GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Zending en de Wereldcrisis.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Zending en de Wereldcrisis.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

II.

De wereldcrisis is waarlijk! niet alleen van finantiëelen aard. Zij gaat dieper, en is zelfs in de plaats geestelijk.

Ocfc daarom dreigt er gevaar voor de Zending. Een vorig maal wezen wij op de moderne beweging in Amerika, die de orthodoxie in Kerk en Zending tracht op zij te zetten; en daarnaast op het radicale Saecularisme, dat veel verder gaat dan het modernisme, en een religie wil opbouwen zonder God, zonder absolute zedelijke normen.

Dit Saecularisme werkt, gelijk wij reeds eenige malen op deze plaats hebben uiteengezet, in alle landen door. De Westersche cultuur draagt een Christelijk karakter, want zij is vrucht van het Christendom. Echter herbergt die cultuur oofc vele niet-Christelijke elementen; en ziet, die gedachten hebben plotseling een ontwikkeling genomen, Üie verbijstert, en zelfs gaan zij, dank zij de wetenschap en de techniek, de denkwereld iti de Christenlanden beheerschen.

Dit heeft ook gevolgen voor de niet-Christelijke wereld, gelijk prof. Richter in zijn aangehaald artikel aantoont.

Immers, in de vorige eeuw gold het Christendom in de niet-Christelijke landen als het schitterend exponent der Europeesche cultuur. Maar nu ziet die cultuur op het Christendom neer als een overleefd verschijnsel van een voorbijgegane eeuw. Vroeger werden de zedelijke principes van 'het Christendom ook erkend door hen, die de dogmatische principes van het Christendom loochenden; maar nu worden de ethische grondslagen door een zuiver naturalistische opvatting vervangen, welke niet op Gods gebod steunt, maar op den 'vermeenden vooruitgang der tegenwoordige maatschappij.

Ook wint het Syncretisme allerwege veld.

De bestudeering der niet-Christelijke religies heeft naast winst ook verlies gegeven. Men meent, dat in het •®ezen der zaak alle religies gelijk zijn, en dat het Christendom niet langer aanspraak kan maken op eigensoortigheid.

Trouwens, talloos vele Christenen zijn zelf onzeker geworden in hun godsdienstige overtuiging, en vragen zich af, of er wel grond is, het Christendom naar andere landen te brengen; tenminste; de rechte geestdrift ontbreekt.

rechte geestdrift ontbreekt. Belangrijk is ook, wat prof. Richter, kenner van d© niet-Christelijke religies als weinigen, over deze religies schrijft. Het lijkt ons belangrijk genoeg om zijn beschouwingen over te nemen.

„Bovendien neemt het prestige en de invloed der niet-protestantsche religies toe.

Het Hindoeïsme was in de 19e eeuw nog gewoon, schuchter en beschaamd zijn gebreken te verbergen en ze naar Christelijk model te verbeteren. Maar heden beroemt het zich op zijn eerstgeboorterecht als de vaderlijke religie van Indië, welke ook alleen beantwoordt aan de geestelijke behoeften der Indische volken.

Het Boeddhisme scheen alleen maar krachtig te zijn in Japan en op Ceylon; maar tegenwoordig ontwikkelt het een wereldprogram in grooten stijl, en beweert de eenige religie te zijn, die ten volle overeenstemt met de nieuwste wetenschappelijke resultaten.

De Islam werd sinds lang als een verouderde en vervallen religie beschouwd, raaar nu breidt hij zich met groote sprongen uit in Engelsch-en Nederlandsch-Indië, en legt zijn harde hand op Afrika, als de „Religie van den bruinen man".

Maar meer dan deze allen spant het Roomsch-Katholicisme zich in, om de eerste, zoo niet de eenige zendingsmacht der Christenheid te worden.

De Paus beveelt door bullen en encyclieken de verzorging van de zendingsgedachto in elke gemeente. Priestervereenigingen bestudeeren allerwege de zendingsvragen. Nieuwe bisdommen en hoogescholen voor algemeene en priesteropleiding leggen in vele landen van dezen nieuwen en sterk besloten wil getuigenis af. De inkomsten der Roomsche zendingen nemen verbazend toe ia Noord-Amerika, Holland en Duitschland. In de 19e eeuw was ongetwijfeld het Protestantisme de sterkste religieuze macht, die uitbreiding zocht; zal het ook in de 20e eeuw daaroj) aanspraak kunnen maken? "

En nog is alle leed niet opgesomd.

In alle landen van Amerika en Europa wordt de verhouding ten opzichte van Christendom en Kerk grondig anders. Talloos velen keeren zich van de Kerk af. En de vraag der bezorgdheid wordt gedaan, op welte volksgroepen de zendiilgsarbeid nog kan rekenen.

Daarbij heeft de menschheid zelf in de laatste 20 jaren onherstelbaar groote verliezen aan geestelijk kapitaal geleden in de niet-Christelijke landen.

