GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

In de school der wijsbageerte.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In de school der wijsbageerte.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De twee po1en in de wijs begeerte.

Het heeft lang geduurd eer de filosofie weer uit haar winterslaap opstond, en opnieuw cultareele beteekenis kreeg.

Of laat ik' het sterker zeggen (want cultuurelement is zij altijd gebleven): het duurde een tijd v< 3ór de filosofie weer orgaan van den tijdgeest werd, concurrente van de groote geestesstroomingen, die het leven beheerschen.

De 20ste eeuw mag aan hare vele titels en ord'etee'kenen ook toevoegen den naam van: eeuw der wijsbegeerte.

Aan de spits der geesteshewegingen staan doet ze nog niet, heeft ze trouwens heel zelden (in Nederland nooit!) gedaan, — ze staat in beteekenis, voor het volksbewustzijn, achter bij de wonderenbarende wetenschap en de gemoedsnaxentokkelende nieuwe religies, maar het is er toch' ook' verre vandaan, dat zij, als vroeger weleens plachj; te geschieden, de speciale nectar zou zijn van Olympische goden, of ook', dat de nuchtere Jan-Publiek voor haar slechts een ironisch lachje zou overhebben.

Het gaat met de geesteswetenschaptpen weleens als met de politieke partijen in den lande. Zonder dat men precies de oorzafe'en beschrijven kan, waait er opeens een democratische, strafe's een aristocratische, wind. Plotseling treden in den hoek gedrukte partijen naar voren en dringen met man en macht mee in den wedloop naar de groene tafel. En groot en klein balanceeren, na den stormloop, met elkander in het (beroemde) politieke evenwicht.

De aristocratie des geestes (waartoe de filosofie krachtens haar geboorteredht behoort) beeft in d'e laatste kwarteeuw weer zichbaar aan invloed' gewonnen, zfe telt weer mee, en er is niemand' diel het waagt de filosofen als een onbeduidende groepi van onvruchtbare fantasten te negeeren.

Het karakter, de tendenz, v; an de herleefde wijshegeerte noemden wij anti-materialistisch.

Kuno Fischer en Wilhelm Wundt waren de voorloopers van de nieuwe beweging, de eerste door het wezen van de filosofie te zodk'en in de geschiedenis, de tweede door de wetenschappelijke zielkunde aan haar ten grondslag te leggen.

Er zijn nog andere wegbereiders geweest, die we reeds vroeger in onze eerste opstellen, genoemd hebben, namelijk L o t z e (die het meöhanisme zocht te vereenigen met een gemoedelijk!, religieus, idealisme), en F e c h n e r (die de filosofie als wetenschap zocht te verbinden met enkjele grondbegrip­ pen van het christendom), maar hun eigenlijke beteekenis en waard'eering hebben deze idealisten toch pas gevonden in onze eeuw.

Hetzelfde geldt vaar Nietzsche, den trotschen, eenzamen, bestormer der vermolmde cultuur, die, hoezeer in menig opzicht een huiveringweikkeaci antichristelijk denker, toch' een zekere verdienste heeft als bestrijd'er van het platte materialisme.

Maar, gelijk wij zeiden, de eigenlijke kentering in de geestesgesteldheid begint bij het keerpunt der eeuw.

Er ontwaakt meer algemeen, een verlangen naar geestelijke en wijsgeerige exploitatie van de goederen, die door de afzonderlijke wetenschappen zijn veroverd. Men wil wijsgeerig brood bakken uit het overvloedig gewas. Men tracht naar hai'monische samenvatting van de, aan het licht gebrachte, schatten.

In één woord: de dorst naar wereldbeschouwing wint het van den dorst naar wereldbezit.

Van alle kanten vangt de bouw aan op: het wijde cultuurveld.

Legio architecten, ieder met eigen plan en stijl, tijgen aan den arbeid.

Maar, bij nauwkeurig toekijken, onderscheiden we duidelijk twee hoofdgroepen, die in pool-tegeiistelling de filosofische wereld beheerschen.

Het is de oude' tegenstelling, die wij, héél do geschiedenis dóór, aantreffen en die in beginsel deu tweestrijd in iedere menschenziel bepaalt.

Het is de tegenstelling tusschen hoofd ea hart, tusschen weten en gelooven, tusschen begrijpea en overgeven.

De ééne groep van filosofen stelt zich onvoorwaardelijk op het standpnnt der wetenschap, in dezen zin, dat men in de afzonderlijke wetenschappen de basis en het materiaal ziet voor de synthese der wijsbegeerte.

Door het bespieden van den logischen bou\Ader reeds opgegroeide wetenschappen, hoopt men de wetten te vinden voor het denken als zoodanig.

Het doel dezer wijsgeeren is dus niet alleen de bestaande Wetenschapipen als bron en voorbeeld te benutten, maar ook' de wijsbegeerte zelt' op te bouwen als systeem van zuivere wetenschap.

