GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De beteekenis der Jeruzalemsche Conferentie.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De beteekenis der Jeruzalemsche Conferentie.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rapport I.

De beleekenis der Conferentie van Jeruzalem kan o.a. blijken uit het breed verslag, aangaande haar arbeid.

In acht kloeke deelen, keurig gebonden, ligt dit verslagvoor ons. De 250 afgevaardigden hebben op den Olijfberg hun veertien dagen niet ledig doorgebracht! En men staat verbaasd, dat het hun mogelijk is geweest, dezen veelonnvattenden arbeid in zoo korten tijd klaar te krijgen. Dr Schlunk schrijft dan ook in zijn hoek „Von den Hohen des Olberges", dat er ternauwernood tijd voor ontspanning was, en zelfs de nachtelijke uren door menigeen, vooral door de rapporteurs, werden gebruikt, om het werk af te krijgen.

Wij nemen deel I ter hand, dat handelt over „The Christian Life and Message in relation to non-Christian systems". Het is een boek van ruim 500 bladzijden, en bevat een schat van gegevens.

De titel van dit deel is' anders dan van het eerstei dee', van het rapport der Fdinburgsche Zendingsconfet rentie; want deze laatste luidde: „Carrying the Gospel", terwijl hel vierde deel, dat meer de stof behandelde van het eerste deel van Jeruzaleim, heette: „The missionary Message in relation to non-Christian religions".

Vanwaar deze verandering van haam? Waarom werd message, boodschap, vervangen door lifeand message, leven en boodschap ? En waarom kwam op Jeruzalem de ondertitel: in relation to non-Christialn Systems, in de plaats van het vroegere reli.g i o n s V

Reeds hieruit blijkt, dat de wereldzending zich anders oriënteert dan voorheen; zij staat voor andere vraagstukken. Het ^aat niet alleen om een „boodschap", maar om leven, en alzoo om een levensworstelingi; en die strijd moet niet alleen gevoerd worden tegen de godsdiensten op de zendingsvelden, maar ook tegen den onchristelijken geest in het moederland, tegen de overal opduikende „wereldgelijkvonni'gheid", het leven voor deze wereld alleen, waaraan op de Conferentie de naam „secutór civilisation" werd gegeven. De zending moet dus tegen twee fronten strijden.

De opgave van den inhoud van dit eerste deel beslaat drie bladzijden, fijn bedrukt. Wij geven dus alleen de hoofdtitels: Part één behandelt Christendom en Hindceïsme. Christendom en Confucianisme, Religieuse waarden in het Confucianisme, Christendom en Boeddhisme, Christendom en het Noordelijk Boeddhisme, Christendom en Islam, De Christelijke taak tegenover de verwereldlijking (wij zouden ook kunnen zeggen: Christendom en cultuur).

Part twee bevat een relaas van de gevoerde discussies, eerst van de discussies in de volle zittingen, en daarnai in de secties.

Part drie geeft drie extra „pa^Jers", saamgesteld op verzO'esk van de Conferentie, onder de titels: AA/liat is the value of the religious values of the non-Christian religions? The evangelistic duty of Christianity; A statement of the case for Evangelisation.

Ten slotte geeft Part vier de door de Conferentie vastgestelde „Boodschap"; alleen deze boodschap beslaat bijna twintig bladzijden druks.

Een zeer nauwkeurig bewerkte index ontbreekt niet. De gang van ^aken wordt ons hiermede duidelijk. Bekwame mannen werden, lang tevoren, aangezocht, oan een uiteenzetting te geven van de verschillende godsdiensten, hun oordeel daarbij te voegen, en ook in het bijzonder op de waardevolle elementen te wijzen, opdat zoo de verhouding van het Christendom tegenover die religies kwam vast te staan.

Maar het bleek, dat vooral tweeërlei meening naar voren trad.

De eene opvatting stelde het licht tegenover de duisternis; bij het Christendom is het licht, bij de andere godsdiensten is het nacht. Zoo is de taak der zending eenvoudig: predik het licht!

De andere opvatting zocht meer de geestelijke waarden in de andere godsdiensten en gaf daardoor den indruk, dat het verschil tusschen het Christendom en de niet-Christelijke godsdiensten meer gradueel is, meer een kwestie van veel of weinig. Zelfs werd de stem wel gehoord, dat b.v. het Boeddhisme staat Ln verhouding tot het Christendom als vroeger de godsdienst van Israël tegenover de openbaring Gods in Christus en de apostelen! In zijn essay over Christendom en Islam stelde Gairdner zelfs de waarden van deze twee godsdiensten naast en tegenover elkander.

Twee morgenzittingen der geheele vergadering werden

aan deze kwestie alleen besteed; wel bleek toen, dat niet bedoeld werd, om de absoluutheid van het Christendoon - weg te nemen. !Maar tot overeenstemming kwam het toch niet.

Daarom werd, in overeenstemjmiag met de werkmethode der Conferentie, hot vraagstuk ter verdere overwoging overgegeven aan een commissie; tevens werd men in de gelegenheid gesteld, om, deagewenscht, zijn meeningen sehriflelijk aan die commissie mee te deeleii.

Ernstig, biddend, werden toen de moeilijkheden onder < le oogen gezien. Ten slotte werd een uitvoerig rapport aangenomen, opgesteld door den Anglikaanschen bisschop Temple van Manchester. En dit rapport word, na voorlezing in de volle vergadering, met eenparige stemmen als „Boodschap der Conferentie" aanvaard. Er was heilige geestdrift en innige dankbaarheid, dat men elkander gevonden had. En opstaande van hun zetels zougen de 250 leden een lied der aanbidding ter eere van God.

Tot het bereiken van dit doel heelt krachtig meegewerkt, wat men noemt de., Continentale zending.

