Drie Dingen.

Het eerste waarover ik schrijven wil is over het Congres voor Inwendige Zending; van 19—21 Juni j.l. te Amsterdam; gehouden. 'Een bela, ngrijk' congres om het thema: , , De geestelijke en zeielijke nooden van ons volk', hunne voorkoming en hunne heeling". Die belangrijkheid werd gevoeld door ons Koninklijk Huis. H. il. de Koningin zond een ko-.ninklijke boodschap en de Koningin-Moeder 'toonde hare belangstelling door een der zittingen ervan bij te wonen. De minister van onderwijs opende het congres, terwijl de minister-president een vertegenwoordiger zond. 'Uit alle oorden des lands, ja zelfs uit België, Duitschland en Frankrijk waren de congressisten toegestroomd. "Veelzijdig werd de nood lonzes volks door de referenten belicht. Ik zou graag er veel over schrijven, maar vind het onderwerp te belangrijk en te breed voor een artikeltje in deze rubriek. Daar móét een.reeks hoofdartikelen aan gewijd worden. Niet dat ik soilliciteer om nog eens op de voorpagina van ons blad aan de praat te komen. Als ik er nog om' denk! IMaar waar mannen uit onzen redactiestaf onder de referenten werden gevonden, zal de schrijver gemakkelijk genoeg gevonden kunnen worden. Het móét. Qns blad zou zijn reputatie verliezen als het zulk 'een belangrijke zaak onopgemerkt liet passeeren. Misschien verdient het aanbeveling eerst de verschijning van de Handelingen af te wachten. Niet dat ik' aan de redactie' de lakens wil uitdeelen, maar ik' za, l wel zoo wit als een laken woixlen van ergernis, als het er niet van k'omt. Doch ik' vertrouw dat de redactie ten deze urgent is.

Onder de congressisten merkte ik ook een aantal Geref. predikanten gp. Niet zooveel als ik' ^gehoop't 'hlad, maar ik' ken ze natuurlijk niet alle. IJ© onde . veteraan De Gaay Fortman was ondank's zijn hoogen leeftijd uit Den Haag overgekomen en beschaamde vele jongeren. Dit is mij een welkome gelegenheid even terug te komen op mijn artikel „Evangelisatie en de Verkiezing''. Sommigien heblien daar. iets onvriendelij'ks in gelezen aan Ibet adres van onze-predikanten, een zekere geringschatting van het ambt. Geheel ten onrechte. Ik' verwacht zeer veel van onze predikanten, mijn ideaal is eigenlijk de Predikant-Evangelist. VOOÏ dit werk' zijn onze beste mannen noodig. Ik krijg altijd een kleur van plezier als ik lees of hoor, dat een predikant zich aan het werk der evangelisatie geeft. Mijn artikel ging niet tegen één of meer predikanten, maar tegen een verkeerden geest, die hier en daar in de gemeente wordt gevonden en ook' in de bedoelde predicatie tot uiting kWatn. Zakelijk heb ik dan ook allerwegen instemtaing gevonden. En zoo lang ik aan deze rubriek mag; medewerken, hoop ik onvermoeid — zoo niet mijn zwaard, dan toch mijn kruk —• tegen dezen geest te zwaaien.

Ten derde won ik' iets schrijven over de la.s. jubileumfeesten. Niet over het jubileumlied, waarmede het al even moeilijk vlot als met onze nieawe berijminjgien. 1923 schijnt een slecht jaar voor dichters! Maax ik' wou even de aandacht vestigen op' de uitnemende kansen ons bij deze gelegenheid (geboden om te evangeliseeren. De Boo-ze benut zulkfe omstandigheden om. zijn slag te slaan, . laat ons niet achterblijven om voor den Koning der kroningen te strijden. Naar ik' vernaim, is de uitgever Voorhoeve voornemens eenige tractaten speciaal voor deze gelegenheid het licht te doen zien. Laat men op deze miensc'henvolle feestdagen toch overal eene tractaatverspreiding op ruime sdh'aal org'aniseeren. Ook' zullen er uitnemende kansen zijn voor straatzang en welUcht ook voor het houden van toespraken. Men kopp'ele het echter nimtaer aan de eigenlijke huldigin, ig'sfeesten vast, opdat men ons niet Kan beschuldigen uit bij-oogtoef ken, [met een nevendoel te evangeliseeren. Maar zal er vooral op zulke dagen niet vreeselijk mee gespot worden ? Ik denk het wel. Miaax:

Zóó, zóó lief had God de wereld. Dat Hij Zijnen een'gen Zoon, Voor die afgevallen wereld Overgaf aan smiaad en hoon.

En onze Heiland wordt door ons meer geëerd ials wij ons geloof toonen in de kra, cht van Zijn evangelie, dan dat wij met Petrus de bescherm'ende hand over Hemi uitbreiden: „Wees U genadig, dat zal U geenszins geschieden."

Als wij zoot jubileeren door de k'ansen te grijpen, door God ons gegeven, zullen het waarlijk' feestdagen voor ons worden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen