GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De bijbel op den troon.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De bijbel op den troon.

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Niet tegen alle polemiek, iLegen ons blad gevoerd, willen wij' ons verdedigen.

Dan zou „De Reformatie" een polemisch cachet 'krijgen en da.t is alle'rminst gewenscht.

Wij hebben onszelf voor de verdediging tegen polemiek deze twee regelen gesteld: zij' moet 6f kunnen dienen oan onze meening ten opzichte van een belangrijke zaak tegenover onze le'zers te verduidelijken — onbelangrijke xaken laten wij 'daarbuiten, oiniidat dit de po'lemiek doet ontaarden in „Rechthaberei" - ^ öf wij moeten \villen pogen een misverstand bij een onzier aanvallers wegi 'te ruimen, maar dan ook weer in oen kwestie, , die de strijd waard is.

Zulk oen geval doet zich thans voor.

In „Bergopwaarts" wordt „üe Reformatie" - nog at eens tot doelwit gekozen en terwijl wij uit dat blad oiok weleeas iets met instemming aanhalen, O'verkomt ons dit van de zijde van „Bergopwaarts" noioit.

Dit werpt op de waaxdeeringspraktij'ken ©en eigenaardig lidht.

De Ethischen prezen steeds de waardeering boeg aan.

Maar in feite zagen zij ])ij 'hun waardeering

bijna altijd naar linlvs, zelden naar rechts. Dit dagteeben.t reeds van de dagen van den ouden Chantepie de la Saussaye.

In het laats'Le innnmer van „Bergopwaarts" schrijft de inzender A. K. over onze kritiek op de be-kendo rede van Dr de Sopp'er — een rede, die ook weer heel sterk links hield, , zoodat 'modernen het in hun pers uitspraken: dat is ons uit het hart gegrepen.

'In plaats dat deze inzender nu ons artikel, dat niet zooveel ruimte vroeg, aan de 'lezers voorlei, gaf hij er niet eens een draaglijte .resumptie van, maar vergenoegde zich met een paar citaten."

Ware „Bergopwaarts" een orgaan van geringen oinvang, zoo zou men dit nog kunnen billijken. Dan m'Oet men ro'Sien met de riemen, welke men heeft. Thans lechter kan zulk een praktijk er niet mee doior.

Wij willen dan ook geen kwaad-met kwaad vergelden en zijn stuk wel in zijn heel© le'ngte onder de oogen .onzer lezers brengen, .zij bet_met onze O'P'merkingen er tusschen.

Vooraf willen we er nog evéh 'óp' wij'zeti, " dat vali onze kritiek op prof. De Sopp'©r's autonomlebegrip, waarvan we het anti-Kanli.aansche, tegenstrijdige en halfslachtige il.rachtte'n aan te toonen, met geen woord wordt gerept. Dit mag zeker wel zonderling heefcen. De kwintessens van het btetoog wordt eenvoudig genegeerd.

Maar we zullen dit op het oogenblüc maar voor lief neniien, geen pnderzoek pogen in Ie stellen naar de wijsgieerige ontwilckeling van dezen schrij-' vei' en alleen vermeiden, dat hij begon m-et een exposé te geven van prof. De SO'p'pers rede.

En dan giaat hij voort:

Nu zou men zoo zeggen, dat altliaiis „Dö Refolrmatie" met zulk 'ean opvatting content zou zijii. En toch — „Die Reformatie" zou niet Gerefoirmeerd zijn, als de Iredaotie deze rede, van den ethischen p'rofessoi' niet aan een veroordeelende critiek ondërwie'rp'.

Ziehier het eerste raadsel in dit raadselrijk'e artikel. „De Reformatie" zou niet Grereformeerd zijn, zoo fcij de rede van Dr de Sopper niet aan kritiek onderwierp, zegt hij. En tO'Ch meende hij, dat „De Refoirmatie" althans met de opvatting van Dr de Sopper acöoord zou gaan. Hoe rijmt gij dit?

Dit Hepp geeft met het veTslag dan ook de be^ oordeeling, in IjetzelMe nummer. Het is echter gelukkig, dat de onontmkkeld© Lezers van het blad beteï het vei'slag der rede van Prof. de S. zullen snappen, dan de ongerefoi'meerde bestrijding van Dir Hepp.

Sterker nog'. Ook ik „snap" beter het varslag der rede van prof. de S. dan mijn eigen' „O'Ugereformeerde" bestrijding. Ik „snap" n.l. niet, waarin het „ongereformeerde" in mijn kritiek kan bestaan. Én de schrijver vergeet het aan te toonen. Of ja, hij brengt toch een angumenl bij. Een argument, dat tegen de Gerefoirm'eerden meer en meer ge'braikelijk wordt. Men duikelt dan hier of daar een „gereformeerde" fcennis op, soms ook een kennis van een kennis, die er precies over denkt als „men". Er wordt ook wel in een rubriek een Gereformeerd predikant, , een Gereformeerde kerkeraad. Gereformeerde leden, hartelijk dank betuigd voor de sympathie, we-lke deze toonen voor gevoeleais, die in Gereformeerde kringen gemeenlijk worden veroordeeld.

