toioli in de gaten te blijveta. houden.

Wamt die nieuwe! tijd...

Daar hebL ge, i& '^lié? -, Slg; ëj£'; «!^^^ gejeiekend, zoo-ongeveer het portret, dat ©eti vrijzinnig kerknieuwsiietlacibeur van hem scihilderde.

De vroegere doiniaeesovei heerscHiing (dominocratie) zou door ©en onderliiigeiioverbeieTSching zijn vervangen.

De ouderlinig is de Öwarsk'ijker geworden.

Lijkt het portret?

En dan zal mojgelij'k geantwoord worden: ik ken wel oiuderlingen, die er veel van weg hebben.

Ik ken zie ook.

Menschen van vóór den piruik'entijd, die het altijd maar hebben O'veT Beuk'elm!an en Tuinman en Koelman en ik weet niet welke m'annen en, als zo eens een nienwerwetsohe bui hebben, komen aandragen met idem cloux.

Measchen, die op' een prik weten, wat de var. kens kosten en de eieren opbrengen en daarin gaarne meiegaan met hun tijd, maar die niet weten, wat er in de kerk des Heterea omgaat. f-

Menschen, wier tijdbeoo-rdeeling in het kerkelijke niet verder gaat, dan dat de doohter Slons een breuk heeft, welke wel niet meer te genezen zal zijn en waarom dan ook moet worden getreurd.

Zulke fflcnscben vindt ge bijna alleen nog maar op achteraf-dorpjes. En dan mieestentijds in herderloozo gemeenten.

Daar oeiïenen ze soms niet geringen invloed.

En staan de voortgezette reformatie der kerken in den weg.

Maar dat dit portret dei doorsnee-ouderling zoiu kunnen vooris'tellen, moet met kracht betwist.

Het is karikatuur-teekening.

Meer niet.

Trouwens, onbedoeld geeft men dat van de over. zijde ooik toe.

Bij andere gelegenheden puldicieeren dezelfde redacteunen, dat onze kerken in frischheid en actie den anderen toit een voorbeeld kunnen dienen en nren wijst dan op afschaffing der kerkcollectes, vrijwillige verhooging der tralktementen, bouw van nieuwic, groiotsch-opgevatte kerken.

Hoe zon dat alles tot stand kunnen komen, , , indien de oiuderlingen niet, medewerkten?

Hoe zou een Synode als die van Leeuwarden zulke verstrekklende besluiten hebben ku.nnen nemen, iudien de louderlingen er niet evenzeer van doordrongen waren, dat nieiuwe tijden, nieuwe eischen hebben, waar toch zoo^'n Synode voor de helft uit oiuderlingien is saamgesteld ?

Veilig kuniuen we constateeren: er is geen predikanten-ouderlingen conflict, een hoogst enkele uitzondering daargelaten.

Van oiuderlingenoverheerschiing is geen sprake.

Werpen wie dat dus ZO'O ver va, n ons, als maar mogelijk is, wel moet de vinger gelegd op een woindeplek in het ouderlingenamibt.

In de mieeste kerken heeft jms weer' beve.stigiïiig van ouderlingen plaats gieihad en daarbij werd uit het formulier onder nieer voorgelezen: „Om hetwelk te doen de Ouderlingen scihuldig zijn Gods Woord naarstig te doorzioeken en zichzelf gedurigiijk te oefenen in de overlegging van de yerborgenheden des geloofs."

En nu geeft de vraag pas: gebeurt dit ook en gebeurt 'het op de reöhte m-anier?

Want zou het worden nagelaten of zou men een averechtsche methode volgen, dan zouden op den 'duur daaruit misstanden ontstaan.

Het is goed zich daarvan eens rekenschap te geven.

Voorkomen is ook hier beter dan genezen.

Kerkelijk Rekenen.

In den strijd tusschen Openbaar en Bijzonder Onderwijs is weleens de spot gedreven met christelijke rekenkunde.

Doch thans kregen wij onder de oog en een p'roeve van Trijzianig-kerkelijke rekenkunde.

