GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„De Jeugdouderling”.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„De Jeugdouderling”.

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

I.

Er wo-rdt in onze dagen veel gehandeld over den'„jeugdouderling". Dit feit staat hu m'et een lander verschijlngel in onlosmakelijk verband, n.l. dit, dat er niet minder veel geschreven en ge-'* sproken wo-rdt over „de jeugd" en over fleln „ouderling".

Over „den ouderling". In de „Nieuwe Rotterdamsche Courant" verschijnt hij speciaal in de rubriek „Kerknieuws" ten tooneele. Als men het daar niet heeft over Netelenbos, Wisse of Velt©naar, wondt er van de bekende „GeTeformieerdè zijde" gehandeld over l'den ouderling. Die ouderling speelt dan in .bet bestaan der Gerefolrmeerde J^^jerken ©en b©la|ngrijk© rol, en ontdekt is, dat zijn invloed voortdurend to©n6emt. De voorstelling, 'die velen hebben, dat i!n het Geïteformieelrid kerkfelij'k leven de domi'né© de man isi, die ide eerst© viool speelt, is dan ook niet juist. De predikant moge Zondags op iden Kanisel d© groote jn'an zijn, in jdb interne laangelegenheden der gemieönt© ©n in de kerkeraadsvergaderingen heeft hij' in den regel lang niet zooveel in Je brengen als men wel dmkt. D© Gereformeerd© ouderling is daarbij een ijv©rig man. Echter, problemen bestaan voor hem niet. Voor ouderling kiest men de zeer irerzekerde broieldters. De iGereformeerid© ouderling is een mah, die nooit twijfelt of op twee geldachten hinkt. Hij heeft geen lange verhandelingten noodig over vraagstukken, |die aan de orde van den dag zijn om zijn houding te bepalen. En IdaW ontvangt de gansche ouderlingschap den lofwaardigen titel van: „de burgerwacht in bet Gerefornlieerd kerkelijk leven", en ontvangt ieder persoonlijk ^een aapstelling als: „onbezoldigd Rijks veldwachter.”

Het deed oms weldajdig aan, djat zelfs het „Weekblaid voior de Vrijzinnige Hervormlden" de minachtende wijbe b©tr©urt, waarop bet liberale hoofdorgaan over (de onderlingen schrijft. Gecon'state©rd wordt, dat ld© schrijver de werkeUikheid uit het oog verliest. Het is al dadelijk volkomen onjuist, dat tot ouderlingen alleeh. zij' gekozen woriden, wier „eerwaarde hoofd met ©en stralenkrans omgeven is." En bet is evenmin waar, dat zij' in meerderheid 'de reactie vertegenwooridigen of als remmers op den waigen vaj)i den vooi-uitjgang werken. In verreweg de meeste gemeenten hebben zij' ©en open oog voor d© behoeften des tijds en willeh zij gaarne, dat de kerk zicb aan, de nieuwe (pimstandighedenl aanpasit, voor Izoover dit miogelijlc' is zonder jd'© waarheid Gods prij's te geven. En m©er ©n m©er opwaken wordt aanschouwid, meer en mteer .een zicb indenken van het karakter en bet werk' van den O'uderbng in all©rl©i kerkelijke bladen en 9p menige vergadering, waarbij' wij in bet bijzonder de aandacht vragen vopr de oulderUhgen-conferenties, , die ^teeds meer gebonden worden. We zijb danlibaar voor de presbyteriale iarichting van ons Gereformeerd kerkelijk leven.

Dat ook „de jeugd" en dan met nam© „de rijper© jeugd" aller aandacht trekt, behoef ik niet te bewijzen. We hebben het tegenwoorldig altijd druk over „die rijpere jeugd", over |de jeugd.'or'ganisaties, over congressen voor ^, de I intellectueelen", over conferönties voor d© „jongeren". De Ned. Bond vah Jongelingsvereenigingen op Geref. grondslag staat daar in zijh volle kracht.

De knapen hebben hun vergaderiiïg, en; -de meisjes van 12-16 jaar woirden georganiseerd en hebben hun „Gereformeerd Meisjesblad". De vriehdinnen vanaf 16 jaar hebben haar Bond met reeds meer dan 125 Vereenigingen. En het aa'nfal organen, dat rechtsreeks of zijdelings in dienst ^taat van de jeugdorganisaties, is zeer belangrijk. En allerlei paedagogische, pbysisobe en psychische vraagstuldien zijin met „het probleem der rijpere jeugd" aan de orde gekomen. Terwijl daarbij Ide Staat van zijh belangsitelliing doet blijken, eerst door zijhe Staatsooanmissie, welke een belangrijk rapport uitbracht, ©n nu door bet in het leven roepen van den „Centralen Jeugdraad", waarin ook mannen , van Gereformeierden huize ean plaats mochten ontvangen. Staatssubsidie wordt ons uit de I verte reeds voorgehouden als zeer aanlokkelijk ook voor het jeugdwerk , door onze organisaties te verrichten.