Nu zxillen wij er ons wel yoor wachten de waarheidsliefde vam. deze publi eisten onder verdenkingen te stellen. Maar hun argumentatie is in ieder geval verre van voldoende. Een eerste eisdh, van argumentatie is, dat deze co-ntroleerbaar z, ij. Daarom moeten wiji dit argument .tot onzen spijt naast ons neerleggen.

En wat heeft dan die kennis' tegenius?

Een kennis van schrijver dezes vatte zijn oordeel over „De Reformatie" aldus samen: de groiote geleerdheid brengt hem tot razemi|. En die kennis . • was een onverdacht Grereformeerd predikant.

Ik zou haast zeggen: die kennis reikte ons een eerediploma uit. Immers, hetzelfde werd ook 'Paulus toegevoegd. En wij' achten het een voorrecht denzelfden smaad als Paulus te m; ogen dragen. Ons antwoord js dan ook geen ander dan dat van Paulus: , ik raas niet, 'inaar ik spreek woorden van waarheid en van gezond verstand.

En wat nu dien „onverdacht" gereformeerden predikant aangaat, dat A. K. hem niet verdenkt, geloof ik gaarne^, maar als hij de rede van prof. de S. onderschrijft, dan is hij' zieker niet „onver-, dacht gereformeerd". En als die collega zöo ontevreden is O'ver , , D!e Reformatie", waarom wendt hiji zich niet tot ons, in plaats van bij' , , kennissen" zijn bezwaren te luchten, die ze op .hun beurt weer ventileeren in „Bergopwaarts". Hij kan bij ons rekenen op welwillend gehoor.

Vo'orts wordt ons brood hiermee gemeubileerd:

Die "Reformatie'' wil nolens? ? '®!^''fiereformeerd zijn, maar is er nog al eens naast. Zoo inzonderbeid .' 'de; artikel-en over-, Schriftcrittek van Prof. G.

Dib""©eteeke; nt ac3^.; ai' iets. Aan b'ewij'ze#''Ö? ê'efde schrijver echter' niet. Hij' 'geeft even een inblazing en daarmee uit. D: at zal hij' van zijn O'nverdacht gereformeerde kennis toch wel anders hebben geleejd!

Dir Hepp zoekt zijn wap-enon ter bestrijidifeg»: wffll Prof. de S. in den zuiver intellectualistischen hoek. Hij zegt: ik moet weten, zooaJs het eerste menscl^npaar, ik moet w«eten, wie die autorite-it is . en. 'wat 'hij wil. En: waar .geeft God dio wet? Niet in 'de Schrift? Wjaar dan? Ela dan schijnt hij (Dr de S.) het zich zoo voor te stellen, dat door' vereeniging met Christus de wet in het hart komt. Maar ik krijg-geen kennis van die , wet, als ze door de Schrift niet tot mijn bewustzijn komt. En zoo ga ik zelf die wet ten einde raad weer samenstellen en kom ik weer bij de autonomie uit. • Dir H. ? Q«t nu, dat Prof. de S, . leert, dat do menschf; '|46h.'.'vr'ijwii: ig aan 'Christus on­ derwerpt.

Hier geldt i^ wel: als twee hetzelfde zeggen, i' bedoelen zo nog niet hetzelfde.

I - Dir Hepp zegt - dan nog: als de menscli zich vrijwillig aan - Christus moet onderwerp'en, dan is • daartoe nieuwe gobooite laoodig.

Tot zoover Dr Hepip.

Ik mag den schrijver niet den lo-f toekennen mij-n woorden o-bjeotie-f te hebben weergegeven. Van het eerste menschenpaar heb ik' in mijn arlik-el - niet gesproken. 'Zelfs er niet O'p gezinspeeld.

Ook heeft hij. mij den intellecitualistischen hoek zien opzoeken om-wa.penen te halen. Indien hij' wist, hoezeer ik' het intellec'itualisme verfoei, dan zou hij mo'eten bekennen: ik heb het zeker gedroomd. Maar wel wensch ik' te strijden met geestelijke wapenen, waaronder 'Ook inte'lledtueele.

Willen misschien A. K. en zijn-kennissen zonder intelliectueel'6 middelen sltrijden? Dan houd ïk mij voor een gereserv-eerdie plaats in hun stadion aanbevolen.

