GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT DE SCHRIFT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE SCHRIFT

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zoo delg- mij nu uit Uw boek, hetwelk Gij geschreven hebt. Ex. 32:32b.

De machtelooze voorbldder.

Mozes verkeert in grooten angst om het volk Israël. Want dit volk heeft in het uur, waarin de Heere het voor eeuwig wilde aannemen als Zijn volk, den Heere reeds verworpen. En nu wU God het volk verwerpen, dat Zijn liefde versmaad heeft. En nog op den berg Sinaï bidt Mozes zijn eerste gebed voor Israël. „O Heere, waarom zou Uw toorn ontsteken tegen Uw volk, hetwelk Gij met groote Icracht en met een sterke hand uit Egypteland uitgevoerd hebt? " (vs 11). En in dit gebed heeft Mozes nog een schoonen pleitgrond voor het schuldige volk. „Gedenk aan Abraham, aan Izak, en aan Israël, Uwe Imechten, aan welke Gij bij Uzelf gezworen hebit..." (vs 12). De pleitgrond van Gods onveranderlijke beloften, de vastigheden van Zijn geuadeverbond. Hier beweegt Mozes zich in zijn liefde voor Israël nog binnen de grenzen van het geopenbaarde, van wat God beloofd heeft. Daarom was dit gebed een machtig wapen. En de Heere hoort, wijl Hij Zichzelf verhoort. Israël zal als volk behouden worden.

Maar als Mozes den berg afkomt en den gruwel ziet van Israel's zonde, en den hoon Israels God aangedaan, houdt hij een strafgericht onder het volk. En door den stam van Levi vallen er 3000 door het zwaard. Israël wordt wel niet uitgeroeid, maar wel getuchtigd. Maar is deze strafoefening voldoende geweest? Is hiermede nu de toorn verzadigd? Zal de Heere nu in gunst wederkeeren? Dat wordt nu de bange vraag! En zoo niet, wat zal dan de dag van morgen brengen? Vuur en sulfer? De nacht, die volgt op dit strafgericht, is wel één van de benauwendste in het leven van Mozes. Wat zal de Heere doen, indien dit gericht niet voldoende is geweest?

En in zijn brandende liefde voor Israël bedenkt Mozes een nieuw plan in zijn sombere nachtwake. Hij zal, wanneer de morgen aanbreekt, tot God gaan en hij zal tot den Heere zeggen: „Indien deze drie duizend Uw toorn niet hebben weggenomen, neem dan ook mij als offer voor dit volk, delg mij dan ook uit Uw boek, dat Gij geschreven hebt". Dat is de cenige mogelijIdieid, ' die hij- nog ziet. Deze oplossing heeft hij kunnen - vinden. Hij in de plaats van dit schuldige volk.

Zoo gaat Mozes tot God. Hij heeft twee plannen )den Heere voor te leggen. Het eene is het strafgericht, dat hij gehouden heeft. Misschien "is dat voldoende geweest. En zoO' dit niet het geval is, delg mij dan uit. Is - die Mozes niet een Iield? Is hij niet sterk van liefde als hij' den berg opgaat? Hij biedt ziclizelf aan. Hij inplaats van dit volk! En toch heeft de Heere deze voorbede afgewezen. Het was wel sterk van liefde, maar-het zweeft in de lucht, wijl Mozes in deze voorbede verlaten heeft den vasten bodem van bet Woord Gods, en zicli geheel onttrokken heeft aan het gemaakt bestek der verlossing. Immers Mozes is Middelaar der wet, en Mozes' roeping is en blijft om de wet over te dragen en dootr te geven aan Israël, om alzoo dit volk tot Christus uit te drijven. Hij moet boven ziclizelf uitwijzen naar Hem, en straks ook vermanen: „hoort Hem, hoort Hem". Maar Mozes de Middelaar delr wet ziet geen uitkomst meer, hij weet niet hoe het nu verder moet, opdat het volk behoiuden blijve. En in zijn hartstochtelijke liefde overschrijdt hij zijn grenzen, en wil hij worden middelaar der verzoening, die het volk verlost van den dreigenden toom! Maar op hetzelfde oogenblik weet hij niet meer wat hij zegt, en ziet hij de dwaasheid niet, diie hij uitspreekt. Wat hij dan ook wil, gaat allereerst in tegen de wet zelf, welker bedienaar hij is. „Indien Gij hmi zonden vergeven wilt". Maar zij hebben allen gezondigd. Zijl moeten dus allen gestraft worden. Hij kan wel ziclizelf aanbieden, maar zoo wordt alle gerechtigheid niet vervuld. Bovendien komt hij veel te gemaltkelijk tot zijn aanbod: „delg mij nu uit Uw boek". Heeft hij wel nagedacht over den vloek der wet, over de verschrikking van den eeuwigen dood? Neen, Mozes heeft zijn aanbod gedaan zonder het gezicht op de wet, haar 'dreiging en haar vloek. En verder gaat wat hij zegt ook in tegen het evangelie! Mozes komt nu tot deze dwaasheid: de middelaar verloren en het volk behouden, de middelaar in de duisternis van het oordeel, en het volk in het licht van het schoon Jeruza; lem. Hij heeft dus het gemaakt bestek van Gods werk verlaten, namelijk dit bestek, dat een ander alle gerechtigheid zal vervullen, en middelaar en volk komen tot de glorie van het eeuwige leven.