Toen de rapporten over The Christian life en message aan de deelnemers waren verzonden, ontstond er groote onrust bij de Duitsche en Nederlandsche zending, vooral met het oog op de bovengenoemde „values". Het werd dan ook wenschclijk geacht met de afgevaardigden uit Nederlandsch-Indië een samenspreking te honden over deze materie, wat geschied is in Kaïro. Daar hebben de „Germanen" hun hO'Uding bepaald, en straks op 'de Conferentie "te Jeruzalem is hun standpunt krachtig uiteengezet. Het zal wel niet te: sterk gesproken zijn, indien wij zeggen, dat door die voor-conferentie ©n het beslist optreden der Duitschers en Nederlanders, de zaak nog in goede banen is geleid, en een gunstige oplossing werd verkregen.

Naar aanleiding van dit alles werd zelfs door de Conferentie tot dr H. Kraemer, afgevaardigde van het Ned. Bijbelgenootschap voor wetenschappelijk werk op Java, het verzoek gericht, een stuk saam te stellen over de waarde van de dusgena.amde geestelijke waarden in do niet-Christelijke godsdiensten. Door ziekte werd hij daarin verhinderd, en dr Speer heeft den arbeid van Kraemer overgenomen.

In het artikel van Speer is ook opgenomen het officieel schrijven, dat door bovengenoemde voor-conferentie aan de vergadering te Jemzalem gericht is. Het is een belangrijk historisch stuk, waarom wij het iiier, vertaald, opnemen.

„Een aantal continentale afgevaardigden naar Jeruzalem voelt zich gedrongen uitdrukking te geven aaji hun overtuiging, welke, naar wij hopen, alle afgevaardigden zullen deelen, n.l. dat al ons zendingswerk uitsluitend rust op de groote daden Gods tot verlossing der mensohheid; en in het bijzonder op de zending van Zijn eenigen, veelgeliefden Zoon, Zijn dood aan het kruis tot redding der wereld. Zijn opstanding als den aanvang van een nieuw, van God geschonken leven, voor hel verloste menschelijk geslacht. Wij zijn de gezanten, die van Godswege deze verlossing hebben te prediken. Do korte hoofdinhoud van onze boodschap is Crod, de Vader, wiens kinderen wij worden door onzen Zaligmaker Jezus Christus; en daarbij ko'mt de uitnoodiging, om deze zaligheid door het geloof aan te nemen. Daarom is het de hoofdtaak der zending te arbeiden voor de bekeering , der menschen, d.i. hun welbewust breken met hun vroeger leven, gelijk het Nieuwe Testament van alle Christenen metanoia vraagt.

Met het oog op deze feiten, ofschoon ten vollo erkennende de geestelijke waarden in de niet-Christelijke godsdiensten, zijn wij verontrust door de kwestie, of het aanbieden van de zaligheid aan de niet-Christenen kan geschieden in den vorm van een tegenover elkander plaatsen van de geestelijke waarden der niet-Christelijke en Christelijke religies, welke methode door de meeste aangeboden artikelen gevolgd is.

Voorts, wij gelooven niet, dat de centrale taak van de Christelijke zending kan worden aangevuld door een zoogenaamd „Social Gospel", om aizoo allen uit de verschillende religies, die van goeden wille zijn, te vereenigen tot een strijd tegen het kwaad in de wereld, hoe onvermijdelijk en urgent deze strijd ook is.

Met hot oog op het gevaar van het syncretis; me, dat allerwege in de moderne wereld toeneemt, en met het oog op het feit, dat de zending onafscheidelijk verbonden is aan de cultuur onzer da: gen met haar zeseiT. on vloek, achten wij het als een heilige plicht voor de Protestantsclie zending van alle landen, om vast te blijven staan op den weg des, heils, gelijk die in heel den' Bijbel ons geleerd wordt."

Dit getuigenis heeft indruk gemaakt en invloed uitgeoefend op de beslissingen.

Het syncretisme is afgewezen; de geheel oenige beteekenis van het Evangelie in het licht gesteld; Jezus Christus als Zaligmaker uitgeroepen.

Welliclit, dat het zoogenaatnde „Social Gospel" nog teveel eer heeft .ontvangen. Maar 'daarop komen wij nader terug.

Het rapport, door de commissie opgesteld en door do Conferentie als haar Boodschap aanvaard, is lezing en overweging ten volle waardig.

Wie do besluiten der Conierentie niet bezit, kajr zich aanschaffen het vroegere door ons gerecenseerde boekje van B. M. Schuurman en dr H. Kraemer, getiteld: ^, Do Boodschap van Jeruzalem", uitgegeven door den Zoudingsboekhandel te Den Haag, dir. C. van Seters, Na.ssau Zuilensteinstraat. Maar men lioude rekening mot de beswaren, welke wij tegen het boekje inbrachten; wij kunnen bij die bezwaren ook nog voegen, dat dhr Scïiuunnan in zijn heenleidend woord naar de Boo< lschap zelf, te weinig recht heeft doen wedervaren aan de bedenkingen tegen liet syncretisme enz. ingebracht van de zijde der continentalen.

Maar het boekje is vooral van belang om de vertaling van de Boodschap, en ook van het de uitspraak der Conferentie inzake den dusgenaamden Onderbouw (Home Base), en over • de verhouding van Christendom en Islam.

Wij hebben slechts weinig van dit eerste rapport kurmen zeggen, doch het kan toch wel een indruk geven van do beteekenis der Co^nferentie van Jeruzalem.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 mei 1929

De Reformatie | 8 Pagina's

De beteekenis der Jeruzalemsche Conferentie.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 mei 1929

De Reformatie | 8 Pagina's