In het , , Kieri5Jelijk Jaaroverzicht" van het Vaderland, dat overigens niet onverdienstelijk' orieaiteert, schrijft J. J. M., in wiens initialen wij' een socialistisch predikant meelnen te herbennen, aangaande onze kerken: „De overgang van enkele duizendien heeft hun, goed gedisciplineerd als ze zijn, niet gedeerd."

Even te voren had hij het over Ds Wisse.

Even later noemt hij den naam van Ds Netelenbiois.

Zouden die deize „eenige duizenden" hebben meegenomen ?

Ons niet bekend.

Laat de schrijver m: aar eens iafoirmeeren te' Driebergen, Arnhem, Middelburg en op welke plaatsen hij maar wil en hij' zal tot de conclusie komen, dat het m'et „'eenige honderden" opho'udt.

Of heeft hij wellicht bij vergissing yenii'enigvuldigd in plaats van opgebeld?

Geen dwang, maar vrijheid.

Prof. Hoekstra heeft in „De Bazuin" op de ver. schillende bedekkingen, welke tegen zijn vo'orstel O'nitrent d'ö verdeeling der Btudiebenrzen zijn inge-]}ra& hi, O'p 'den humanen toon, W'elk'en men van hem gewend is, geantwoord.

Hij betoogt o.m., dat hij geen vuurtjes gestookt heeft.

Dat geloovon wij ook gaarne.

Wij hebben - dat ti'-ouwens ook niet beweerd. Wij achtten hiet alleen 0'nvO'0'rzioh, ti_g.Qm.-thans u deae kwesties aan de O'rde te stiellenj^^^S'-

Wij moete'U, zoo meent hij, elkaar' vTij' in de c oogen zien en zeggen waar het op staat. Acco'ord.

Maar als hoogleeraar in de psychologie z'al prof. Hoekstra i toch aeker 'niet de waaide onilöennen van l het psychologisch mo'm'ent.

En naar het ons voorkomt, is het heden het 1 psychologisch m'oment niet om zonder hartsitocht c over 'deze .dingen te spreken.

Artikelen en ingezonden stukken in enkele bla­ ï den naar aanl'e'iiding van prof. Hoekstra's voorstel, ^ wijzen dit 'dnnkit 'mij', reeds voldoende uit.

Toch raakt dit nog niet ons hoofdb'e'zwaar. Wij geloioven, < lat het voorstel yan prof. Hoekstra-i niet ie verwerkelijken is, zo'nder dwang.

De pra^ktische regelingen, welke hij zon willen { getroffen zien tusschen 'depiitaten v, an verschil­ 1 lende provinciën, vermogen het dwinge'nd ]^arakter i nooit op te heffe'ii.

Als de verhoiU'dingen van hen, die uit kerkelijke 1 beurzien aan de Vrije en té Kamp'S'n studeeren, s sta.a, n gelijk heden, dan kunnen wij' niet inzien, 1 hoe dit ooit zóó TS te regelen, 'dat lede* stud'ent < de vrij'C keuze behoudt.

Baarenboven is het. de vraag of op 'die manier < 'de studie'beurz'ön der particnliere Synodes niet van ' lieverlede O'm' generale Dieputaten zonden roe­ ] pen, iets, wat 'Onz'e kerken uit beginsel hebben ' afgewezen.

Het Hongaarsche Studiefonds.

Eenige welken ligt reeds eién st.ulc van prof. Gros­ i heide, voorko'meind in „Noord-Hollandsch Kerkblad." , op' opnam'e te wachten.

Het Hon'gaarsche Studiefonds, waarover we eenige maanden geleden schreven, is tot stand gekomen en luit verschillende plaatsen van O'iis vaderland aijn bijdragen toegezegd.

Het is echter noodzalcelijlc nog; eens op de zaalc ier'iTg te komen. Er heeft , zich n.l. bij tiet tonds een Hongaar aangemeld, met het verzoek om stel.m te mO'g'en ontvangen.