SlpfSl^llaan vrijwiUig zicli - onderw-erpisn moet '•vooraf gaaii was niet in bet geding. Prof. de S. - . heefl niet hot tegendeel beweerd. En kan dat geen punt van bestrijding zij'n.

Prof. de S-.'-zal op de bestrijding' van Dr Hopp' • wel niet ingaan. En ook is het niet nooidig, dat een ander voor hem in 't strijdperk treedt.

Waarop dit vermoeden gegrond is, meldt 'de schrijver niet. Niemand is verplicht op k'ritiek, welke op boek of rede wordt uitgie-bracht te antwoorden. Gewoonlijk ziet men daarvan af. Dat geldt als iets vainjzelfspre'kends. Maar, als deze schrijver dat zoO' uitdruMcelijk uitspreekt, schijnt hij den indruk te willen vestigen , als zou prof. de S. z-iöh te hloog achten om-ons te woord te staan. En dien kwaden schijh had hij' moeten mijden.

Toch, ter wille van - d^^^^; Gerefonneerden, die èn „De Refonnatie" èn „Bergopwaarts" geregeld lezen, mag (fe'en enkel woord tegen een C ( dergelijke c'ritiek niet uitblijlven.

Moet dit beteekenen: waar de ridder zelf in u geen partij ziet, zal ik als schildknaap hel zaakje maar even afdoien?

Ik zou wel ieens aan* Dir H. wihon-, vragen, hoe ' het toch mogelijk was vO'Oir Henoch, No-ach, Abrar I ham e.a. geloovigen - om •• naar het gebod Godsi te wandelen. Zij .hadden niet de Schrift?

En hoe vat Dr Hepip het op', als 'Mozes aan het volk Israels de wetten gaf? Zou hij denken, dat God al de Levietische 'wetten woo'rd voior woord .gëdictè-érd 'iioefP? ''Heeft"Dp* Ëép^^^ gehoord van een tijd, dat allen-van den Heere zullen 'geleerd zijn, - en dat de-aarde vol zal zijn van ( kennis, gelijk de wateren den bodem der zee bedekken? Zou Dr Hepp n^ Waarlijk'denken, dat de geloovigen niet zouden weten, hae te wandelen, als ze alleen - door overlevering met Jezus bekend ' waren geworden en wij geen Tieibge Schriften hadden?

Als er is ingeschapen Godskonnis, mogt er imme'Es ook zijn ingeschapen wetskennis en als' de zondaar Jezus aanneemt, begint hij naar al do geboden - Gods te leven.

Gelukkig ho-udt de inzendery#iS®JiiP: »É^ zoo hoog, dat wij van zijn - ktitiek geen nota zouden nemen. Hij stelt ons zelfs een aantal vragen. Maar wat voor vragen? Zulke, die een pientere catechisant van een onverdacht Gereformeerden predikant best 'kan beantwoorden.

Aan , al deze' vragen ligt-de loochening van een bijzondere normatieve openbaring ten grondslag. De algen: !eene openbaring zou'ook voor den chris-• ten ' voldoende zijn. De ingeschapen Godskennis brengt - met zich ingeschapen wets'kennis en meer heeft de geloovige nie-t noodig. Diep op deze kwestie ingaan zou niet raadzaam' w-ezen. 'Onze lezers hebben er geen behoefte-aan. Laat ik den inz-e-nder alleen - mogfen verwij!zien naar Rom'. 7:7, waar Padlus verklaart, dat hij: it de in-geschapen wetskennis noioit de begeerUjkbeid in haar zondig karakter zou gekend heb ben, indien de Sin'^ïtisehe wet niet gebood: giji zuil niet begeieren.

Hoe zou iemand de goddelijke oirdinantiën kun-' nen naspeuren voor. hst politieke, het eco-noimischgi on bot maatschappelijke leven, als God niet de wet voor deze lovenst-eiTeinen den mensch in het hart legde, als hij in contact gekomen is m-eit Christus! Die Bijbel is toch geen woord-enbOiefcf Wij moeten de ordinantiën Gods zoek.en do-or de bestude-ering van den Bijbel en de dingen in natuur len Schrift door te denken en zooi leidt opsi . eigen v-erstand tot het vinden der juiste wetten, omdat naar het getuigenis ds: .-S shrift de Heiügte Geest in allo waarheid zal leiden en God vér-' lichte oogen des vörstands geeft. Door wat de mensch wordt, als hij geloovig .lezus aanne-emt, mag en kan hij zichzelf ten wet zijn, wijl God de norm in zijn liart legt.

Ook hier worden w-eer natuur en' Schrift op één lijn gC'plaatst, .het - karakteristieke ondersch'eid tusschen beide weggecijferd, bet bijzo-ndere uil de bijlzondere openbaring weggenomien en alzoo met het ontzaglijtoe-feit va.n de zonde geen rekening gehaude'n.

