GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 158

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 158

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

148 nifle voorts op grond van dergelijke uitspraken van Luther beweert, dat er in Luther's systeem „vom Austreiben der Sünde keine Rede" is {Luther, I-, p. 465) en Luther niets zou willen weten van een „innerliche Gnade Gottes", die den mensch verandert en heilig maakt, maar de justificatie „rein Suszerlich" zou opvatten (p. 464, 465), dan heeft Denifle ook daarmede een geheel onjuiste voorstelling van Luther's leer gegeven. In welken zin Luther de justificatio per fidem opvatte, zal ik in noot 104 aantoonen, waar ik het justificatiedogma van Luther uitvoerig bespreek; hier gaat het alleen om de vraag, of Luther metterdaad van een justificatio interna, of wil men van een heiligmakende genade, waardoor de zondaar innerlijk veranderd wordt, niets weten wilde, gelijk Denifle beweert. Dit nu is niet zoo. Wat Luther alleen bestrijdt in de Scholastieke Theologie, is, dat volgens haar deze infusio gratiae en expulsio peccati magisch door het Sacrament zou tot stand komen en daarin zou bestaan, dat plotseling, in één oogenblik, de zonde geheel wordt uitgedreven en tegelijk de genade geheel wordt uitgestort. Daartegenover stelt Luther, dat de innerlijke rechtvaardigmaking een proces is, dat in dit leven pas begint, als een ferment van het middelpunt van ons zieleleven langzamerhand doorwerkt, en eerst tot voleindiging zal komen bij ons sterven, wanneer de concupiscentia, de fomes peccati, uit ons weggenomen wordt. De ablatio peccati wordt bij den Doop ons wel geschonken, maar „in spe i. e. auferenda et data gratia, que auferre incipit" (FiCKER, I, 2, p. 109). Het beeld, dat Luther hiervoor doorgaans gebruikt, is dat van een zieke, die zich onder behandeling van een kundigen geneesheer heeft gesteld, gelooft, dat zijn arts hem genezen zal, in dat geloof de voorgeschreven geneesmiddelen gebruikt en voorts geduldig den tijd afwacht, dat de geneesheer zijn belofte vervullen zal: „est enim simile sicut cum egroto, qui promittenti medico certissimam sanitatem credit et precepto eius obediens interim in spe promisse sanitatis abstinet ab iis, que prohibita sunt ei, ne premissam sanitatem impediat et morbum augeat, donec impleat medicus, quod promisit" (I, 2, p. 107). De geneesheer is Christus, die als de barmhartige Samaritaan „infundens oleum et vinum non statim sanavit, sed incepit sanare" (!, 2, p. 180). Het leven op aarde is een „vita curationis a peccato"; de Kerk is het ziekenhuis, „stabulum et infirmaria egrotantium et sanandorum"; de hemel is de plaats der volkomen genezing: „celum vero est palatium sanorum et iustorum". De justitia heeft daarom haar eigenlijke woonplaats niet op deze aarde,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's

Het zedelijk karakter der Reformatie gehandhaafd tegenover Rome - pagina 158

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1910

Rectorale redes | 192 Pagina's