GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Nogmaals: de Mattheüs-passion.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nogmaals: de Mattheüs-passion.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een onzer lezers is nog niet bevredigd door wat ik, naar aanleiding van een vraag over hel bijwonen van een uitvoering der Mattheüs-passion schreef. Beter gezegd: hij acht die vraag en haar beantwoording van minder belang. Hem houdt een andere bezig, die hij van grooter en allesbeslissende beteekenis acht. Déze namelijk: „of het wel geoorloofd is de heiligste dingen, zooals het lijden en sterven van onzen dierbaren Heer e Jezus Christus, uit te beelden, hetzij dan in zang of op hel tooneel". Hij meent, dat deze vraag, door wie zich tot den prijs van Jezus' schrikkelijk lijden en sterven verlost weel van zijn zonde, nooit anders dan ontkennend beantwoord kan worden.

Bovendien is alle pogen van de kmist, om ons de kennis van dit groote mysterie bij te brengen, naar zijn oordeel ook geheel vruchteloos, omdat alleen de Heilige Geest het doet verslaan tot zaligheid.

Nu schreef ik, gelijk ik zei, vroeger reeds een en ander in deze rubriek, dat de hier gestelde ^TagenJ de eerste ervan althans, raakt. Maar het is reeds lang geleden en wel vatbaar voor eenige aan\'ulling Daarom wil ik inzender gaarne van eenig antwoord dienen.

Ik begin dan bij het laatste dat ik aanhaalde uit zijn schrijven: zijn bedenking, dat — laat me, om de bedoeling ruim le nemen, nu maar zeggen: de kunst toch nooit in staat is, om ons de rechte zaligmakende kennis Aan het lijden en sterven des Heeren Jezus Christus bij te brengen.

Natuurlijk kan de kunst dat niet. Dat kan, zooals vrager zegt, de Heilige Geest en Hij alléén.

Doch daarmee is een compositie als de Mattheüs-passion nog allerminsl veroordeeld. Onze vrager maakt zich door dit te mcenen schuldig aan een zeer bedenkelijke fout, en die toch ver van zeldzaam is. Reden, waarom ik hel van belang acht er even op in te gaan.

Hij - .ergcet namelijk, dat de Heilige Geest, om ons de zaligmakende kennis van Jezus' lijden en stei ven bij Ic brengen, zich bedient van m i d d e-1 e n. Hel groote middel dat Hij daartoe gebruikt is het Woord Gods, het Evangelie: gelezen, gepredikt, onderwezen, en in v.'eike andere vormen hel méér tol ons komt. Nu moeten we er zeker ernstig voor waken, hel middel nooit in de plaats te stellen of ook maar los te maken van den Werkmecsler. Wie dat doet maakt hel onvruchtbaar en wordt schuldig aan afgoderij.

Maar we moeten er niet minder voor op onze hoede zijn, het middel waardeloos te achten. Dal zou zijn ook den Werkmeeslcr, dien het belieft het te gebruiken, smaadheid aan te doen en af te wijzen. In ootmoedige aanvaarding van de ordinantiën Gods voor onze zaligheid, hebben we beide den Werkrneesler èn het middel te eeren, ieder op zijn eigen plaats en in hel door Gods Woord ons geopenbaarde verband.

Hel is dus nooit: Niet door den Werkmeester, en v/èl door het middel; en evenmin niet door het middel, maar wèl door den Werkmeester; maar altoos: door den Werkmeester, en in den weg der middelen waarvan het Hem behaagt zich le bedienen.

De vraag is nri, of ook een compositie als de Mattheüs-passion gerekend mag worden te behooren lot de middelen, waarvan de Heilige Geest zich wil bedienen, om bij ons aan te brengen, te verlcAcndigen of te verdiepen het besef van „wal hel — om inzenders woorden te gebruiken — den Heere Jezus Christus heeft gekost om ons van onze zonden te verlossen."

Hel antwoord op die vraag kan natuurlijk in geen geval bevestigend zijn, als zulk een compositie reeds in zich zelve moet gebrandmerkt worden als een schending van „de heiligste dingen".

Vrager is van oordeel, dat dit metterdaad hel geval is. Hij zegt liet met zooveel woorden, en vei scherpt dat zeggen nog door een uitvoering van de Mattheüs-passion op één lijn te stellen mei een opvoering van 't lijden des Heeren op hel tooneel.

Nu is deze gelijkstelling al aanstonds niet gewettigd.

Zekere verwantschap is er ongetwijfeld. In zooverre namelijk als beide bedoelen het lijden des Heeren — het woord is van vrager zelf — „ui! te beelden".

Maar lussclien uitbeelding door woord en zang, al of niet ondersteund door muziek, en uitbeelding door nabootsing voor het oog is een groot verschil.

Wie bij het sterven van zijn vader of zijn moeder niel tegenwoordig was, zal zich innig dankbaar voelen voor het levendig en gevoelvol verhaal van hun taaiste oogenblikken door een bloedverwant die er getuige van was, maar een tooneelmatige nabootsing van hun verscheiden zou zijn gevoel van piëteit diep krenken.

Soortgelijk, maar oneindig grooter, is het verschil, toegepast op het lijden en sterven van onzeil Heere Jezus Christus.

Duizenden Christenen die zich met weerzin afkeeren van de bekende Oberammergauer Passionsspiele, hebben daarom niet het minste bezwaar legen het gaan liooren van een uitvoering der Mattheüs-passion. 'En zeer begrijpelijk. Want — en dit moet, dunkt me, alle bedenking bij vrager wegnemen — in hel uitbeelden van Jezus' lijden en sterven met woorden, en zelfs met gezongen woorden, gaat de Heilige Schrift zelve ons voor. Denk, wal het eerste betreft, aan Jesaja 53 en de nauwkeurige, hier en daar inderdaad uitbeeldende verhalen van Jezus' lijden en sterven in de Evangeliën, en aan tal van Messiaansche tijdenspsalmen.

Wat is dan ook de bediening des Woords gedurende de lijdensweken — zoo ze althans beantwoordt aan haar bestemming — anders dan één eerbiedig pogen, om het lijden des Heeren, in woorden uit te beelden, en zoo leveiidig voor de aandacht der gemeente te stellen? En wat doet de gemeente zelve anders, als ze in haar psalm ol met het vrije bed haar „amen" zegt op het Woord?

De ChristelijIce dicht-en toonkunst hebben dan ook nooit geschroomd, ieder afzonderlijk of in saamwerking, het lijden des Heilands tot hun stof le kiezen. En het is de eere onzer Religie, dat we aan haar inspiratie op dit punt de schoonste scheppingen der kunst danken.

Natuurlijk moet daarbij de eisch gesteld, dat-

woord, en, zoo ze bij iiet woord zich aansluiten, zang en muziek, naar inhoud en vorm in overeenstemming zijn met de Heilige Schrift en met den eerbied dien de heiligheid en teederheid der sloffe eischen.

Doch in dit opzicht kan er tegen de Mattheüspassion wel geen bedenking rijzen.

Althans niet — om hel overige nu maar buiten beschouwing te laten - — wat de woorden betreft. Die zijn toch van begin tot eind aan de Schrift zelve ontleend. Sterker nog; het is het Evangelisch verhaal-zèlf, gelijk de Schrift het geeft, dat geaongen wordt.

Ik vertrouw, dal vrager zal inzien, dal, bij juisl onderscheiden, hier inderdaad alle bezwaar wegvalt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 januari 1934

De Reformatie | 8 Pagina's

Nogmaals: de Mattheüs-passion.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 januari 1934

De Reformatie | 8 Pagina's