Daarstraks sprak de inzender van intellecilualistisch. Maar als men bovenstaande-passage eens. herleest en nagaat, wat nadruk er gelegd wordt op „bestudeer-en", „doordenken" en „ons eigen verstand", dan zou men wel to't de slotsom' moeten kolmen-, dat .^.lleen de denker, de belstude-erde Jezus kan volgen. Ais dit geen intelleötualism'e is, wat is het dan?

De dwaling van Dr Be-pip komt voort uit het op den troon zetten van den 'Bijbel, en dan nog wel in-den minst goeden zin, omdat ze opgevat moet worden naar de „formulieren".

Zoo worden we dan betieftf^^ü' dwaling. Maar „de dwaling van Dr Hepp" is niet anders dair de „dwaling" der' Re'for'matie — hierbij' doel ik natuurlijk niet op ons blad, maar op de acitie der 16e eeuw. Lutber, Melanchto-n, Zwingli, 'Calvijn, BuUinger vonden niet in de ingeschape'n Godskennis, maar in de Schrift den kengrond van hun gel'ó'Of. En de „fonmulieren" zjjh door hen of door _ hun vo'lgelingen ontworpien.

Van die form, ulier!e'n Z'Ogt hij:

Deze staan dus nog 'een trapje hooger.

Dat „dus" is 0'nbeta%lba.ar. Als een spiegel het licht weerkaatst, staat „dus" de spiegel een trjpjel hoO'ger dan de zon? ID'e Schrift is het'licht, de fomrulieren zijn de spiegels. Beho'O'rt er geen geduld toe dit 'Lel'kens.te herhalen?

Wat er nu nog. volgt is reeds zoo uit den treure weerlegd, dat wiji uit respekt voor onze lezers . er het zwijgen a.Sn toe zullen doen

De Bijbel is onfeilbaar, maar opgevat naar dio formulieren. En dat, om den Bijbel onfeilbaar te verklaren, de bewuste synode onfeilbaar moest zijn, daaraan denken de broeders niet.*

Maar de Bijbel heeft de onfeilhaaT-veridaring van geen synode of Paus noodig. Want daarm'ee wordt die synode of die Paus ons ten w-et en dus vörvallen we we-sr in heteronomie. Daaraan dacht Dr 'Hepp niet, toen hij het geschil bracht op de waarde der Schrift Voor het leven der gelo-OH vigen.

Maar jntusschen is weer het doel van Dr Hepp • bereikt, dat de Bijbel tnssbhen den zondaar en 'Christus wordt geschoven, gelijk de overlevering|en bij de R. Katholieken.

Die 'ethischen zijn weeir een weinig-op de s'praak gebracht, als onzuiver m de teer. Dir Hepip heeft zij'n lezer wieeir ©en. weinig - meer geromaniseerd.

Zoo moet dan het spook' van hel 'Roomsc-he geva-ar de deur toe doen.

Wij hebben het vroeger reeds gevraagd: waarom neemt „Bergopwa, ar'ts". zulke stukken in zijn-k'oloananen op?

Wij stellen dezelfde vraag ook nu.

Bavincks bibliotheek.

Men weet, 'iim het *BtfiffólEtyömfiCé • fet plan heeft opgevat, om, indien de giften-daartoe in staat .stellen, de bibliotheek van prof. 'Bayincè.aan, ite koopen voor de Vrije Universiteit.

Schrijver dezes, die met den inhdnïd vaïf''déze bibliotheek' eenigsziijs op de hoogte is, kan er niet genoeg op aandringen deze' gelegenheid toch niet te laten voorbijgaan.

Bavincks hoe-kerij omvat o.'m'., een kostelijke vorzam'eling psychologische literatuur.

Ik twijfel eraan, of men efgens in ons land zoo'n schat bij elkander vindt.

Zou het niet jainmer zijn, als die bij verkooping versnipperd werd?

Dat ieder dan zijn blijk van dankbaarheid voior Bavincks werk zende aan den pemiingnleèster van het Bavinck-comité, den heer J. H. Kok te Kampe'n.

Voor de 'gelden zal aUereerst ioen eenvoudig grafteeken worden O'P'ge.richt.

Maar ei' wordt op' gerekend, dat de giften mild ge'noeg zullen toestroomien om' Btavincks bibliotheek ten profijte--'üe stellen van heel ons volk, door haar aan de Vrije Universiteit, ten . gesGhenJie. aan te bieden.

Als fatalen termijn heeft het comite gesteld December.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 december 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

De bijbel op den troon.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 december 1921

De Reformatie | 8 Pagina's