Over den „ouderling" wordt dus in onze tijden druk gehandeld. Die „jeugd" blijft aller belangstel-1 ling vragen en trekken. 'Wat spreekt meer dan.van .zelf, dat tegenwoordig weer ©en ander vraagstuk gevoegd is bij' de vel©, di© we reeds hebben, opgelost of onopgelost, n.l. dat van „dein jeugd ouderling".

Ook hierover wordt in tweeërlei zin geschreven. D© „Nieuwe Rotterdanisobe Qourant" vindt Jniet dan woorden van spot. Ds Vonkenberg of br "Vonkenberg, ik weet niet, wat ik schrijVien moet, staat er in ^toed over. Werd eerst in bet „ChrisiLelijk ScboiOlblad", thans samengesmolten met „Onze Vacatures" een critiek gegeven over d©z'e nieuwe instelling, de „N. R. Oonrant" ging op dat pad I verder. De booisheid van onze rij'pere jeugd wordt ' geteekend in , deze aanhaling: Ach, was inhsz man oft von bö'sen Kindern böreta. oder lesen!"

en de uitkomst, door den jeugdouderling gegeven^ wordt begroet met het volgende:

„Sei mir gegrüszt, oi heiliger Mann!"

Waarom', zöo wordt dan gezegd, zou, waar op beden alles op zijh. kop; komt te staah, de ouderling ook hiet jong-kunnen worden. Echter, .|d© samenkoppeluig „jeugd-onderlihg" doet te veel 'd'©nkén aan een zwarten molenaar of ©en witten schoorsteenveger. Hijl is de geestelijke advisieur van ide jeugdorganisaties. Een beproefd nian, die niet met moderne oultuur-bacillen is geïnfecteerd, van buis uit r©©ds onontvatnkehjfc voor dit kwaad, onvetrfmurwbaar waobter op Sions muren, die zicb Jiiet door scbalkÊcb© lonkjes van de wij's laat brengen. Hij is reeds d© gerenoim!meeWde dwarskijker in Idj© huisgezinnen', bijl zal nu ook ingekwartierd schutter worden in de jeugdorgiajnLsaties'. D© jeugdouderling is de laatst© krachtpra©f, een paardenmiddel, om^ de echte orthodoxie bij bet opkbmenid geslacht te bewaren.

Zoo schaJmper spottend zich 'de „N. R. Courant'over dit nieuwe instituut uiüaat, zoo in de wolken over ldi©n „j'©ugdoUiderling" is 'de Bohdsdireciteur. Week aan week wordt tegenwoordig in het Bonidsorgaan, het „G©r©formle©rd Jongelingsblad" de loftrompet over hem gestoken. Met geen taaier vasthoudendheid kan de Poortwachter bet in „De Ste*" hebben over het „Nieuw-Tlestaniiöntisdb lied" oftewel de gezanigen, als Ds Vonkenberg bet heeft over dezen nieuwen funotiolnaris. All© nieuw© symptomen van 'kerkelijk leven jnteresseeren hem'. Helt verheugt hem te aien, boe d© uitwerking valn ©en enkele kerkelijke handeling (waarmied© wel bedofeM zal zijn d© beslissing d©r Leeuwarlder Synode op het verzoek van den BiOnd om! deputaten aan te wijzen voor nauwer contact met de JeugdbeweH ging, of d© bekend© beslissing vah de Doridtscbe Classis omtrent Ds Vonkienberg'is positie na zi|n optreden als Bondsdireoteur), bet verheugt hein! dan t© zien, ho© de uitwer!k; ihg van ©en enkele kerkelijk© handeling tot uitwerking beeft, dat de kerken bet , allerweg© gingen uitspreken: „de arbeid onder de rij!p©r© j©ugd is g©este^ lij'k werk, dat den kerken in bet genieën ten goi©de k'o'mt." En die uitwerking is des'noojdls' een slachtoffer waard. Allerwegen moeteln we in deze richting vooruit. Niet los van d© kerke'Christi, maar in teeder, doeh gezond verband. Waohte: nl Oip wat over drie jaar een Synode zou believeni t© biesluiten inziaki© de rijlpere jeugd, kunnen 'wie niet. Want: „Senatu, deliberante^ Saguntum perüt", dus ietwat vri| vertaald: „Onder bet aarzelen vain d© ouderen, ging de rijlpere jeugd te gronid'e." We kunneb. niet wachten, „geen dag en geen nacht".. Vooral niet, als die „dagen en' nachten" blijken geen dagen e|n nachten, m'aar tijdperken te zijn. Helpt den afval stuiten! Schrikbaren, d is de afwijking ! Toch vajt er nog, , ontzaglijk veel te behouiden en te bewaïieh. De Bonidsidirecteur vertrouwt dan ook, dat alle ouiderlingen! ©n diakenen, |diei eens tot de hondsmajkkers behoorden, in deze !richting ziullen werkzaam zijki. Neen meer, dat zij in deze richting zullen sturen, dat zij' het initiatief zullen nemien. Dan kan nog goedgerhaakt worden, wat in Lieeuwariden ongedaan bleef.