Hier mag niets overgelaten worden aan speculatie en intuïtie. Op de manier van Eant moet aan alle gedachtenwer'king de toets worden aangelegd van strenge en logische kritiek.

Het algemeene kenmerk van deze filosofie is dus het rationalisme.

Naast deze groep van wetenschapsfilosofen, staat nu de tegenpool, die men ook' niet één naam kan k'arakteriseeren: de levensfilosofie.

De levensfilosoof is eigenlijk de man van den breederen blik, of liever van het wijdere Kart.

Boven de wetenschap staat bij hem het leven.

De wetenschap is voor hem niet meer dan één van de verschijnselen en vormen des levens.

Alle geestesarbeid behoort te staan in dienst van het leven, óók het kennen van den mensch.

Terwijl de wetenschap.sfilosoof, naar ouden trant, tegenover het leven gaat staan, om het te begrijpen, als een koning boven het leven zich zoekt te verheffen als boven een object, dat hij mei zijn verstand, kennend, zoekt te overwinnen, gaat de levensfilosoof met mysterieusen schroom tegenover de majesteit van het leven staan, om te beproeven er een bewust en zoO' doelmatig mogelijk orgaan van te wezen.

Filosofie is voor hem in deu grond niets anders dan een vorm des levens. Zijn denken is uiting van het leven.

In tegenstelling van de eerstgenoemde groep wordt dus door de levensfilosofen minder waarde gehecht aan het kennend verstand. De rede is niet de heerschende functie van den geest. Het leven is in den diepsten grond een mysterie, waaraan de jfnensch zich met zijn.gansche ziel jnqet overgeven.

Men noemt daarom deze filosofie (ook .met een verzamelnaam) de ir rat ion eel e, d.i. die van het standpunt van de onbegrijp'baarheid van het leven uitgaat.

En voorts onderscheidt dit soort filosofie zich van de andere tak van wijsbegeerte, doordat hier meer attentie en waarde gehecht wordt aan de levensuitingen naast de wetenschap!, namelijk' de moraal, de kunst, en de religie.

Al wat uit het lev'en opkomt is zoowel instrument als voorwerp van wijsgeerig denken.

Natuurlijk mag de gemaakte onderscheiding tusschen deze twee polen van de wijsgeerige wereld niet absoluut worden opgevat.

Wij zeiden reeds, dat iedere menschengeest, die naar bewust denk'en streeft, tusschen deze twee polen „geslingerd" wordt.

Men vindt daarom bij de eerste groep niet altijd het pure rationalisme, noch ook' bij "de andere het consequente irrationalisme.

De wetenschapsfilosofen verwaarloozen het leven niet, en de levensfilosofen staan niet onverschillig tegenover de wetenschap.

Het „wondervolle" leven laat zich nu eenmaal niet in kaartsysteem brengen.

Telkens weer wordt het openbaar, dat geen mensch in zijn denken alleen staat, noch in zijn geniale vindingen éénig is.

Ook zij, die zich profeten noemeii, ja juist de

profeten, zijn, bev? ust of onbewust, organen Van een andere macht, die in de geschiedenis der eeuwen mééstuwt.

De moderne filosofie verraadt ooli^ duidelijk die alhar& ehjkheid.

Ja, met een bescheidenheid, die juist bij den jBodemen mensch ietwat vreemd aandoet, erkennen de nieuwere wijsgeeren den band met het voorgeslacht en knoopen daarbij hun wijsheidsdraadje aan.

Vooral de wetenscliaps-filosofen ericennen hun afhankelijkheid met het verleden.

Zij waardeeren Lotze (die leert, dat het mechanisme der natuur niet slechts bestaat in verhoudingen, maar ook in waarden), maar vooral Kant, wiens methode van kenkritiek beschouwd wordt als voorbeeld van wetenscliapipelijk'e wijsbegeerte eu wiens ontdekkingen worden gebruikt als grondslag voor den nieuwen opbouw der wijsbegeerte. Velen hunner schamen zich niet voor den nederigen naam: Neo - Kantianen!

En allen tezamen achten het een weldaad voor de wijsbegeerte de werken van Kant opnieuw te doorploeteren en geen regel van zijn geschriften onder het „stof der vergetelheid" te laten verdorren.

De filosofie van onzen tijd staat, gelijk men weleens zegt, in het teekén van de vernieuwde Kant-studi.e.

Ook de levensfilosofen zien we bezig uit de bronnen, van het verleden te putten.

De Pragmatisten en Bergmannianen zoeken öontact met Engelsche en Fransche filosofen uit de oude doos, die naar hun opinie nog lang niet dood zijn, en in het algemeen wordt van deze zijde weer aan Nietzsche en Schopenhauer waardeering getoorid, aan Nietsche om zijn geweldigen levensdurf en aan Schopenhauer om zijn onstuimigen levenswil.

Door de levensfilosofen staat de moderne wijs-])C'geerte in hét teeken van het voluntarisme.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 februari 1924

De Reformatie | 8 Pagina's

In de school der wijsbageerte.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 februari 1924

De Reformatie | 8 Pagina's