Prof. Richter wijst ook hierop en is somber van toon: „De ineenstorting van het religieus-sociaal systeem van Confucius, de afschaffing vaa het Kalifaat in Turkije, de afbreking en zelfs vervolging der orthodoxe kerk en van alle religie in' Rusland, het is alles te goed bekend.

Wie durft nog hopen, dat de armzalige religies der primitieve volken van Afrika en 'Oceanië den stoot van de al meer opdringende beschaving met goed gevolg zullen kunnen wederstaan? Wie durft voorspellen, in welken omvang en in welken vorm' de cultuur-religies van Azië uit de ontmoeting met het Saecularisme en Syncretisme, die ze als een wassende rivier overstroomen, zullen te voorschijn komen?

"Zal het einde van dezen overgangstijd een volkomen verlies van religieuse kracht, en een hopelooze geestelijke verarming der menschheid zijn? " Men ziet het, er is reden om bezorgd te zijn. De wereldcrisis pakt de zending zelve aan, maar legt haar ook een roeping op.

En is het Christendom bij niachte aan die roeping te beantwoorden? Meer dan ooit is geestdrift, heilige geestdrift noodig. Noodig is het besef, dat op alle gedachten en krachten beslag legt: God wil het; er is voor ons een taak in die ontkerstende wereld, die niet alleen God, maar ook alle godsdienst dreigt te verliezen.

Er moet een dam opgeworpen worden tegen het Saecularisme en Syncretisme en Roomsch Katho^ licisme.

licisme. Nu de heidensche volken en de Islam ook nïee worden gesleurd door den strooan der moderne beschaving, heeft de Christelijke kerk door den zendingsarbeid hun de reddingslijn toe te werpen.

En zijn wij daartoe bereid en in staat?

Prof. Richter klaagt ook hier weer, en zegt: „Zullen wij heel eerlijk zijn, dan moeten wij waarschijnlijk toestemmen, dat er heden in de menschheid maar één richting is, die honderd millioen menschen in geestdrift weet te ontsteken, n.l. het Russisch Communisme, dat de poging waagt een nieuwe beschaving en een aardsch Paradijs te bouwen. Achter deze communistische beweging staat een vurige geestdrift, die na den donkeren nacht van een dekadent kapitalisme het morgenrood van een nieuwen dag ziet aanbreken."

En het is de ernstige vraag of het Christendoim in geestdrift met het Communisme kan concurreereh'l Kan het Christendom nog honderd millioen harten in vlam zetten? Durven wij nog de pretentie voeren van de ware godsdienst te zijn, eni met den eisch te komen, dat alle knie zich voor Christus zal buigen?

Heeft de kerk soms genoeg met zichzelf te doen, om staande te blijven? Is de liefde verflauwd? Wil en kan men niet langer offers brengen?

Ja, twijfelt niet schier allerwege de kerk aan de volkomenheid en absoluutheid van de boodschap, die aan de niet-Christelijke volken moet worden gebracht?

Waar men ook ziet: overal is het somber en donker; de wereldcrisis spaart letterlijk niets. O, als het maar werd ingezien, dat niet de maatschappelijke malaise, hoe ernstig ook, de meeste zorg moet baren, maar de geestelijke inzinking, het ontzinken aan het ideaal, de zwakheid des geloofs, het wegsterven der liefde, en oofc het ontbreken van den geest der volle overgave en zelfopoffering I Prof. Richter zoekt naar een toon, die het best in het hart van het Christendom van heden zou kunnen indringen. Hij noemt vijf hoiofdwaarheden op, die op den voorgrond moeten worden geplaatst, en als de hoofdinhoud van de zendingsboodschap moeten worden beschouwd; de prediking van God, den souvereinen Heerscher van liet heelal; de verlossing door den Zoon van God, de verzoening door Zijn kruis en het leven door Zijn opstanding; de ethische aandrift uit God zelf, die heilig i§; de prediking van het wereldgericht, en de boodschap van het Rijk Gods.

En dan vraagt hij: „Zou het niet mogelijk zijn, deze Christelijke heilsgoederen zoodanig met nieuwen zendingsgloed te voorzien, dat ze de kerken in vlam zetten? "

Wij vreezen, dat prof. Richter één ding vergeten heeft, en wel datgene, wat in het bekende gezang aldus onder woorden is gebracht:

Geest des Heeren, kom van boven, Laaf met Uw genadegoed Alle zielen, die gelooven, Doe ze blaken van Uw gloed! Op het blinken Uwer stralen Buigt zich d'aard voor Jezus neer, Zaamlen zich van heind' en veer. Alle tongen, alle talen Halleluja, U zij de eer! U zij d'eer. Halleluja!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 oktober 1931

De Reformatie | 8 Pagina's

De Zending en de Wereldcrisis.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 oktober 1931

De Reformatie | 8 Pagina's