B. A. KNOPPERS.

Ds Hulsmans en fle Persreformatie.

Zooais men weet, had Ds Huisimans zich over „D© Reformlatie" beklaagd.

Reformatie van persmanieren is blijkbaar van dat blaid !niet te wachten, zooi luidde zijh verzuchting.

Wij baden hem !aan in onze kolommen zijn opvatting van persreformati© uiteen te zietten, met uitschaüceling van ld© kwestie^ welk© er tusschetn Dr de MOOT en hem gaand© was.

Toen wij' Idaarop zijn brief ontvingen, openden we dien mjet 'zekere gretigheid.

Wij , weïdden echter teleurgesteld. Over reformatie van persmanieren in het ge^ meen werd niet gerept.

Hij nalm' ld© geleigienheid te baat om nogmaals ©en aanval op Dr de Moor te doen.

Hij brengt tegen hem een ernstige beschuldiging in.

En , op welke gronden? Hij Izegt zielf: „bet zijn slechts indrukken, verrdoedens, die ik bier weergeef."

Maar iemand beschuldigen op indrukken en vermoedens, is dat niet een man als De Poortwachter onwaardig?

Een oogenblik dachten wij' erover zijn stuk niet te plaatsen. We badden daar bet volste recht toe, Wiant hiji| beeft aan ld© door ons gest©lde voorwaarde jnjet I voldaan.

Toch willen w© toegeeflijk zijn. De Poortwachter verkeert in den waan, dat er tegen hem wordt gebroed. Hij spreekt zelfs van „smioiren".

Welnu, om 'te toonen, dat er van „smoren" en wat daarmee samenhangt niets aan is, nemen we Lzijn stuk hier o, p.

Maar dan hebben we vapzelf ook Dr de Moor

het recht toe te kfenneln zich , te verdedigen. JMisschieu adht 'hij' tot benedetti zich op eeo beschuldigiag, die slechts op iaidrukfeeh en vermoedieiis berust, en 'die — dit staat VJOöir ons vast — absoluut bezijiden de waarheüd is, ia te gaajn. DoA in lelk' geval kan hiji hieriover beslissen.

Daarmee is echter van onz!e Hedactioiaeele toegeeflijOdieid opk tbet uiterste gevergd. Hier volgt Idan zijta, sohrijvein:

Geachte Redactie,

Wanneer het trassoben Dtr de Moor en mij gegaaa waTö over de GezangenquaiBstie als zoodanig, dan zoudi u volkomen recht gehiad hebben de discussie te sluiten dp! het daar u rechtvaardig ge-.acbte moment, te meer omdat ik in dat oipizichit metterdaad de aanvaller wais.

Maar het ging over een quaestie in eerlijkhioid. Dr de Moor beweerde, dat ik hem iets blad „toegedicht", „in de schoenen geschoven". Daarin was h ij, niet ik, de aanvaller.

Waarom hij zich op dit punt niet beklaag|di beeft in „De Ster" voor wier lezers h'et dan tpch alleen maar noodig was zijn „w'aarbeid", tegenover mijn „d i c h t i n g". te weten', bearij^ ik (niet.

Welke motieven bij kan hebben gehad zijn ver-• • dachtmakend en beBchuldigjeind schrijven den „Ref ormiati 6"-l6zeir& aan te bieden, die van niets wis-1 teil en niets konden controleerenl, ik kan er slechts, duistere vermoedens over hebben. Was het om een verder offensief op| het door Dr do iSfoor gevoerde en nog te voeren beleid in zake de • Gezangenquaestie onmogelijk te maken? Moest dat offensief bij voorbaat gesmoord in verdachtmaking? Moest „De(n) Poortwachter" het beentje gelicht?

Het zijn slechts indrukken, vermoedens, die ik hier weergeef. Maar u kuint er uit weten, dat „De Poortwachter" hieel goed beseft, wat alleen maar in staat is z^jin kritisch ~ pjogen té vergdele-ni. , , De Poortwachter" mag zichl vergissen, bij kan te scherp zijn en te spotziek, maar alsj hij aan het „toedichten" en „in de schoenen !s c h u i V e n" gaat, dan kan blij metterdaad wel heengaan, om zijn ^joiortbluisie voor een ander te ruimen.