Hoewel bet in 'den regel niet wenschelijk is om in gevallen als deze namen te vermelden, zoo meenen we, 'dat er in dit geval geen bezwaar tegen kan .zijn den naam te noemen, omdat toch flici naam reeds in .zeer raimen kriag bekend i.5.

Bedoelde Honjgjaar dan is Ds Alexander Caekey. Deze is h'ulpprediker 'geweest van Dr Aladar Szabo, die onlangs op .zijn reis door Nederland zooTC'el pvmpathie wist te wekken. Ds Czekey kent ons land, immers hij was geroimen tijd de gast van Ds H. A. Munnik Ie Zwolle en .heeft .zich in Zwolle en omgeving'fender de leden onzer kerken vele - vrienden gemaakt. Op dit-'oogenblik vertoeft hij te Edinburg, maar , in het voorjaar hoopt hij aan de Vrije Universiteit zijn studiën te Icunnen voortzetten. Directeuren der Vereen, v. H. O. op Geref. Grondslag hebben aan Ds Czekey de in uit-, zicht gestelde plaats in het Hospitam toegezegd en het Bestuur van bet Hongaarsche Studiefonds zal straks hebben te overwegen, óf • en zO'O ja tot welk bedrag steun kan worden gebO'Clen.

Om steun te kunnen geven, moet er echter geld , zijn en 'geld is er nog niet veel. Uit verschillende andere provinciën hebben we berichten over de daar toegezegde bedra, gen, maar uit Noord-Holland hoorden we no.g zeer weiiiig, eigenlijk alleen iets 'uit Amsterdam.

Mogen we de broeders, die , zich\ bereid hebben verklaard in onae provincie kontrib'uties te winnen, vriendelijk verzoeken, te melden, wat - ze hebben in'gez'ameld? En mogen we de lezers van ons blad nog eens .aan-deze zaalc, - herinneren? Er zullen wel onder hen izijn, die er iets voor voelen. G-roiote bedragen 'worden niet gevraagd, ais we den broedei', dio nu komt, maar vast ©en beetje kunnen belpen.

Nog een ander punt. Men heeft mij gevraagd, hoe do verbo'udinig van bet Hongaarsdbe studic'fonds is tot de aktie van de hoogleeraren Bouwman en Hoekstra en Dr Wielenga.'

Melden we, dat van konkurrentie geen sprake is. Het Hon'gaarscbe Studiefonds was opgezet en had in alle pro-vinciën .zijn organisatie, eer bet schrijven van de boyenigeno'emde broeders in de bla.den verscheen en aan de icerkeraden werd verizonden. Persoonlij'k hebben we dan ook — zonder eenige andere dan persoonlijke verantwoo'rdelijkheid — met Dr Wielenga de, ^Ta, ag besproken, of verband niet m.ogelijk was, da, ar bet Stadiefonds toch niet andei's wil zijn dan een onderdeel van bet grootere plan. Dr Wielenga verklaarde, van de organisatie van het Studiefonds niet te hebben .geweten en ook verband wenschelijk te achten. Die .aaak zal dus wel in 'orde komen.

Wij schrijven dit alles om met nadruk te verklaren, dat bet niet de bedoeling is om het plan Bo'awman— Hoekstra—^Wielenga te dwarsboonren, integendeel .v/e bevelen bet barteüjk aan. Maar we meenen toch ook aan de broeders en .ziusters te moigen vragen O'm een kleine gave, om hem, die bier komt, net studeeren mogelijk te malcen.

Gaven zende men aan den heer C. v. d. Bos, Reguliersgracht 9, Amsterdam. Br v. d. Bos .-heeft voor de korresp'O'ndenten kwitanties beschikbaar om de kontrjbutiën te innen.

Het doet o^s genoegen te vernemen, dat hierin althans naar sam'enwe'rking gieistreefd wordt.

Van harte bevelen wij deze zaak' aan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 januari 1922

De Reformatie | 8 Pagina's

Het studeeren der Ouderlingen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 januari 1922

De Reformatie | 8 Pagina's