De Groote Catechismus van Zacharias Ursinus. (XXVIII.)
269. Hoe mllen wij evenwel zeker zijn, dat het Woord Gods door de Dienaren wordt voorgesteld? Wanneer zij de leer voorstellen, die in de- boeken van het Oude en Nieuwe Testament opgeteekend is, en indien wat zij zeggen met de Artikelen des geloofs en de Geboden Gods overeenstemt, in het kort wanneer zij leeren, dat wij in Christus alléén onze gansche zaligheid moeten zoeken.
270. Is het niet genoeg, dat men 't Woord Oods voor zichzelf bestudeert? Het is voorwaar tot onze zaligheid noodig, dat wij het dag en nacht overdenken; maar het is ook noodig, dat wij van den openbaren dienst (der Kerk), zoo wij althans niet door den drang der omstandigheden belet worden, gebruik maken, indien wij Christenen willen zijn.
271. Waarom is dit noodig? Ten eerste, wegens het bevel van God. Ten tweede, opdat God openlijk van de geheele Kerk voor 'toog van alle menschen en schepselen geprezen zal worden.
Ten derde, opdat de eenstemmigheid der Kerk bewaard en openlijk vertoond zal worden.
272. Wat werkt de Heilige Geest uit door de prediking van het V/oord Gods?
Ten eerste leert Hij ons, wat God ons in Zijn Verbond belooft, en wat Hij anderzijds van ons vordert
Daarna overreedt Hij ons, dagelijks meer en meer, om Hem te gelooven en Hem te gehoorzamen.
273. Maar op welke wijze werkt de Heilige Geest in ons door middel van het hooren en overdenken van Gods Woord?
Wanneer wij ons met dit doel laten onderwijzen, dat wij in alles Hem zullen gelooven en gehoorzamen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 maart 1939
De Reformatie | 8 Pagina's