Mozes is hier wel op het hooigtepunt van zijn liefde, maar hier blijkt dan ook al zijn armoede. Hij heeft wel een gümp gezien van het plaatsvervangend lijden, en er wel iets van verstaan : de middelaar in isolement, terwille van zijn volk, maar Mozes heeft niet dat kostelijk geheim van Jezus Christus, namelijk de uniOi mystic a, dien schoonen, grooten band der liefde, waardoor allen in den Middelaalr begrepen zijn en Hij kan opti'eden als één voor allen, als één met wien wij in het oordeel komen, en met wien wij door het oordeel heen getrokken worden tot het eeuwig zalig leven. En omdat hij deze schoone gave niet heeft, omdat hij, ook een mensch onder velen is, daai'om slaat hij een slag in de lucht, probeert hij maar iets, weet hij' ook niet of zijn gebed verhoord zal worden. Hiji m^oet dan ook tot het volk zeggen voor hij tot Godi gaat: „Misschien zal ik een verzoening doen voor Uwe zonden."

Gelukkig dat God Mozes, den middelaar der wet, weer binnen de hem gestelde grenzen heeft teiruggebracht, en van zijn overspannen liefde hem geïiezen heeft. Niet Mozes, maar Christus zal Middelaar der verzoening zijn, en Mozes zal tot Christus uitdrijven! En in Hem zal dat heerlijke wonder zijh van de uniO' mystica, waardoor wij allen in Hem begrepen zijh en waardoor Hij ons mee kan nemen onder het oordeel delr wet, en ons door het oordeel mee kan trekken tot de verbondsglorie na alle gerech'Üglieid vervuld te hebben. En deze Middelaar der verzoening zal zeggen: „Neem Mij in plaats van dit schuldige volk". En God zal Zijn voorbede niet afwijeen, en Hem nemen, en Hem verbrijzelen onder den vloek der wet. Eu God zal ons met Hem schrijven in het boek des levens, en ons met Hem tot erfgenamen des levens uitroepen!

Mozes heeft dan ook zijn dwaasheid ingezien. God heeft een andere gerechtigheid voor Israël 'aangebracht. En later op den berg der verheerlijking heeft hij geen plannen meer voor te leggen. Daar is Mozes de middelaar der wet. En daar predikt hij de noodzaak dör wet, dat alle gerechtigheid vervuld worde, zal waarlijk Isj-aël leven tot in eeuwigheid. En daar is ook Christus, de Middelaar der verzoening. En Deze buigt zich onder den eisch der wet. En Hij laali het bestek Gods niet los. Maar- Hij^ gaat in groote liefde, en met het gemaakt bestek in Zijn hart geschreven. Hij gaat als één voor allen! Hij is niet maar een mensch, maar de Zoo-n des mensch -e n, met de groote gave van de unio mystica, Welke het Hoofd met de leden verbindt, en de leden met het Hoofd! Hij slaat op Golgotha niet een slag in de lucht. Hij probeert maar niet iets, maar Hij komt naar Gods gemaakt bestek len Hij redt ze allen van den vloek der wet, en schenkt ze allen het leven tot in eeuwigheid. Deze unio mystica heeft geen oog gezien, geen oor gehoord, geen hart bedacht. Zij is Gods gave in Jezus ChristTis. Alleen van Hem geldt: allen in één begrepen.

Daarom, Mozes redt er niet één. Christus redt ze allen, die de Vader Hem gegeven heeft. En van Hem zal gezongen worden: „Gij- hebt ons Gode gekocht met Uw bloed" en Zijn verlossingswerk zal eeuwig voor onze aandacht staan.

nze aandacht staan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 augustus 1939

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT DE SCHRIFT

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 augustus 1939

De Reformatie | 8 Pagina's