Maar hij g^t nog niet h'een. Geen tepkenen van ongeduld bij ©enig lezer zullen hem beletten deze eerlijkheidsquaestie tot h'et einde t'oe uit te vechten.

Hij had er recht oipi, dat te doeü voor hei front der „R ef ormatiei"-lezers, ten aanhoore van wie deze qua, estie aan de orde gesteld is'.

In andere zaken kunt u hem terug verwijzen naar „De 3ter", wiaar bij zelf ruimte heeft, al is het maar één kolom', en wBar Ji'if bestrijders, die behalve jeukende vingers ook zuivere argumenten hebben steeds plaats heeft verleend.

Dat u zich dit niet „herinnert"., ligt dan flian uw herinnering of uw ongeregeld lezen van „De Ster". Trouwens het zou juist een kolfje naar mijn hand zij'n om al die jeukende vingers van' hun jeuk af te h'elpbn. Geeft u mij soms' 4 kolommen per wteek? D'an beloof ik er '2 van aan „De Poortwacbter"-beetrifderg..

S. HUISMANS.

Daareven vestiglden - wij er ate aandacht o.p, flat Ds Huismans ons beidiag niet eerbiedigdie.

Den overigen inhoud van bet stuk gevien we zonder aatwoord onzeirzijids., opd'at Ds Huis'mans in deize het laatste woioiid hebbie.

Mogen we lalleeih. noig herinneren aan wat jwe een vorig iriaal schreven?

Is dit geschil niet heit best uit den weg iie ruimen door isaamsprefcing va|n Ds Huismans met Dr de Moor?

Waaroim' nog verdeire ktachten aajn zulke kwesties versnipperd ? Is daarvoor de taak, die in de^en tijdi op. ons rust, niet veel te grooiLsch?

HEPP.

Prof. Warfield.

Met Dr Benjamin Warfield, hoogleeraar te Princeton, ging een oinzier bes, te Grereformeerde' geleerden heen.

En het staat er aan d© oveizijfle valn den! grooten oceaan bij! gpiijk hier: wij^ hebben van zulke mianneia er ztoio weinige te missen.

Prol. Warfield had niet het geniale van iKuyper, noch - het magistrale van Bavindk'.

Hij' was de Im'an van fijin|e analyse en vaak schitterende synthese.

Hem ontbrak: te veel van dat krachlmensohtype, waardoor hijl de machtige leider had' kunnen worden, die onze Gereformieerlden in Amerika tot leen eenheid isamiensmeed.

Niettemin had ïzijb. 'woord gezag: , was zijln invloed laanzienlijK en dwong hij ook den niet-geestverwant eerbied af.

Het is Kiekfer te betreuren, dat door het gerinlgie contact, dat er totnogtoe bestond tusschen de Gereformeeiden van beide wereiddéelen, ons land niet meer van den ointsiapene heeift geprofiteerd.

HEPP.

Kerkeraads-Bidstonden.

Uit ©en brief vajn een ouderling eener vaclante

Na een kleine kroiniek gegeven tiel hebben over het gehiöenteleven iein ook' dtei moieUijkheden ver­ meld te hebben, die den, KjerkeraaJd; zorg gevetn, vervolgt hij':

„.... In onze Kiei^keraadsvergaiderittig' van 18 Jan. deed ik het volgende voorstel: e iKierkeraad boude eens in de maand leen bidjstond. (Allen waren het hiermee eens. De l)ids.tonid woi-idt gehouden op de volgenide 'wijbe: erst leest de voorzitter een gedeelte uit de H. Schrift. Daarna gaat een der ouderlingen voor ïin bet gebed. D^aln worden in bet algemeen allerlei ziaken van de gemeente besproken, waarop naar aanleiding van bet gesprokene door een der ouderlingen gebeden wordt. Het doel van dit tweeide gebed is: 1. oto] Gods zegen te vragen over de gemleenite'; 2. om genezing; te vrag)eti voor ©en der voorganglers, die al mieei' dan een jaar ziek is. Na dit gebed volgt een bespreiking va|n de plichten der wijkbdderlingen, en boe zij' het best de verzlorging 'der gemeenteledten, elk in eigen wijk, kunnen behartigen. Na. die bespreking wordt de vergaiderinlg miet dankzegging, en geb'ed gesloten....."

Dit gebeurd© in de Javaa; nische Christeta-giemeent© te Solo.

H. A. VAN ANDEK

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

„De Jeugdouderling”.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1921

De Reformatie | 8 Pagina's