GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Beschouwingen over het Huwelijk, inzonderheid met betrekking tot de persoonlijke verhouding der echtgenooten onderling - pagina 87

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Beschouwingen over het Huwelijk, inzonderheid met betrekking tot de persoonlijke verhouding der echtgenooten onderling - pagina 87

Rede, gehouden bij het overdragen van het rectoraat der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

85 vaders, en, was dit weggevallen, onder de tutela van anderen. Holder verzuimt niet ook op dit laatste te wijzen: »Gerade dem in der geschlechtlichen Einseitigkeit begründeten Erganzungsbedürfniss aber soil die Ehe genügen; bedarf nun aber das Weib eines Vormundes verraöge der in seiner geschlechtlichen Natur begründeten minderen Selbstandigkeit, so erscheint recht eigentlieh die Ehe mit zur Befriedigung dieses Bedürfnisses bestimmt." ^) Aan de vrouw werd in het dagelijksch leven eene groote mate van achting geschonken. Maar toch kan, naar ik meen, dit weinig tegenspraak lijden: het huwelijk was niet ten behoeve der vrouw; veeleer de vrouw ten behoeve van het huwelijk. De man kwam niet tot zijne kinderen door de vrouw, maar omgekeerd: door het kroost tot zijne vrouw. Zij was de moeder zijner kinderen. Dit schijnt wel een der voornaamste gronden te zijn geweest van den eerbied, waarmede zij te Rome werd bejegend. Ook de eenheid, die het huwelijk vestigt, zoekt men te Rome vergeefs. De rijke gedachte, ons door Gods Woord geopenbaard, dat man en vrouw tot één vleesch zijn geworden, vindt men in de Romeinsche opvatting van het huwelijk niet terug. Een innig samenleven was geenszins onbekend. Ja, was al de objectieve bedoeling van het huwelijk het verwekken van kroost, toch wilde men op die basis ook voor de andere deelen des levens eene nauwe gemeenschap. Maar, indien het mogelijk ware geweest, zoo zoude toch hier de eenheid eerst uit de veelheid zijn bereikt geworden; schier als het totaalcijfer der bijeengetelde stukken. Het was hier niet eene gemeenschap des levens op, uit eene diepere eenheid; eene veelheid uit de eenheid; eene wijdgetakte kroon, die nochtans voor elk der deelen de sappen langs denzelfden stam naar boven zuigt. Mocht men voor het oog, in het dagelijksch leven, al zeer nauw aan elkander verbonden wezen, — men was toch twee gebleven, even stellig als dit van vrienden geldt, hoe teeder ook de banden zijn, waarmee de zielen zijn aaneengehecht. ') T. a. p., p. 15.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1884

Rectorale redes | 102 Pagina's

Beschouwingen over het Huwelijk, inzonderheid met betrekking tot de persoonlijke verhouding der echtgenooten onderling - pagina 87

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1884

Rectorale redes | 102 Pagina's